Summary
Samenvatting Psychodiagnostiek - Taak 7
- Course
- Institution
Samenvatting Psychodiagnostiek - Taak 7
[Show more]
Seller
Follow
Maxime12
Reviews received
Content preview
PSYCHODIAGNOSTIEK 1Psychodiagnostiek: Taak 7
PS: Hoe zinnig zijn projectietesten?
LD: 1) Wat is een projectietest?
2) Welke testen zijn er en wat meten ze?
3) Hoe meet je of ze betrouwbaar/valide zijn?
4) Voor- en nadelen projectietesten?
5) Toepassen op de taak.
Basisboek: Topic 8a: Theories of Personality and Projective
Techniques (Gregory).
De projectieve hypothese
Frank introduceerde de term projectieve methode om een categorie van testen te
beschrijven voor het onderzoeken van persoonlijkheid met ongestructureerde stimuli. In
een projectieve test krijgt de proefpersonen vage, ambigue stimuli en reageert hierop
met zijn of haar eigen constructies. Het idee achter deze projectieve testen komt meer
van de psychoanalytische theorie en er wordt dan ook gedacht dat de ongestructureerde,
vage, ambigue stimuli de ideale omstandigheid vormen voor onthullingen over innerlijke
aspecten van de persoonlijkheid. De centrale assumptie van projectief testen is dat
reacties op de test projecties van de meest innerlijke onbewuste mentale processen van
de persoon representeren.
Projectieve hypothese:
Persoonlijke interpretaties (van zowel de beoordelaar als van de proefpersoon) van
ambigue stimuli moeten de onbewuste behoeften, motieven en conflicten van de
persoon reflecteren.
Een classificatie van projectieve technieken
Lindzey verdeelde de projectieve technieken in 5 categorieën:
1. Associatie van inktvlekken of woorden,
Vb. Rorschasch inkblot test. Holtzman Inkblot Technique en woord associatie testen.
2. Constructie van verhalen of reeksen.
Vb. Thematic Apperception Test
3. Afmaken van zinnen of verhalen.
Vb. Sentence completion test.
4. Rangschikken/selecteren van plaatjes of verbale keuzes.
Vb. Szondi test.
5. Expressie met tekeningen of spel.
Vb. Draw-A-Person test, House-Tree-Person test
Associatie technieken
The Rorschach (= Picturial/Associatief)
Deze test bestaat uit 10 inktvlekken bedacht door Herman Rorschach. Hiervan zijn 5
inktvlekken in het zwart/grijs en 5 met kleur, allemaal op een witte achtergrond en
relatief symmetrisch. De test is geschikt vanaf 5 jaar, maar wordt meestal gebruikt voor
volwassenen.
Bij het afnemen van de test zit de testafnemer en de proefpersoon naast elkaar om
lichaamstaal communicatie te minimaliseren. Het afnemen gaat in twee fasen: in de vrije
associatie fase laat de testafnemer de eerste inktvlek zien en vraagt ‘Wat zou dit kunnen
zijn?’ en als de proefpersoon verduidelijking vraagt dan reageert de testafnemer altijd op
een non- directe manier ‘Dat is aan jou’. Alle 10 de kaarten worden getoond. Dan begint
de testafnemer met de onderzoeksfase waarbij er wordt gevraagd naar welke dingen in
, de vlek tot die keuze hebben geleid (kleur, gehele plaatje of niet, vorm, textuur). Dit
gebruikt hij vervolgens om te coderen.
De nuances in scoren verschilden echter tussen de verschillende scoringmethodes die
bestaan. Daarom is er nu de Comprehensive Scoring System van Exner, die alle eerdere
systemen heeft samengevoegd en gebaseerd is op meer empirisch onderzoek.
De test blijft meer een toevoegsel aan een interview dan dat het een losstaande test is,
zeker wanneer het gaat om moeilijke stoornissen als schizofrenie.
Er bestaan meerdere valide scoringssystemen voor de Rorschach ieder toe te passen voor
een specifiek doel. Bijvoorbeeld de RPRS voor succes in therapie of de TDI voor formele
gedachtestoornis.
Commentaar:
-Door verschillende redenen is het moeilijk om beknopte generalisaties van
betrouwbaarheid, validiteit en klinisch nut te geven. De meest simpele vragen zijn
alleen te beantwoorden met ingewikkelde antwoorden.
-Het doel van de test is zo veelzijdig dat een objectief onderzoek naar de psychometrische
eigenschappen riskant en moeilijk is.
-Het faken wordt moeilijk gemerkt. In een onderzoek van Fox & Khan kwam nar voren dat
geïnformeerde psychose fakers een grotere kans hadden op een diagnose dan de
echte psychotische patiënten.
-Het leren van het classificatiesysteem en het testen en score van de Rorschach kost veel
tijd.
-Ondanks dat er uitzonderingen zijn wijzen de meeste onderzoeken op een lage
betrouwbaarheid en een gebrek aan predictieve validiteit.
Constructietechnieken
The Thematic Apperception Test (TAT) (= Picturial/Constructief)
Deze test bestaat uit 30 zwart- wit tekeningen en foto’s en 1 kaart is leeg. Op de meeste
kaarten staan één of meerdere personen die bezig is/zijn in een ambigue situatie. De
proefpersoon wordt gevraagd een dramatisch verhaal te vertellen bij ieder plaatje, dat
zowel verleden, heden, toekomst , als emoties van de hoofdfiguur beschrijft. Er is geen
enkele manier van afname, scoringssyteem, of interpretatiemethode die de voorkeur
heeft.
Omdat er geen gestandaardiseerde procedures zijn is het moeilijk of zelfs onmogelijk om
psychometrische kenmerken van de test te berekenen. Het wordt daarom eerder als een
methode gezien dan als een echte test. Toch blijven sommige clinici veel waarde hechten
aan de TAT.
Variaties van de TAT
Er bestaan verschillende variaties van de TAT. Zo is er de Picture Projective Test (PPT)
waarbij foto’s uit de Family of Man foto essay gebruikt worden die, in tegenstelling tot de
TAT, ook positieve verhalen uitlokken. Daarnaast heb je ook de Children’s Apperception
Test (CAT) die gebruik maakt van tekeningen van dieren (CAT- A), omdat kinderen zich
beter zouden identificeren met dieren dan met mensen. Maar er bestaat ook een CAT- H,
met mensen, voor oudere kinderen. Andere variaties zijn de Thompson TAT voor African
Americans en de TEMAS voor hispanics.
Afmakingstechnieken
Sentence Completion Test (= Picturial/Completion)
In deze test krijgt de proefpersoon een aantal eerste woorden van een zin en krijgt de
taak om deze af te maken. De afgemaakte zinnen zouden de onderliggende motivaties,
attitudes, conflicten en angsten van de persoon reflecteren. Er zijn heel veel soorten
zinaanvultesten ontwikkeld, waaronder de Rotter Incomplete Sentences Blank. Hierbij zijn
er twee soorten scoringsmethoden: objectieve en kwantitatieve scoring. In het objectieve
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Maxime12. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.74. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
48756 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now