Microbiologie
2022 – 2e bach
,Hoofdstukken
1. Prokaryote structuren visualiseren in het lab ................................................................................. 2
2. Structuur en functie van microbiële genomen opgehelderd ........................................................ 10
3. Micro-organismen als tool voor de identificatie van mutagenen ................................................. 27
4. De groei en monitoring van microbiële culturen .......................................................................... 35
1. Micro-organismen identificeren.................................................................................................... 49
2. Infectie, infectieziekten en epidemiologie .................................................................................... 69
3. De controle van microbiële groei in het lichaam .......................................................................... 82
4. Pathogenen in beeld...................................................................................................................... 95
5. Virussen ....................................................................................................................................... 112
1
,Micro-organismen: het genoom en het
monitoren van de groei
1. Prokaryote structuren visualiseren in het lab
Micro biologie: De studie van de biologie van de micro-organismen
Micro-organismen: De organismen die onder de microscoop zichtbaar zijn
µm
Prokaryote cel
Bevat:
• Celwand
• Capsule
• Één cirkelvormig
chromosoom
• Geen organellen !
• Geen
kernmembraan
2
,Prokaryote vs eukaryote cel
3
,Celwand
Celwand gram positieve
✓ Verschillende peptidoglycaanlagen → geeft dikke rigide structuur
• Herhalend disaccharide (NAG + NAM)
o NAM: N-acetyl muraminezuur
o NAG: N-acetyl glucosamine
• Suiker-ruggengraat
• Aan elkaar via polypeptides
• Bevat tetrapeptidezijketen
✓ Techoic acid (alcohol + fosfaatgroep)
• Lipotechoid acid
o Overspant peptidoglycaanlaag
o Gehecht aan het plasmamembraan
• Wall techoic acid
o Enkel aan het peptidoglycaan verbonden
• Functie
o Beschermd tegen cellysis
o Antigen specificiteit → identificatie voor bacteriën
Celwand gram negatieve
4
, ✓ Één of enkele peptidoglycaanlagen
• Peptidoglycaanlaag verbonden met lipoproteïne in het buitenste membraan
✓ Buitenste membraan
• Bevat lipopolysacchariden, fosfolipiden, lipoproteïnen, porines (kanalen voor nutriënten)
…
• Zorgt voor een barrière tegen cellysis of tegen stoffen die niet binnen mogen
✓ Periplasmaruimte
• Tussen peptidoglycaan en plasmamembraan
• Bevat veel enzymen, transportmoleculen
Lipopolysacchariden bestaat uit:
• O-polysaccaride
o Belangrijk als antigen -> identificatie van gram-negatieve bacterieen
• Lipide A
o = endotoxine
o Toxisch voor gastheer wanneer het terechtkomt in de bloedbaan of in de darm
Gram pos. VS Gram neg.
Gram + Gram -
Dikke peptidoglycaanlaag Dunne peptidoglycaanlaag
-> gevoeliger voor mechanische afbraak
Exotoxines Endotoxines
Techoic zuren Geen techoic zuren
Paars/blauw na gramkleuring Roze/rood na gramkleuring
Toxines
• Endotoxine
o Aanwezig in het LPS van het buitenmembraan
o Komt vrij bij cellysis
o Bij gram –
o Zie tekening rechtsboven
• Exotoxine
o Metaboolproduct van een groeiende cel
o Wordt gesecreteerd in het medium of via cellysisch
o Bij gram +
o Zie tekening linksboven
Visualisatie
5
2022 – 2e bach
,Hoofdstukken
1. Prokaryote structuren visualiseren in het lab ................................................................................. 2
2. Structuur en functie van microbiële genomen opgehelderd ........................................................ 10
3. Micro-organismen als tool voor de identificatie van mutagenen ................................................. 27
4. De groei en monitoring van microbiële culturen .......................................................................... 35
1. Micro-organismen identificeren.................................................................................................... 49
2. Infectie, infectieziekten en epidemiologie .................................................................................... 69
3. De controle van microbiële groei in het lichaam .......................................................................... 82
4. Pathogenen in beeld...................................................................................................................... 95
5. Virussen ....................................................................................................................................... 112
1
,Micro-organismen: het genoom en het
monitoren van de groei
1. Prokaryote structuren visualiseren in het lab
Micro biologie: De studie van de biologie van de micro-organismen
Micro-organismen: De organismen die onder de microscoop zichtbaar zijn
µm
Prokaryote cel
Bevat:
• Celwand
• Capsule
• Één cirkelvormig
chromosoom
• Geen organellen !
• Geen
kernmembraan
2
,Prokaryote vs eukaryote cel
3
,Celwand
Celwand gram positieve
✓ Verschillende peptidoglycaanlagen → geeft dikke rigide structuur
• Herhalend disaccharide (NAG + NAM)
o NAM: N-acetyl muraminezuur
o NAG: N-acetyl glucosamine
• Suiker-ruggengraat
• Aan elkaar via polypeptides
• Bevat tetrapeptidezijketen
✓ Techoic acid (alcohol + fosfaatgroep)
• Lipotechoid acid
o Overspant peptidoglycaanlaag
o Gehecht aan het plasmamembraan
• Wall techoic acid
o Enkel aan het peptidoglycaan verbonden
• Functie
o Beschermd tegen cellysis
o Antigen specificiteit → identificatie voor bacteriën
Celwand gram negatieve
4
, ✓ Één of enkele peptidoglycaanlagen
• Peptidoglycaanlaag verbonden met lipoproteïne in het buitenste membraan
✓ Buitenste membraan
• Bevat lipopolysacchariden, fosfolipiden, lipoproteïnen, porines (kanalen voor nutriënten)
…
• Zorgt voor een barrière tegen cellysis of tegen stoffen die niet binnen mogen
✓ Periplasmaruimte
• Tussen peptidoglycaan en plasmamembraan
• Bevat veel enzymen, transportmoleculen
Lipopolysacchariden bestaat uit:
• O-polysaccaride
o Belangrijk als antigen -> identificatie van gram-negatieve bacterieen
• Lipide A
o = endotoxine
o Toxisch voor gastheer wanneer het terechtkomt in de bloedbaan of in de darm
Gram pos. VS Gram neg.
Gram + Gram -
Dikke peptidoglycaanlaag Dunne peptidoglycaanlaag
-> gevoeliger voor mechanische afbraak
Exotoxines Endotoxines
Techoic zuren Geen techoic zuren
Paars/blauw na gramkleuring Roze/rood na gramkleuring
Toxines
• Endotoxine
o Aanwezig in het LPS van het buitenmembraan
o Komt vrij bij cellysis
o Bij gram –
o Zie tekening rechtsboven
• Exotoxine
o Metaboolproduct van een groeiende cel
o Wordt gesecreteerd in het medium of via cellysisch
o Bij gram +
o Zie tekening linksboven
Visualisatie
5