Samenvatting van alle kennisclips voor het vak ondernemingsfinanciering. Inclusief de belangrijkste afbeeldingen van de dia’s. Alles in het Nederlands en met bijbehorende formules, waar in de kennisclips het engelse begrip wordt gebruikt heb ik het Nederlandse begrip erbij gezet.
Week 1
Video 1
Accounting (boekhouden) Waarom is dit van belang?
Schuldeisers en aandeelhouders moeten op de hoogte zijn van de financiële
toestand van de onderneming
Maar ook intern gebruikt om weloverwogen zakelijke beslissingen te nemen (material
accounting)
Maar ook andere belanghebbende (zoals overheid en consumenten), zowel
financieel als niet-financiele verslaggeving.
De jaarrekening:
Bestaat uit 3 componenten:
1. Balans (welke activa en passiva heeft een bedrijf?)
2. Resultatenrekening (hoeveel verdient een bedrijf?)
3. Kasstroomoverzicht (Hoeveel geld genereert een bedrijf?)
Balans = momentopname
Resultatenrekening & Kasstroomoverzicht = overzicht van een bepaalde periode
Balans:
Assets (Activa) = Liabilities (Passiva) + Equity (EV)
Op de balans: Activa (links) en Passiva + EV (rechts)
Is altijd in balans!
Activa:
- Materiele activa en immateriele activa (tangible and intangible assets)
- Vlottende activa en vaste activa (current and non-current assets)
- Cash (liquiditeiten/kas)
- Accounts receivable (debiteuren)
- Inventories (voorraden)
- PPE (vaste activa)
Passiva:
- Kortlopende en langlopende schulden (current and non-current liabilities)
- Accounts payable (crediteuren)
- Long-term borrowings (langlopende kredieten)
Eigen Vermogen:
- Share capital (aandelenkapitaal)
- Retained earnings (winstreserve)
- Other reserves (overige reserves) —> kunnen vereist worden door de wet, of door
statuten v.d. vennootschap. (denk aan herwaarderingsreserve)
Aandelenkapitaal en de nominale waarde van aandelen:
Zijn abstracte boekhoudconcepten
Geen relatie met de marktprijs van een aandeel!
, = nominale waarde van aandelen * aantal aandelen
Video 2:
Resultatenrekening:
Ook wel winst- & verliesrekening genoemd
Geeft info over de inkomsten die de onderneming genereert en welke kosten de
onderneming maakt om de inkomsten te genereren
Periodeoverzicht (kijkt terug in de tijd)
Bedrag wordt opgenomen op resultatenrekening op het moment van de transactie
(dus niet op het moment dat het geld wordt ontvangen/uitgegeven)
Totale opbrengsten/omzet
-Kosten
Brutowinst
-SG&A (verkoop, algemene en administratieve kosten)
-Research & Development
EBITDA (Earnings Before Interest, Taxes, Depreciation and Amortization)
-Afschrijvingen
Inkomen uit operationele activiteiten (operating income)
Ander inkomen
EBIT (Earnings Before Interest and Taxes)
-Rente (interest)
Winst voor belasting
-Belasting (Taxes)
Nettowinst
Vorderingen van crediteuren en aandeelhouders:
Wie wordt het eerst betaald? Crediteuren (Fixed Claims)
Daarna pas de aandeelhouders (Residual Claim)
Er zit een interne logica achter de resultatenrekening, het toont een reeks
economische vorderingen.
Eerst rente dan pas belasting (rente belasting schild/interest tax shield)
Afschrijvingen (depreciation)
1. Straight Line method: vast bedrag (€) elk jaar
2. Declining balance method: vaste ratio (%) elk jaar
3. Unit-of-activity method: toewijzing op basis van activiteit (#) per jaar
,Video 3
Cash accounting (boekhouden op kasbasis) (—> kasstroomoverzicht)
Accrual accounting (boekhouden op transactiebasis) (—> resultatenrekening)
Opbrengsten worden vaak in de winst-en-verliesrekening weergegeven zodra een
verkoop is gedaan, zelfs als het geld nog niet is ontvangen van de klant
Dit betekent dat opbrengsten kunnen worden erkend voordat het geld daadwerkelijk
is ontvangen = “accrued revenue”
Omgekeerd kan het zijn dat er al contant geld is ontvangen terwijl de omzet nog niet
is erkend = “deferred revenue”
Nadeel accrual accouting:
Kunt in liquiditeitscrisis komen
Daarom: kasstroomoverzicht
Kasstroomoverzicht, 3 onderdelen:
1. Cash flow from operations (kasstromen uit operationele activiteiten)
2. Cash flow from investing (kasstromen uit investeringsactiviteiten)
3. Cash flow from financing (kasstromen uit financieringsactiviteiten)
Kasstromen uit operationele activiteiten =
Net income (‘winst’)
+ depreciation and amortization (‘afschrijvingen’)
- receivable (‘debiteuren’)
+ payables (‘crediteuren’)
Kasstromen uit investeringsactiviteiten = koop en verkoop van vaste activa (PPE)
Kasstromen uit financieringsactiviteiten = kapitaalverhoging en verlaging (incl. aandelen en
obligaties), dividenden, etc.
Video 4
,Verbindingen tussen de onderdelen van de jaarrekening
Week 2
, Video 5
Beperkingen van de jaarrekening (tekortkomingen)
1. Overzicht van periode uit verleden, en de balans is maar op 1 moment
waarheidsgetrouw.
o Maar bedrijf is een ‘going concern’ met een toekomstperspectief
o Ondernemingsfinanciering heeft wel een toekomstperspectief en houdt
rekening met onzekere kasstromen in de toekomst
o Dat kan een jaarrekening eigenlijk niet
2. De hoogte van intangible assets (immateriële activa) is lastig te bepalen/waarderen
Boekhoudstandaarden
Belangrijkste standaarden in: IFRS & US GAAP (Verenigde Staten)
Jaarrekening moet in overeenstemming zijn met de IFRS (Europa)
Maar ook de ‘Dutch GAAP’
Verwijst naar ale boekhoudkundige afspraken in nederland, inclusief:
o Het jaarrekeningenrecht in boek 2 titel 9
o De Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving van de Dutch Accounting Standards
Board (DASB)
o Jurisprudentie
o Europese regelgeving
GAAP = Generally Accepted Accounting Principles = Algemeen aanvaarde
boekhoudprincipes (IFRS = GAAP van Europa)
Verschillende principes in BW:
Toerekeningsbeginsel en het matchingsbeginsel (artikel 2:362 lid 5 BW):
o “De baten en lasten van het boekjaar worden in de jaarrekening opgenomen,
onverschillig of zij tot ontvangsten of uitgaven in dat boekjaar hebben geleid.”
o = boekhouden op transactiebasis (kasstelsel of kasbasis is niet
aanvaardbaar). Transacties moeten worden toegerekend aan het boekjaar
waarop ze betrekking hebben, en niet wanneer ze zijn betaald.
Voorzichtigheidsbeginsel en realisatiebeginsel (artikel 2:384 lid 2 BW):
o “Bij de toepassing van de grondslagen wordt voorzichtigheid betracht.
Winsten worden slechts opgenomen, voor zover zij op de balansdatum zijn
verwezenlijkt. Verplichtingen die hun oorsprong vinden vóór het einde van het
boekjaar, worden in acht genomen, indien zij vóór het opmaken van de
jaarrekening zijn bekend geworden. Voorzienbare verplichtingen en mogelijke
verliezen die hun oorsprong vinden vóór het einde van het boekjaar kunnen in
acht worden genomen indien zij vóór het opmaken van de jaarrekening
bekend zijn geworden.”
o Voorzichtigheid betrachten bij waardering (werkelijkheid; niet te hoog of te
laag; bijv. laagste waarde bij voorraadwaarding historische aanschafwaarde of
marktwaarde).
o Realisatiebeginsel: voldoende zekerheid.
Continuïteitsbeginsel (artikel 2:384 lid 1 en 3 BW)
o Lid 1: “Bij de keuze van een grondslag voor de waardering van een actief en
van een passief en voor de bepaling van het resultaat laat de rechtspersoon
zich leiden door de voorschriften van artikel 362 leden 1-4. Als grondslag
komen in aanmerking de verkrijgings- of vervaardigingsprijs en de actuele
waarde.”
o Lid 3: “Bij de waardering van activa en passiva wordt uitgegaan van de
veronderstelling dat het geheel der werkzaamheden van de rechtspersoon
waaraan die activa en passiva dienstbaar zijn, wordt voortgezet.”
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ankevanhal. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.46. You're not tied to anything after your purchase.