Emotion exam notes
Lecture 1: Emotion theories and characteristics of
emotions
What is an emotion?
Veel verschillende definities van emotie omdat allerlei domeinen / theorie op een verschillende
manier naar de emotie kijken want ze hebben een verschillende focus. Focussen op een verschillend
onderdeel / aspecten/ componenten van emotie waardoor ze andere definitie hebben. Deze
definities combineren geeft een bredere defintie Oplossing is een working definitie met een lijst
van de componenten waar meesten wetenschappers het mee eens zijn. Gerenal definitie = emotie is
een psychologisch interne staat of proces dat bemiddelt tussen onze belangen, goals en
gebeurtenissen in de wereld en helpen ons om ons aan te passen in bepaalde contexten. Emoties
laten ons foucssen op specifiek belang en dat maakt ze locally rational = nuttig t.o.v. de huidige
context.
Theoretical perspectives
1. Evolutionary perspective
In 19e eeuw tijdsperspectief werd gedacht dat experession of emotions uniek is voor mensen en
bedoeld voor communcatie.
Darwin geloofde dit niet. Central questions van het perspectief.
o 1) How are emotions expressed by animals and humans? Vooral simmilarities dus kijken
naar univsele karakter ervan.
o 2) Waar komen emoties vandaan? Focus op evolutiaire functie over tijd. (vb: uitdrukking
met signaal van dier die gaat bijten signaal van de uitdrukking zelf al genoeg om iemand
af te schrikken, is dus geevolutioneerd). Emoties komen van gewoontes die nuttig waren in
het verleden die gebaseerd zijn op reflexen.
In onderzoek support gevonden voor universele herkenning van gezichtsuitdrukkingen voor
emoties: big 6= blij, verdrietig, angst, boosheid, disgust, verbaasd
Research methodes:
o Met observatoren die emoties proberen te herkennen in mensen en animals.
o Cross-cultural research: vragenlijsten en observaties
o Beoordeling van foto’s: geposeerd en spontaan
Maar mate waarin je een emoties juist kan herkennen ligt aan labels waar je uit moet
kiezen of zelf iets bedenken, dus ligt aan de response format en opties. Kiezen is
makkelijker. In deze onderzoeken worden maar weinig stimuli (keuzeopties en foto’s)
gebruikt, vaak big6, heeft invloed op beoordeling.
Standards set zijn niet ecologisch validiteit. Want uitdrukkingen in het echte leven zijn
vaak subtieler dan stimuli van standard foto´s sets ze gebruiken in onderzoek.
Bovendien is het vaak een reactie op iets dus is de interpretatie contextafhankelijk. Niet
alle facial expressions zijn emoties, ook praten etc. Dynamiek beinvloeden de
interpretatie. Uitdrukkingen zijn multimodel: uitdrukking komt terug in gezicht, gezicht
en lichaam.
En recognition is niet gelijk aan experience dus herkenning kan universeel zijn maar de
zegt niks over de overeenkomsten van ervaring van emoties.Ook kan je poseren, dus je
hoeft een emotie niet te voelen om het uit te drukken. Uitdrukking is niet gelijk aan een
emotie door display rules of het nepdoen van een emotie (blij met kut cadeau).
,2. Bodily perspective
General opinion was: waarneming van stimuli feeling/emotie bodily effect
Theorie van William james: perception bodily effect feeling/emotie
o James focus on experience ipv expressie vergeleken met evolutionaire perspectief. Vooral
kijken naar bodily repsonses. Ook keek hij naar de adaptive functie van de response: je
hoeft niet eerst te realiseren dat je bang bent, je bent al gevlucht.
o Theorie heeft belangrijke invloed op de rol van de autonomic nervous system binnen
emoties. Ook nadruk gelegd op dat bodily responses invloed kunnen hebben op de
subjectieve ervaring (feeling) en op de cognitie.
o Emotie is de waarneming van sensationele veranderen in het lichaam wnr we reageren op
een stimuli. De kern van een emotie zijn de patronen van lichamelijke veranderingen zoals
hartslag toename = emobied nature of emotion
o Kritiek op de theorie door Walter Cannon.
Disconnectie tussen lichaam (guts en brein leidt niet tot vermindering in emoties.
Stelde dat emotie niet in lichaam begint maar in het brein. Want disconnection tussen
cortex and subcortical regions zorgen voor veranderingen in emotioneel gedrag/
emoties (vb: Phineas G) want cortex inhibites lower brain regions that host emotions,
ook gevonden dat er een shared emotional aspect is in activiteit van de anterior
cingulate cortex = activiteit kan ook gestimuleerd worden door de denken dat geliefden
pijn leiden. Empathy = waarnmeing van een emotie dat lijkt op die van iemand anders
en ontstaat door observatie of inbeelding van die andermands emotie, this involves
knowing that emotie komt door de ander.
Ander kritiek punt: bodily response (arousal) is niet specifiek genoeg voor differentiatie
tussen de emoties. Vb heart rate gaat omhoog bij angst en woede dus hoe weet je
welke je? Deze theorie is dus niet genoeg om verschillen te verklaren. Daarom:
Two-factor theorie van Schachter en Singer
o Arousal + cognition = emotie. Voegt cognitie toe aan theorie van James.
o perception bodily response appraisal emotie
o experiment: aderaline shots om arousal te creëren, mensen in verschillende contexten
geven verschillende emoties. Maar experiment is niet herhaalbaar dus geen bewijs voor
nonspecific arousal gaf wel misintributie van emoties mogelijkehden onderzoeken, wel
bewijs dat cognitieve appraisal rol speelt in emoties.
3. Cognitive perspective
Philosophers: Aristoteles: emoties zijn evaluaties en zijn afhankelijk van onze overtuigingen.
Descartes: oorsprong van emoties in onze ziel (our thinking part), gaan over goals, concerns,
identity en emoties kunnen worden reguleert door onze gedachtes. Emoties are closely
connected to the body and are usually functional = helpen je om in een adaptieve manier te
reageren op je omgeving. Dus je kunt jezelf aanpassen.
Magda Arnold: appraisal = evaluatie van een situatie. Feeling is thinking dus emotions are
based on evaluation of events (appraisal). Emoties komen van appraissal van events.
o Er is een directe relatie tussen de evaluatie en emotie je kan emotie voorspellen als je
evaluatie weet en andersom dus als je evaluation verandert kun je emotie veranderen dus
ook regulerende functie (CBT gebruikt dit ook).
o Emotie zijn relational (object-focused) betekent dat er een link is tussen emoties en
externe events. Emoties linken intern concerns with externe events/objects. Ook bestaat
er een action impulse = wnr je negatieve/positieve emoties hebt t.o.v. object/persoon dan
, weg van gaan (repulsion) of juist naar toe gaan (attraction). Dus afhank. van evoluatie. Wnr
dit gedrag makkelijk is impulsieve emoties, wnr moeilijk dan emotions of onenigheid.
4. Social – cultural perspective
Empathies that the social roles, values and duties influence our emotions. Invloed op:
o Expression (door vb:. display rules)
o Experience (feeling)
Door vb: feeling rules = regels regels die emotionele prestaties bepalen die in een
specifieke context vereist zijn en die ons in staat stellen de emoties en het oordeel
van andere mensen te beïnvloeden. Vb wnr mag je trots zijn?
Vb: Boosheid related met violation of a norm (wilful and unfairly). Dus emotie die
evolutief functie heeft kan door sociale normen alsnog negatief worden ervaart.
Emotions hebben sociale functie: regulatie van interpersonal/ societal functies
o Vb: boosheid kan een positieve functie zijn ondanks negatieve emotie wnr voor jezelf
opkomen en prevent future violation of personal boundaires, fighting for justice.
Integration
Emoties
Zijn functioneel = ze zijn een adaptieve reactie op de omgeving.
o Kan evolutional zijn want grotere kans op overleven survival),
o In sociale relations door feeling and display rules.
Bestaan uit verschillende componenten / karaktistieken
o Motor expression (face, posture, gesture, voice), focus bij Darwin
o Fysiologische reacties (body and brain), focus bij Willem James
o Action tendencies (fight/flight) focus bij Willem James en cognitief perspectief
o Appraisal = evaluatie van de situatie focus bij cognitief perspectief.
o Subjective experience = in meeste theorieën deze minst focus op maar wel belangrijk voor
mensen hun dagelijks leven.
Ontwikkelend proces van emotie
Emotional events? yes or no?
Karaktistieken gebruiken om emotional events te
onderscheiden van andere events. Maar de lijst van
de compententen zijn niet uniek voor emoties. Dus
additional appraisal criteria for emotion:
1. The event is relevent to a central goal
2. The event has a positieve or negatieve value (+/-
hangt af van hoe de gebeurtenis zich weerhoudt tov je central goal).
Difference from other affective
processes
Affectieve processen: emotie, feeling, mood (= emotionele
states die langere tijd blijven bestaan en zijn objectless
and free-floating), disposition, perference. Of met related
phenomena zoals een reflex of een drive.
Important criteria for differentiation: (synchronisatie = wnr de
componenten samen veranderen dus correlatie hebben)
, 1. Kijken naar de emotional-components (zoals appraisal die niet vaak bij mood hoort)
2. Andere citerica:
Object-focused (moods vb vaak niet gerelateerd aan een object, perference kan wel).
Intensity
Duration (emotie is korter dan mood of peference)
Hoofdstuk 1
Sigmund freud met de psychoanalytic approach: emoties zijn de kern van veel mentale
problemen en bepaalde gebeurtenissen kunnen zo schadelijk zijn dat ze schade achterlaten en
een levenlange invloed kunnen hebben.
Lazarus combineerde Freud en Darwin ideeen en stelde dat emoties komen van hoe wij
gebeurtenissen evaluaren in onze omgeving in relatie tot personele goals.
Tomkins: effect of emotion is de primary motivational system dus emoties werken stimulerend
voor drives. Functie van emotie is om ranken de systemen door stimuleren van een drive.
James stelde dat emoties beinvloeden hoe je de wereld ziet. Bevestigd in onderzoek: blij dan
eerder onbekende helpen.
Learning objectives week 1
1. Componenten van emoites
2. Onderscheiden van emoties met andere vormen van affect en motivatie
3. Measurements methoses:
a. Hoe kan je emoties of compomenten ervan meten?
b. Voordelen en nadelen van verschillende methodes
4. De hoofd theoretical perspectives met de hoofd kenmerken, overeenkomsten en verschillen.
Assigments
Mesuring emotie Nadeel Voordeel voorbeeld
methodes component
Observatie Meet motor Display rules kunnen Objectief Observeren van de
van de expression emoties verbergen gezichtsuitdrukking en
persoon houding dus bij boos fronsen
Veranderingen fysiologische Geen onderscheid Meten van hartslag etc. is
in automatisch reacties tussen emoties, zelfde meer wnr boos
nervous fysiologische reactie
system
Self-report Apprassial, Objectief Vragen: ‘’mate van irriatie’’
cognitive
component
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller PaulineWolfs. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.60. You're not tied to anything after your purchase.
