Met het strafrecht worden bepaalde doeleinden nagestreefd. De meest
belangrijke doeleinden zijn:
vergelding: verdiende leed toevoegen.
generale preventie: normbevestiging en afschrikking.
speciale preventie: resocialisatie en beveiliging.
reparatie: genoegdoening aan een slachtoffer van een strafbaar feit, het
herstellen van de oude toestand.
Het Wetboek van Strafrecht is ingevoerd in 1886.
De vereisten uit de delictsomschrijving worden bestanddelen genoemd. Naast
de bestanddelen dienen ook de algemene voorwaarden voor strafbaarheid, de
elementen, vervuld te zijn om tot een strafrechtelijke aansprakelijkheid te
komen. De elementen van een strafbaar feit zijn (1) de wederrechtelijkheid van
het feit en (2) de schuld van de dader.
Een strafbaar feit kan dus als volgt worden omschreven: een strafbaar feit is
(a) een gedraging, (b) die valt binnen een wettelijke delictsomschrijving, (c) die
wederrechtelijk is en (d) aan schuld te wijten.
Er bestaan verschillende soorten strafbare feiten:
misdrijven en overtredingen
krenkings- (moord) en gevaarzettings (poging) delicten
formele (specifieke handeling) en materiële (bepaald gevolg) delicten
kwaliteits- (kwaliteit van dader) en algemene delicten (tot iedereen)
commissie- (doen) en omissie (nalaten) delicten
doleuze en culpoze delicten en delicten zonder subjectief bestanddeel
, gekwalificeerde (strafverzwarend) en geprivilegieerde (strafverlagend)
delicten
terroristische misdrijven (art. 83 Sr – strafverzwaring)
Artikel 1 lid 1 Sr: het legaliteitsbeginsel
Artikel 1 lid 1 Sr dicteert het legaliteitsbeginsel: ‘geen feit is strafbaar dan uit
kracht van een daaraan (1) voorafgegane (2) wettelijke strafbepaling’.
Verbod van terugwerkende kracht
Een gedraging is pas strafbaar als het strafbaar is gesteld. Het tijdstip van het
plegen van het strafbare feit is het ijkpunt van de strafrechter. Strafbepalingen
mogen geen terugwerkende kracht hebben ten nadele van de verdachte maar
wel ten voordele. Het gaat er immers om dat geen inbreuk wordt gemaakt op
de rechten van de verdachte. Overgangsrecht van art. 1 lid 2 Sr.
Het Bestimmtheitsgebot of Lex certa-beginsel
In het kader van de rechtszekerheid dienen strafbepalingen duidelijk
geformuleerd en toegankelijk te zijn. Dit noemt men het Bestimmtheitsgebot of
het Lex certa-beginsel.
Grenzen aan de interpretatievrijheid van de strafrechter
Uit het legaliteitsbeginsel vloeit het verbod van analogie voort. Bij analogische
interpretatie wordt een strafbepaling op een geval toegepast die niet letterlijk
onder de strafbepaling valt, maar dat niet in grote lijnen verschilt van een geval
waarvoor de strafbepaling bedoeld is.
Extensieve interpretatie verschilt hierin (wel toelaatbaar) dat men taalkundig
binnen de bewoordingen van de delictsomschrijving blijft. Een voorbeeld van
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mlvb9. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.81. You're not tied to anything after your purchase.