In deze samenvatting staat alle theorie te kennen voor het examen. Ik was geslaagd voor dit vak, maar je moet de leerstof wel echt goed kennen. Hoofdstuk 4 is een heel belangrijk (en groot) deel.
ISO = International Standardisation for Organisation
Erkend als referentie methoden voor officiële controles
Gebaseerd op de klassieke cultuurmethode: selectieve media voor groeien, isoleren
en tellen
van doelwitorganisme
Ontwikkeld op basis van expertise
Open acces methoden: samenstelling van medium vrij beschikbaar, technieken
beschreven
1. KLASSIEKE CULTUURMETHODE (KWEEKMETHODE)
1) Vooraanrijking
- Op niet-selectief of half-selectief medium
- Herstel van gestresseerde m.o. teweegbrengen (groei alle bacteriën)
2) Aanrijking
- Op selectief medium
- Competitieve flora geïnhibeerd: groei van doelwitorganisme
- Zouten toevoegen
3) Isolatie
- Op selectief differentiërend medium
4) Bevestigende testen
Algemeen: De detectie van klassieke cultuurmethode berust op het vermogen van een
m.o. om zich onder geschikte omstandigheden te vermenigvuldigen tot aantallen die
waarneming mogelijk maken.
Selectief = medium met optimale groeiomstandigheden voor een bepaalde bacterie
Differentiërend = indicatoren toevoegen om verwant te zien (vb pH)
1-4 dagen of 5-7 dagen
Modificaties mogelijk om sneller te gaan (differentiële media gebruiken)
Eenvoudige kits/minisystemen voor bevestiging (API)
,API strip:
- Gedroogd substraat in kleine cupjes
- Resultaat via applicatie ingeven en resultaat berekenen
- Identificatie/bevestiging op species niveau
- Voordeel: geen verschillende VB aanmaken, onmiddellijk 20 testen
- Strip incuberen na enten
1.2. ALTERNATIEVE METHODEN
• Voordeel klassiek: geen dure infrastructuur
• Nadeel klassiek: arbeidsintensief, grote volumes media en tijdrovend
• Snelle methode: kortere tijd tot detectie + automatisatie
• Alternatieve methode: analyse van meerdere stalen tegelijk (= automatisatie)
• 4 soorten:
- Chromogene VB
- Immunologische methode
- Moleculaire methode
- Massa spectrometrie (MS)
1. CHROMOGENE VOEDINGSBODEM
• Determineren bacteriën: aantonen van enzymatische activiteit nodig
• Op agarplaat: specifiek bacterieel enzym aangetoond door omzetting van
toegevoegde substraat
• Kolonies/bodem veranderen van kleur
• Bij conventionele VB: pH-gevoelige indicator
• Bij chromogene VB: chromogene substraten
- Chromogeen deel afgesplitst door enzym in doelwitorganisme
- Kleurverandering/Fluorescentie
- Verdere biochemische testen geëlimineerd
- Determineren verloopt sneller en goedkoper
- Bevestigende test aanbevolen
• Salmonella, E.coli, coliformen, L.monocytogenes …
2. IMMUNOLOGISCHE METHODEN
Antigenen = deeltjes van bacteriën waartegen antistoffen gevormd kunnen
worden
, H-antigenen: eiwitten van flagellen
O-antigenen: deeltjes van celwand
K-antigenen: deeltjes van slijmlaag
• Gebaseerd op specifieke binding tussen antilichamen en antigenen
• Vervangt stap 3 (isolatie)
• Stap 3: gebruik gemaakt van specificiteit antigen-antilichaam (sneller)
• Verschillende immunoassays: ELISA en Agglutinatie test
Enzyme Linked Immunosorbent Assays (ELISAs)
Immunoassay gecombineerd met enzym assay
Sandwich ELISA:
1. Specifieke AL gecoat op een cupje
2. Staal toevoegen + binden op AL
3. AL specifiek tegen AG toevoegen
4. Substraat toevoegen: omgezet door enzym op AL signaal
Signaal: maat voor hoeveelheid antigen aanwezig is
In de vorm van geautomatiseerde systemen
- Minder arbeidsintensief
- Verbeteren de reproduceerbaarheid en standaardisatie van elke stap
VIDAS: Salmonella, Listeria spp., L.monocytogenes, E.coli, Campylobacter
spp., Staphylococcus enterotoxines A tot E
Agglutinatie test
Gebaseerd op interactie antilichamen en antigenen
Vervangt stap 4 (bevestigende test)
S.aureus: m.o. heeft rol van antigen
Antigen aanwezig: AL reageert met AG door agglutinatie
- Door cross-linking tussen AG en AL
, Soms gevolgd door serologische test
- Antigenische kenmerken bepalen
- O- of H-antigenen aanwezig: agglutinatie in contact met AL
- Serotype bepalen van Salmonella en E.coli
Voorbeeld: Staphytect
3. MOLECULAIRE METHODEN
• Gebaseerd op genetisch materiaal van m.o. (DNA of RNA)
• Maken gebruik van mogelijkheid om 2 enkelstrengige DNA-moleculen in vitro te
hybridiseren
Hybridiseren = koppelen van 2 complementaire strengen DNA tot dubbelstrengig DNA
Polymerase Chain Reaction (PCR)
DNA kopiëren in testbuisje
Mogelijk om grote hoeveelheid van klein stukje DNA (=target) te maken
Enzym: DNA polymerase (kopieert DNA streng)
Primers: specificeert de regio/target dat gekopieerd moet worden
Primer = korte oligonucleotide waarvan sequentie complementair is met einde van
targetregio
3 stappen:
1. DNA gedenatureerd: verhitting van 95°C splitst 2 strengen
2. Temperatuur ↓ tot 65°C + primers toevoegen: 1 op begin en 1 op einde andere
streng
3. Temperatuur ↑ tot 72°C + enzym polymerase toevoegen met aantal nucleotiden:
complementaire streng geproduceerd, opnieuw dubbelstrengig DNA
Meerdere cyclussen: exponentiële verhogen kopieën
Resultaat: gevisualiseerd door agarose gel elektroferese en kleuring
Real-time PCR: variant (ook kwantificatie)
30-90 minuten
Stap 1 en 2 nog nodig
Toegankelijkheid verhoogd: standaardisatie, gebruiksvriendelijk en software
Positief resultaat: klassieke cultuurmethode ter bevestiging
Voor detectie van Salmonella, L.monocytogenes en E.coli O157
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller febedauwe. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.48. You're not tied to anything after your purchase.