Summary
Complete en uitgebreide samenvatting alle hc's + uitleg + slides MTO C
- Course
- Institution
Deze samenvatting omvat alle stof voor het tentamen MTO C.
[Show more]
Seller
Followroosrozendaal
Content preview
MTO Chttps://www.studeersnel.nl/nl/document/tilburg-university/mto-01-pre-master-techniek
en-voor-causale-analyse/aantekeningen-causale-analyse/1332261/download/aantekeni
ngen-causale-analyse.pdf
Wat is een nulhypothese? De nulhypothese (H0) is de bewering dat er geen effect
is op de populatie. Als de steekproef voldoende bewijs levert tegen de bewering
dat er geen effect in de populatie is (p ≤ α), dan kun je de nulhypothese verwerpen.
Zo niet, dan kun je de nulhypothese niet verwerpen.
Waarom is er variatie in de scores van afhankelijke variabele van een onderzoek?
→ Scores op afhankelijke variabelen worden enerzijds beïnvloed door:
1. Systematische invloeden van gemeten variabelen
2. Invloeden van niet gemeten variabelen
3. Toevalligheden
Technieken voor antwoord op deze vraag
A. One Way between subjects Analysis of Variance
B. Bivariate en Multipele Regressie Analyse
C. Padanalyse
D. Logische Regressie Analyse
Technieken verschillen wat betreft meetniveau van de afhankelijke variabele, onafhankelijke
variabele en complexiteit van verbanden die je ermee kunt onderzoeken.
ANOVA
Analyseert verhouding van de twee componenten van totale varia(n)tie in de data
tussengroepsvariantie en binnengroepsvariantie.
Info variantie gemiddelde scores tussen groepen / Info variantie scores binnen groepen
Tussengroepsvariantie: systematische verschillen tussen groepen en alle andere
variabelen van invloed op Y
Binnengroepsvariantie: invloed alle andere variabelen die van invloed zijn op Y
MSbetween = SSbetween = SSbetween
DFbetween k-1
MSwithin = SSwithin = SSwithin
DFwithin (N-k)
F ratio test = MSbetween
MSwithin
Grote F waarde —> variantie tussen groepen groter dan variantie binnen groepen
Sig: < 0.05 → significant resultaat
,ASSUMPTIES ONE WAY BETWEEN S ANOVA
1. Kwantitatieve afhankelijke variabele interval/ratio meetniveau
Onafhankelijke variabele nominaal meetniveau (groepen)
2. Hele steekproef en binnen elke groep scores van afhankelijke variabele bij
benadering normaal verdeeld
3. Geen outliers
4. Variantie van scores van afhankelijke variabele is gelijk tussen groepen
Toetsen met Levene’s test: nulhypothese = varianties groepen gelijk
P waarde moet groter dan alpha want niet significant.
5. Onafhankelijke waarnemingen
Levene’s test significant? → F test statistic groter (variantie = standaarddeviatie2)
- Welch test (als N’s groepen verschillen, omvang in groepen verschillend)
- Brown Forsyth test
Assumpties van onafhankelijke waarnemingen
- Scores van een individu geeft geen informatie over andere scores in een dataset
- Tussen groepen: respondenten behoren maar tot een groep
- Binnen elke groep aselect gekozen
- Respondenten behoren wel tot dezelfde groep dus afhankelijkheid tussen
waarnemingen maar door groep al onafhankelijke variabele op te nemen houden we
rekening met afhankelijkheid (ANOVA)
Effect size
Welk deel van de variantie van de afhankelijke variabele wordt verklaard vanuit het feit dat
er verschillende groepen zijn.
N2 = SSbetween/SS total = SSbetween/SSbetween+SSwithin
ANOVA SAMENVATTING!!!!!!!!!!!!!
1. Een afhankelijke variabele: nominaal meetniveau
Afhankelijke variabele: interval/ratio meetniveau
2. Toetst of in de populatie groepsgemiddelden aan elkaar gelijk zijn
3. Splitst variantie op in tussen en binnengroepsvariantie en daaruit wordt een ratio
berekend die de test statistic F geeft
4. Indien voldaan aan bepaalde assumpties levert de techniek geldige resultaten op
5. Niet alleen de significantie is interessant maar ook de effect size
Pearson correlatie is een gestandaardiseerde maat voor de lineaire samenhang tussen 2
continue of dichotome variabelen (nominale variabelen met 2 categorieën zoals geslacht)
Rond de 0 = geen lineaire samenhang
Marginale verdeling is van alleen X of Y.
Pearson correlatie
ASSUMPTIES SCORES X EN Y
1. Kwantitatief of beide dichotoom
2. Lineair gerelateerd
3. Bivariate normale verdeling
4. Geen extreme uitschieters
, 5. Homoesdacititeit: Y scores hebben dezelfde
variantie voor scores X
Heteroscedasticiteit: Y scores niet dezelfde
variantie voor X
Sterkte Pearson r gerelateerd aan patronen data
A. Concordante datapunten: boven/onder het
gemiddelde van X als Y (positief, groot)
B. Discordante datapunten: onder het gem X,
boven gem Y of andersom (negatief, groot)
Pearsons’s r berekend
Standaardscore formule
Methode 2 via covariantie tussen X en Y
Covariantie is een gestandaardiseerde maat die aangeeft in welke mate 2 variabelen lineair
met elkaar variëren.
Is de samenhang significant?
Populatie correlatiecoëfficiënt tussen X en Y wordt aangeduid met rho (p)
Om te toetsen bereken T ratio Test statistic
Standaardfout/error: standaarddeviatie van de steekproevenverdeling van een
steekproefgrootheid.
Moet klein zijn → gemiddelde in de steekproefverdeling bij elkaar liggen.
Duidt op een precieze schatting, ligt niet ver uit elkaar. Hoe zeker is onze schatting?
Grote correlatie coëfficiënt: sterk correleert met elkaar
→ met kleine standaardfout = grote T
Variabele correleert perfect met zichzelf, vandaar 1.
Hoe meer correlaties, hoe groter de kans dat er ook significante correlaties tussen zitten →
verhoogde kans op Type 1 fout
1. Beperk aantal correlaties
2. Cross validatie
3. Bonferroni (meer conservatie ax) → strenger significantieniveau
4. Repliceer correlaties in nieuwe steekproeven
Factoren die Pearson's r kunnen beïnvloeden
1. Data Patronen in X, Y plotje
2. Biased sample selection
a. Beperkt bereik
b. Selection of extreme groups
3. Correlaties van steekproeven met gecombineerde groepen
4. Mate waarin R gecontroleerd wordt voor andere variabelen
5. Bivariate outliers
6. Verschillende vorm van de verdeling X en Y
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller roosrozendaal. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.85. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
77254 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now