DEEL 8:INLEIDING TOT DE MACRO-ECONOMIE
1. HF 24: Inleiding macro-economische concepten
1.0 EXTRA
Micro-economie:
gedragsmodellen van individuele economische agenten
Macro-economie:
grotere geheel van alle output in een economie.
Ook andere aggregaten
Aggregaten = optelsom van economische variabelen op individueel niveau van gezinnen en
bedrijven.
Macro economie is niet zomaar optelsom van wat er op micro-economisch vlak gebeurt.
3 redenen waarom macro economie:
- Band tussen markten van finale goederen en markten van productiefactoren (economische
kringloop, wet van Say)
- Gebruik van geld (ontregeling van geldstroom kan reële goederen en dienstenstroom
beïnvloeden)
- Studie van informatie- en coördinatieproblemen
Economische kringloop
- Bovenzijde kringloop : bedrijven
kopen productiefactoren op de
factormarkten
- Opbrengst van verkoop van finale
goederen en diensten wordt
uitbetaald aan: degene die
hebben bijgedragen aan het
productieproces = consumenten.
Economische kringloop en de wet van Say:
Onderzijde van de kringloop
bedrijven verkopen hun
goederen en diensten in
markten van finale goederen en
diensten.
Opbrengsten van deze verkopen:
Deze opbrengst wordt gebruikt om productiefactoren te betalen.
Wet van Say
Elk aanbod creëert zijn eigen vraag
Indien consumenten niet sparen wordt alles besteed aan consumptie en vloeit de
productiestroom terug in vorm van vraag naar goederen en diensten
1
,In werkelijkheid zullen gezinnen ook sparen
Deel van inkomens wordt dan aan kringloop van goederen en diensten onttrokke
Er is een ‘lek’
Volmaakte mededinging
Vraagoverschot
Prijs zal stijgen
Gevraagde hoeveelheid zal afnemen
DUS : Coördinatie via prijsmechanisme
Macro-economie: dikwijls situaties waarin coördinatie-mechanisme niet goed functioneert
Oorzaak: informatieproblemen
Realiteit wijkt vaak sterk af van ijlmodel van perfecte mededinging
Zie voorbeelden informatie- en coördinatie problemen!
1.1 Introductie
De economische activiteiten schommelen in een land.
- Periodes van hoge en lage economische activiteit
- Tot begin 20ste eeuw geen goede statistische methodologie en meetinstrumenten
- Jaren 30 vorige eeiw ontwikkelen van Nationale Rekeningen, deze laat toe de economische
activiteit te meten aan de hand van de hoeveelheid productie, inkomen en finale
bestedingen.
Bbp = de totale toegevoegde waarde die geproduceerd wordt door economische activiteit binnen
een bepaald geografische entiteit (land, regio, groep landen) gedurende een bepaalde periode
(typisch een jaar).
- Bruto : waardevermindering van kapitaalstock tijdens afgelopen jaar wordt niet in rekening
genomen
- Binnenlands: bbp als territoriaal concept
- Nationaal: verwijst naar inwoner i.p.v. grondgebied (BNP)
Bbp is de Maatstaf die we gebruiken om de omvang van economische fenomenen aan te duiden, ook
maatstaf die we gebruiken om de economische groei te meten en om productiviteitswinsten te
berekenen.
1.2 De economische kringloop
Illustreert economische activiteit = bbp
Kan op 3 manieren bepaald worden:
- Productie benadering : analyse van ‘oorsprong’ van bbp
- Inkomensbenadering : de vraag naar goederen en diensten
- Bestedingsbenadering : analyse ‘verdeling’ TW over productiefactoren
Heeft altijd dezelfde uitkomst
Intermediaire inputmoet verwijderd worden bij de telling.
Intermediaire goederen (inputs) = moeten nog minstens één productiebewerking ondergaan om
omgezet te worden in finale goederen, vooraleer ze geconsumeerd kunnen worden
2
,Toegevoegde waarde = de marktwaarde van de productie (output) min de marktwaarde van de
aangekochte intermediaire goederen (input). Het is alle waarde die door het productieproces wordt
toegevoegd aan de output.
Productie keten waar enkel
brood bestaat.
Productieketen = is een beschrijving van alle schakels in het productieproces van een grondstof tot
het afgewerkte product of dienst (finale goed).
1.3 Bruto Binnenlands Product
1.3.1 De productiebenadering
Bbp volgens productiebenadering = de som van alle toegevoegde waarde geproduceerd door de
inzet van arbeid en/of kapitaal van een bepaalde regio of land in een bepaalde periode
Deze toegevoegde waarde wordt gerealiseerd bij bedrijven maar ook bij overheden en
gezinnen.
BBPprod = TWbedrijven + TWoverheden + TWgezinnen
Deze zijn niet altijd gemakkelijk meetbaar. Het is het makkelijkst meetbaar bij bedrijven die hun
omzet op de markt realiseren en daarvoor dus een prijs ontvangen. TW is het verschil tussen de
omzet en de kosten voor intermediaire inputs.
- Bedrijven: In België moeten bedrijven hun jaarrekening neerleggen bij de Nationale Bank, op
basis waarvan het BBP wordt berekent.
- Overheden : Bij de overheid is deze berekening moeilijker omdat zij hun goederen en
diensten niet op de markt verkopen, vele goederen en diensten worden zelfs gratis voorzien.
Oplossing is de TW gelijk stellen aan de uitbetaalde lonen aan overheidswerknemers +
waarde intermediaire inputs. Dit kan leiden tot over of onderschatting van de TW van de
overheid.
- Gezinnen: dit zijn diensten die niet op de markt worden verkocht maar ook diensten waar
geen betaling tegenover staat zoals de taken binnen het gezin (was en plas). Daarom wordt
huishoudelijk arbeid niet opgenomen in het BPP en is dus TW gezinnen = 0. De laatste decennia
zijn er bedrijven ontstaan die instaan voor kinderopvang, strijken,… dit heeft gezorgd voor
een verhoging van het BBP. => verschuiving van huiselijk sfeer naar marktsfeer.
3
, Dit betekent dat het vergelijken van het BBP met andere landen problematisch is.
1.3.2 Inkomensbenadering
BBP volgens de inkomensbenadering = de som van alle inkomens verworven uit de inzet van arbeid
en kapitaal van een bepaalde regio of land in een bepaalde periode.
Aangezien de economie een gesloten kringloop is leidt elke productie van toegevoegde waarde door
economische activiteit ook een inkomen voor de productiefactor arbeid en kapitaal, en via directe
belastingen hierop ook voor de overheid.
We kunnen een onderscheid maken
- inkomen uit arbeid : lonen, wedden,…
- inkomen uit kapitaal: rente, dividend,…
Het geld dat naar de overheid gaat komt uit BTW en accijnzen. Subsidies doen omgekeerde
beweging.
Gevolg hiervan is dat de omzet op 2 manieren berekend kan worden:
- marktprijzen : inclusief indirecte belastingen en subsidies (meest gebruikt)
marktprijzen
BBPinkomen = Yarbeid+ Ykapitaal + Tindirect
- factorkost: exclusief indirecte belastingen en subsidies
marktprijzen factorkosten
BBPinkomen = BBPinkomen + Tindirect
1.3.3 De bestedingsbenadering
Bbp volgens de bestedingsbenadering = de som van alle bestedingen aan finale goederen en
diensten van een bepaalde regio of land in een bepaalde periode.
De bestedingen aan finale goederen omvattend e consumptieve bestedingen van gezinnen C, de
consumptieve bestedingen van overheden G, de bruto-investeringen door bedrijven, gezinnen en
overheden I en de netto-export NX (verschil import en export).
C+I+G = binnenlandse vraag
BBP❑
bestedingen = C+ I + G + (X-M)
C zou enkel bestedingen mogen zijn die hetzelfde jaar verbruikt worden maar dat is technisch
moeilijk dus alles wat boekhoudkundig in bedrijven als investeringsgoederen worden beschouwd
worden ook bi C gerekend met als uitzondering aankoop onroerend goed, dat is Bruto investeringen.
Bruto I kan onderverdeeld worden in 3 soorten:
- Uitbreidingsinvesteringen : zorgen voor verhoging kapitaalvoorraad
- Vervangingsinvesteringen : bestaande kapitaalvoorraad in stand houden, Depreciatie tegen
gaan D
- Voorraadinvesteringen : deel productie niet verkopen of inputaankopen die later verwerkt
wordt in productie
G omvat ambtenaren lonen en de bestedingen van de overheid voor de aankoop van goederen en
diensten.
NX heeft te maken met het buitenland.
BBP productie = BBP bestedingen = BBP
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marievangenechten. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.17. You're not tied to anything after your purchase.