Historie van de Jeugdgezondheidszorg
Voor de industriële revolutie – 18/19e eeuw
De Verlichting: artsen en economen: veel gezonde kinderen zijn een voorwaarde voor het verwerven
van rijkdom.
Middelnederlandse teksten: bijzondere aandacht voor het welvaren van een kind.
Jean-Jacques Rousseau beschreef in zijn boek: ‘Emile, ou De l’éducation (1762)’ goed onderwijs,
goede opvoeding en aandacht voor gezondheid. Hierbij ontstonden de disciplines pedagogiek,
verloskunde en kindergeneeskunde.
Ook werden er in deze tijd al boeken geschreven voor kinderen zelf, voornamelijk over hoe zij zich
moesten gedragen (pedagogisch). Een voorbeeld is ‘Kleine gedigten voor kinderen (1778)’. Ze gaven
ook een moderne visie op het kind. Er werd gestreefd naar gewenst gedrag.
Bedreigingen jeugdgezondheid:
- Pokken: virale infectieziekte (Variola virus).
o Zeer besmettelijk via luchtwegen
o Griepachtige symptomen en blaasjes op de huid
o Overlijden door toxische verschijnselen
o Grote impact op zuigeling- en kindersterfte
Preventie:
Variolatie: gezond persoon infecteren met de inhoud van een
pokpuist van iemand die de ziekte in lichte mate had.
Edward Jenner ontdekte de vaccinatie. Melkmeisjes hadden vaak
blaasjes van koepokken en werden niet heel ziek, maar zij kregen
ook niet de echte pokken. Hij ging een experiment doen met James
Phipps in 1796 en gaf wat koepokkenpus aan de jongen. Later
infecteerde hij met echte pokken, maar hij werd niet ziek en was dus
beschermt.
1808: werd door Napoleon de vaccinatieplicht voor minder
vermogenden ingesteld.
1823: was verplicht bij schoolbezoek (pokkenbriefje), dit werd in
1857 weer ingetrokken.
1871-1873: was er een pokkenepidemie.
Het vaccin was toch nodig, in 1872 Kwam de wet op Besmettelijke
Ziekten (pokkenbriefje). Toch geen goede resultaten. Dit kwam
doordat er nog geen leerplicht was.
1874: kwam het Kinderwetje van Houten (verbod op betaalde arbeid
voor kinderen <12 jaar). Landarbeid en in huis werken viel hier niet
onder.
1901: leerplichtwet tot 12 jaar, dit zorgde voor indirecte
vaccinatiedwang (90% vaccinatiegraad).
1928: indirecte vaccinatiedwang opgeheven (bijwerkingen).
1939: inentingswet (verantwoorden van weigering).
1976: inentingswet ingetrokken, omdat pokken weg waren uit NL.
, 1980: wereld pokkenvrij verklaard door WHO.
- Cholera
o Bacteriële darminfectieziekte (Vibrio cholerae).
o Besmetting via eten van voedsel afkomstig uit of gewassen met besmet water,
drinken van besmet water.
o Symptomen: vreemde, blauwe gelaatskleur, uitpuilende ogen, diarree en braken met
uitdroging tot gevolg.
- Tyfus
o Bacteriële darminfectieziekte (Salomonella typhi).
o Besmetting via eten van voedsel afkomstig uit of gewassen met besmet water,
drinken van besmet water.
o Symptomen: diarree en braken met uitdroging tot gevolg.
Cholera en tyfus zijn de belangrijkste doodsoorzaken bij zuigelingen (kinderen onder 1 jaar), omdat
hun immuunsysteem nog niet voldoende is ontwikkeld en omdat er veelvuldig gebruik gemaakt
wordt van (besmet) water voor het schoonmaken van flessen/spenen, voor het maken van pap en
het verdunnen van melk. De besmetting via water werd ontdekt door John Snow in 1854, hij
ontdekte dat cholera vooral voorkwam bij een waterpomp. Wanneer deze afgesloten werd daalden
de besmettingen. Robert Koch ontdekte in 1882 dat het kwam door de bacterie.
Preventie: drinkwater
- Welgestelden dronken water uit de Vecht van de Versch-Water Sociëteit of licht bier. De
armen dronken ongezond grachtenwater.
- Jacob van Lennep heeft 2.5 miljoen gulden voor een waterleiding bij elkaar gekregen voor
waterleidingduinen naar Amsterdam
- 1853: de eerste waterleiding: Amsterdammers kunnen nu duinwater kopen bij de ‘fontein’
bij de Willemspoort voor 1 cent per emmer.
- Rond 1900: 40% van de Nederlandse bevolking schoon drinkwater.
- Nu: De leiding is sinds 2019 uit bedrijf.
Preventie: hygiëne
- 1806: onderwijswet Hygiëne van leerlingen en schoollokalen (kinderen moeten schoon zijn,
net als lokalen).
- 1847: Samuel Sarphati zorgde voor inzameling afval.
- 1848: Hygienisten reinigden grachten en straten van Amsterdam (-50% choleragevallen).
- 1853: Amsterdam had een georganiseerde stadsreiniging.
De industriële revolutie – 19e eeuw
Machines werden uitgevonden. Mensen gingen meer in fabrieken werken en in steden wonen. De
industriële revolutie bracht verschillende veranderingen in de leefomstandigheden teweeg:
- Dicht op elkaar wonen
- Gebrek aan sanitaire voorzieningen
- Gebrek aan schoon drinkwater
- Lage lonen
- Tekort aan voedsel
- Kinderarbeid
- Alcoholisme
De zuigelingen sterfte was in NL halverwege de 19 e eeuw 20%. In 2017 was dit 0.36%. Deze
verbetering is gekomen door betere hygiëne en leefomstandigheden. Sulfanomiden en DKTP-vaccin
zorgen ook voor een daling.
,Er waren regionale verschillen in de zuigelingensterfte door verschil in kwaliteit van drinkwater en
bevolkingsdichtheid. Sociale verschillen zijn dat hogere sociale lagen riskante stedelijke gebieden
kunnen mijden en nieuwe hygiënische/sanitaire regels eerder in praktijk kunnen brengen. Echter was
dit niet altijd, in Zeeland was meer sterfte dan in Friesland, dit zou verklaard kunnen worden doordat
in Friesland vaker en langer borstvoeding gegeven zou worden.
De daling in sterfte laat ook epidemiologische transitie zien (verschuiving van reden waaraan mensen
sterven). Er is dus een overgang van de dominantie van besmettelijke ziekten in een dominantie van
chronische ziekten, hierin drie fasen:
1. Tijdperk van epi-/pandemieën en hongersnood: sterfte is hoog, gedomineerd door
infectieziekten.
2. Tijdperk van afnemende epi-/pandemieën: infectieziekten op retour, zuigelingen- en
kindersterfte daalt.
3. Tijdperk van degeneratieve en door de mens veroorzaakte aandoeningen: meeste mensen
overleven kindertijd.
Naar het instituut jeugdgezondheidszorg – 20 e eeuw
Voornaamste bedreigingen 20e eeuw:
- Poliomyelitus
o Virale infectieziekte (poliovirus type 1, 2 en 3).
o Feco-orale besmettingsroute.
o Symptomen: subklinisch (90%), griepachtige symptomen, meningitis en verlamming,
paralyse.
o Paar grote epidemieën in 20e eeuw.
o Groot deel van de wereld polio-vrij, in NL was de laatste uitbraak in 1993. In 2020
waren er nog uitbraken in Pakistan, Afghanistan, Congo, Somalië, Nigeria en andere
Afrikaanse landen.
o Hoe meer hygiëne er kwam, hoe vaker polio bij kinderen. Bij slechte hygiëne kregen
kleine kinderen het vaak al, waar ze niet ziek van werden en wel beschermd. Bij
goede hygiëne kwam je er pas later mee in contact en waren de gevolgen groter.
- Tuberculose (TBC)
o Bacterielel luchtweginfectieziekte (Mycobacterium tuberculosis).
o Symptomen: hoesten, gewichtsverlies, nachtzweten, bloed ophoesten.
o Kwam met name voor bij zwakke, ondervoede kinderen uit steden.
o Er werden vakantiekolonies & TBC sanatoria opgericht. Dit werd gerund door Caritas
(artsen en welgestelde dames).
Gemeenteweg 1851: openbare gezondheid taak van de gemeente. Maar de gemeente deed er
echter niet veel aan.
Eind 19e eeuw: de zorg voor kinderen vooral inzet van particulieren (Caritas) en kruisverenigingen
(geloof).
1901: eerste consultatiebureau voor zuigelingen in Den Haag vanuit particulier initiatief Dr. B.P.B.
Plantenga.
1903: Zuigelingenzorg Gemeentelijke Geneeskundige Dienst (GGD) in Amsterdam. Er werd vooral
gericht op voeding en hygiëne en goedkope melk uit ‘melkkeukens’.
In Arnhem kwam het eerste consultatiebureau voor kleuters en het eerste medisch kinderdagverblijf.
1901: Geneeskundig schooltoezicht uitgevoerd door gemeenten (eerste schoolarts in Zaandam)
1953: start rijksvaccinatieprogramma.
1974: invoering hielprik (alleen fenylketonurie).
, Jaren 60: gestandaardiseerde methodieken, preventieprogramma’s en screeningen: het
consultatiebureau voor 0-4 jarigen, met onder andere: van Wiechenschema, gehoortest en visustest.
De zorg kwam ook soms naar mensen toe. Het groene kruis had een bus die reed tot 1988.
De situatie in NL is niet representatief voor de rest van de wereld. Er is nog steeds grote ongelijkheid
in gezondheid van kinderen en toegang tot zorg wereldwijd. De neonatale sterfte is nog steeds hoog
41%, waarin diarree en longontsteking een grote rol spelen.
H16 Gezondheid van kinderen in Nederland
Perinatale sterfte: Doodgeborenen met een zwangerschapsduur vanaf 24 weken en overleden
kinderen, na een zwangerschapsduur van 22 weken en/of, indien duur onbekend is, een
geboortegewicht van 500g, in de eerste week na de geboorte per 1000 levend- en doodgeborenen.
Neonatale sterfte: Sterfte na de geboorte van een zwangerschapsduur van ten minste 22 weken
en/of, indien duur onbekend is, een geboortegewicht van 500g in de eerste 28 levensdagen per 1000
levend geborenen.
Zuigelingensterfte: sterfte in het eerste levensjaar per 1000 levend geborenen.
Infectieziekten
Bacteriële infecties
Veel sterfgevallen werden veroorzaakt door infectieziekten als gevolg van slechte hygiënische
omstandigheden (cholera en tyfus). Door hygiëne en vaccinaties nam de zuigelingensterfte in NL
enorm af. Wanneer een kind 5 jaar is worden de risico’s op kindersterfte kleiner.
40% van de kinderen vd. kindersterfte overleiden direct na de geboorte. Door goede verloskundige
zorg kan het ook teruggebracht worden. Dit door hulp bij borstvoeding, warm houden v.h. kind.
Navelstreng- en huidhygiëne, vaccinatie en het identificeren van risicogevallen. Na de neonatale
periode komt 40% vd. kindersterfte door infecties (diarree en longontsteking).
Diarree
Diarree ontstaat door een bacterie, virus of parasiet in besmet water en door slechte hygiëne.
Kinderen zijn extra vatbaar door immuunsysteem en ondervoeding. Van diarree zijn er verschillende
vormen. Acuut, waterig: duurt uren/dagen, cholera. Bloederige diarree is dysenterie, dit komt door
ontsteking vd. darmen. Het is gevaarlijk omdat het leidt tot uitdroging en verergert ondervoeding.
Wanneer het langer is dan 14 dagen heet dit persistent. Pathogenen die diarree veroorzaken worden
overgedragen via de feco-orale route, pathogenen worden uitgescheiden met de ontlasting en door
besmetting van water wordt een nieuwe gastheer via de mond geïnfecteerd.
Oorzaken kindersterfte
- Cholera zit in besmet water/voedsel. Het is extreem virulent en kan binnen enkele uren dood
veroorzaken. Kinderen met HIV+ en ondervoeding zijn extra gevoelig. 80% kan genezen
worden met ORS. Het leidt tot uitdroging.
- Dysenterie wordt veroorzaakt door een bacterie of parasiet. Het kan voorkomen worden
door goede hygiëne. De behandeling bestaat uit ORS, en evt. amoebicides of antibiotica.
- Tyfus is ook een bacteriële darminfectie, zelfde verschijnselen als cholera.
- Pneumonie is een longontsteking die wordt veroorzaakt door bacteriën, schimmels en
virussen. Besmetting door inhalatie vanuit neus/keel of druppeltjes in de lucht. Externe
factoren die het risico vergroten zijn koken op hout/mest, overvolle huizen en rokende
ouders.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Marinda25. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.62. You're not tied to anything after your purchase.