Woord Betekenis
Vrije markteconomie bestel waarin vraag en aanbod bepalen welke producten worden
geproduceerd en waarin de overheid geen rol speelt
Sociale investeringsstaat Van beschermende welvaartsstaat naar een investerende
Sociale markteconomie Gemengde economie sociale correcties
Consumptiemaatschappij maatschappijvorm die primair gericht is op het bezit en verbruik van
goederen
Symbiose Samenvloeiing tussen economische en sociale
Etat Gendarme Overheid die zich niet veel moeit
Etat Protecteur Overheid die zich veel moeit
Primaire inkomens Eerst ontvangen
Secundaire inkomens Belastingen… meegerekend
Tertiaire inkomens Rekening houden met toegang tot sociale goederen en diensten
Subsidiariteit Besluitvorming en uitvoering door overheid, vrije ondernemingen en
vrije sociale organisaties
Paritair/drieledig = 3 grote partners
Overleg, consensus en overeenkomst
Gehele systeem overleg = sociaal overleg
Democratisch corporatisme = neocorporatisme = de
beroepsgroepen hun problemen onder elkaar regelen, op alle
niveaus van laag (onderneming) tot hoog (ganse
bedrijfsleven), via daartoe geëigende instellingen
Parlementaire Voorkeuren bevolking uitspreken, behoedster van vrijheden,
democratie verwevenheid van vrije markt + democratie + verdeling, welvaarts-
Voorzieningen op grond van wetten en onder controle van
volksvertegenwoordigers geïnstitutionaliseerd politiek stelsel
Europeanisering Langzame totstandkoming van een Europese Sociale Unie
Globalisering Conventie van Genève: asielrecht politieke vluchtelingen, sociale
rechten migranten mits voorwaarden, recht minimale
gezondheidszorgen en onderwijs
regionalisering Splitsing kinderbijslag, arbeidsmarktbeleid, ouderzorg door 6 de …
Vrijheid Liberalisme: verantwoordelijkheid, inzet en innovatie
Broederlijkheid Christendemocraten: solidariteit binnen het gezin en kleine
verbanden, zelforganisaties en middelveld
Gelijkheid Socialisme: collectieve solidariteit
Welvaartsstaat een gemengde economie waarin de overheid een substantiële invloed
uitoefent op de welvaartsverdeling door belastingen en uitkeringen
en door het stelsel van sociale zekerheid
Ethiek
Functioneel en rationeel
Botst op belangrijke uitdagingen
Dynamisch proces
Voortdurend politiek conflict
Constant dynamisch proces waarbij een evenwicht moet
worden gevonden
Hoofdstuk 2: Historiek en evolutie van de welvaartsstaat
, Woord Betekenis
Economische transitie Van landbouw naar industrie
Eerste demografische Technologische innovatie met het effect op levensstandaard
transitie
Stakingsgolf 1886 Begonnen in Luikse mijnbekkens door economische crises en
loonsvermindering, overheid grijpt in door parlementaire commissie
ter plaatste te sturen klagen slechte werkomstandigheden
ILO International Labour Organization
Belgische Opgericht in 1885 om belangen werknemers te vertegenwoordigen,
Werkliedenpartij streden voor algemeen stemrecht en materieel welzijn
Keynesianisme Overheidsingrepen zijn nodig voor de economie. De enige manier is
vraag te stimuleren vooral door vrijemarktwerking en
overheidsingrepen op sociaal vlak
Positivisme Het geloof in de maakbaarheid van de samenleving
Eerste nationale Eerste stappen naar geïnstitutionaliseerde gesprekken
Arbeidsconferentie
Overeenkomst van Vakbonden herkennen vrijheid ondernemingen en werkgevers
sociale solidariteit beloven deel van winsten te gebruiken voor loonsverhogingen van
sociale zekerheid
Postindustriële periode Sociale uitsluiting laaggeschoolden tertiaire sector wordt belangrijk
Secularisering Verwereldlijking
Les trente glorieuses Periode 1945-1973, gekenmerkt in vele landen door sterke
economische groei
Hoofdstuk 3: welvaart, economische groei en levensomstandigheden
Woord Betekenis
BBP Overzicht van geproduceerde goederen en diensten binnen een
bepaald grondgebied
Gemeten op basis van nationale rekeningen
BBP tegen lopende prijzen = nominale BBP
BBP tegen constant prijzen = reële BBP
Rationalisering Nadenken over de best mogelijke organisatie van de werkuren
productieproces
Bruto toegevoegde Het verschil tussen de marktwaarde van de in 1 jaar geproduceerde
waarde goederen en diensten en de marktwaarde van de in het
productieproces verbruikte goederen en diensten
BNI Inkomen waarover inwoners beschikken = BBP-uitstroom + instroom
NNI BNI – afschrijvingen
NNBI NNI-transfers naar het buitenland + transfers uit het buitenland
Nationale rekeningen Nationale boekhouding 3 benaderingen (productie-, inkomens- en
bestedingsbenadering
Purchasing power BBP aanpassen aan prijsverschillen
partities
Inflatie Algemene stijging van de prijzen verminderd koopkracht
Koopkrachtvastheid Als het inkomen de nominale prijsevolutie volgt
Indexsprong 2015 Beslissing regering om voor 1 keer de automatische aanpassing van
lonen en uitkeringen niet te laten plaatsvinden
Welvaartsvastheid Als het inkomen niet enkel nominaal maar ook reëel de algemene
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lauravb. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.64. You're not tied to anything after your purchase.