100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Gezonde en zieke cellen III | week 1 | 136 oefenvragen met antwoorden $3.20   Add to cart

Other

Gezonde en zieke cellen III | week 1 | 136 oefenvragen met antwoorden

1 review
 34 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

136 oefenvragen met antwoorden over de stof uit alle onderwijsvormen van week 1 van gezonde en zieke cellen III. Inclusief overzicht bij hematopoëse, ijzerhomeostase, intracellulaire regulatie ijzerbalans, diagnostisch stroomdiagram bij hemolyse, MCV en oorzaken van anemie, schematische weergave t...

[Show more]
Last document update: 1 year ago

Preview 4 out of 42  pages

  • December 17, 2022
  • November 1, 2023
  • 42
  • 2022/2023
  • Other
  • Unknown

1  review

review-writer-avatar

By: boorlieke • 6 months ago

avatar-seller
GZC III week 1 → vragen




Hematopoiese • Hoorcollege 1
1. Waar bevindt zich beenmerg?
⬜ Bekken

⬜ Radius

⬜ Schedel

⬜ Sternum

⬜ Tibia



2. De hematopoëse begint met een  stamcel.
a. Multipotente
b. Omnipotente
c. Pluripotente

3. Welke 3 processen starten onder de myeloïde tak?

4. Granulocyten vormen de aspecifieke afweer.
a. Juist
b. Onjuist

5. Koppel de kenmerken aan de juiste granulocyt.
 basofiele granulocyt 🄰 produceert heparine en histamine

 eosinofiele granulocyt 🄱 fagocytose van bacteriën

 neutrofiele granulocyt 🄲 belangrijke rol bij parasitaire infecties

🄳 gesegmenteerde kern

🄴 veel paarse stippen

🄵 dubbele paarse kern en rode stippen



6. Wat is de meest voorkomende granulocyt?
a. Basofiele granulocyt
b. Eosinofiele granulocyt
c. Neutrofiele granulocyt

7. Waar bevindt een monocyt zich?
a. Bloed
b. Weefsel



GZC III → week 1 → vragen → 1

,8. Trombocyten worden gevormd uit een megakaryocyt.
a. Juist
b. Onjuist

9. Waar bevinden zich megakaryocyten?
a. Beenmerg
b. Bloed
c. Weefsel

10. Welke stelling(en) over TPO is of zijn juist?
⬜ Toegenomen aantal verouderde trombocyten leidt tot verhoogd TPO

⬜ TPO speelt een rol bij de aanmaak van erytrocyten

⬜ TPO wordt gemaakt door hepatocyten

⬜ Verouderde trombocyten binden aan cellen in de milt



11. Welke lymfocyten rijpen uit in het beenmerg?
a. B-lymfocyten
b. T-lymfocyten

12. Welke lymfocyten bevinden zich in follikels in de cortex van lymfeklieren?
a. B-lymfocyten
b. T-lymfocyten

13. Welke cellen blijven achter in de lymfeklier?
a. B-geheugencellen
b. Plasmacellen

14. Welke soort kanker bevindt zich in plasmacellen?
a. Acute leukemie
b. Folliculaire lymfoom
c. Mantelcellymfoom
d. Multipel myeloom

15. Een T-lymfocyt kan pathogenen alleen herkennen via een MHC-receptor.
a. Juist
b. Onjuist

16. Welke T-cel zorgt ervoor dat er niet te veel cytotoxische T-cellen circuleren?
a. Regulatoire T-cel
b. T-helpercel
c. T-geheugencel



GZC III → week 1 → vragen → 2

,17. Waar bevinden zich natural killer-cellen?

Erythropoiese • Hoorcollege 2

18. Een rode bloedcel kan zich vermenigvuldigen.
a. Juist
b. Onjuist

19. Een rode bloedcel die niet goed uitrijpt is  dan normaal.
a. groter
b. kleiner

20.Noem 4 bouwstoffen van rode bloedcellen.

21. Waarmee wordt de hemoglobineconcentratie gemeten?
a. MCV
b. MCHC

22. Welke vorm hemoglobine is het meest aanwezig in neonaten?
a. HbA1
b. HbA2
c. HbF

23.De heemring is een eiwit.
a. Juist
b. Onjuist

24.Bij een lage zuurstofspanning wordt de productie van EPO geremd.
a. Juist
b. Onjuist

25. EPO is ook verantwoordelijk voor de uitrijping van rode bloedcellen.
a. Juist
b. Onjuist

26.Waar bevindt ijzer zich het meest?
a. Beenmerg
b. Lever
c. Erytrocyten
d. Milt




GZC III → week 1 → vragen → 3

, 27. Hepcidine  de opname van ijzer.
a. remt
b. stimuleert

28.Hepcidine werkt op 
a. Ferritine
b. Ferroportine
c. Transferrine

29.Hoeveel ijzer krijgt men per dag binnen via de darm?
a. 1 – 2 mg
b. 5 – 10 mg
c. 10 – 20 mg
d. 20 – 25 mg

30.Erythroferrone  hepcidine.
a. onderdrukt
b. stimuleert

31. Transferrine is een antioxidant.
a. Juist
b. Onjuist

32.Welke stelling(en) over hepcidine is of zijn juist?
⬜ Meer hepcidine leidt tot minder ijzerbeschikbaarheid

⬜ Stress leidt tot minder hepcidine

⬜ Ferroportine staat onder invloed van hepcidine

⬜ Hepcidine leidt tot afwezigheid van ijzer in het lichaam

⬜ Erythroferrone is analoog aan hepcidine




GZC III → week 1 → vragen → 4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller daanannaveld. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

71498 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.20
  • (1)
  Add to cart