Volstrekte/absolute meerderheid = 50% + 1
Gekwalificeerde meerderheid = de meerderheid van stemmen moet voldoen aan bepaalde
voorwaarden;
Unanimiteit: alle stemmen voor of tegen
Versterkte meerderheid: meer dan de helft moet voor stemmen, bijv. 2/3, ¾.
Week 1 oprichting
Vennootschap in oprichting artikel 2:93/203 BW.
- Lid 2: degene die handelt is hoofdelijk verbonden totdat de vp na oprichting de RH
bekrachtigd;
- Lid 3: na bekrachtiging, als de VP niet kan voldaan aan de verplichtingen, dan is de
handelende hoofdelijk aansprakelijk voor de schade, indien zij wist of behoorde te
weten dat de vp haar verplichting niet zou kunnen nakomen.
Kapitaalbescherming tijdens bestaan van de vennootschap
1. Inbreng in natura na oprichting artikel 2:94b/2:204b
o Een aandeelhouder moet goedkeuring geven, tenzij deze bevoegdheid is
toegekend aan het bestuur in de statuten artikel 2:94/2:204 lid 2 BW
2. Nachgründung artikel 2:94c BW (geldt alleen voor de NV)
o Dit is om te voorkomen dat er misbruik wordt gemaakt van de stortingsplicht
van de aandeelhouder. Stel oprichter voldoet aan zijn stortingsplicht en
verkoopt later een goed tegen een te hoge prijs. Hiermee krijgt hij dus zijn geld
terug
o RH door NV verricht zonder goedkeuring van de AVA of verklaring bedoeld
in lid 5. Deze kan worden vernietigd indien:
Transactie verkrijging van een goed tussen de vennootschap en
oprichter; en
Is verricht tot na 2 jaar van inschrijving.
3. Uitkeringen aan aandeelhouders artikel 2:205/2:216 BW
o Bij de NV hebben we een balanstest
Lid 2: alleen het vrije vermogen mag worden uitgekeerd;
Lid 4: tussentijdse uitkering is mogelijk, mits dit mogelijk is gemaakt
in de statuten
Onder omstandigheden kan uitkering terugbetaald moeten worden, zie
artikel.
o Bij de BV hebben we een beperkte balanstest + uitkeringstest
Lid 1: zowel het vrije vermogen als het geplaatst aandelenkapitaal mag
worden uitgekeerd;
Lid 2: het bestuur moet het besluit tot uitkering van de AVA
goedkeuren.
Bestuur mag slechts goedkeuring weigeren, indien het weet of
redelijkerwijs behoort te voorzien dat de vp na de uitkering niet
zal kunnen blijven voortgaan met het betalen van haar opeisbare
schulden.
4. Verkrijging van eigen aandelen artikel 2:98/207 BW (inkoop)
o Organisatie koopt eigen aandelen op de beurs. Hiermee vermindert je kas,
maar ook minder aandeelhouders
1
, Voordeel: grotere winst voor de aandeelhouders (er zijn nu minder
aandeelhouders, de vp kan geen stemrecht en winst krijgen op eigen
aandelen)
Nadelen: daling van geld in kas.
o Waarom?
Aandeelhouder dood, erfgenamen willen verder, je kunt dan de
aandelen inkopen, totdat iemand anders ze wilt.
Of je hebt al veel projecten lopen en je weet niet wat je moet, rente op
de bank is laag, dan ga je eigen aandelen kopen.
Let op: bij de beurs NV mag je niet meer dan 50% aandelen aanhouden.
Cascade inkoop: je koopt eerst 50%in en vervolgens trek je die in
(verminderen van aandelen kan immers bij de NV alleen door de VP
gehouden aandelen artikel 2:99 BW). En dan weer nieuwe inkopen en weer
intrekken
5. Financieel steunverbod (geldt alleen voor de NV) artikel 2:98c BW
o Vennootschap mag geen zekerheid stellen aan aandeelhouders of garant staan
met het oog op het verkrijgen van aandelen. Je gaat dan je positie verzwakken,
afhankelijk zijn. Er gelden hiervoor wel uitzonderingen, zie lid 2.
o Stel een partij wilt aandelen in de BV maar heeft geen geld. De vennootschap
kan dan een lening verstrekken aan die partij die aandelen gaat nemen en dat
vervolgens kan worden gebruikt door de aandeelhouder om de aandelen te
kopen. Belangrijkste voorwaarde is dat de lening at arms’ length gebeurt, het
moet dus ene zakelijke lening zijn. Stel dat de vennootschap leent bij de bank
en daarvoor een zekerheid zou verstrekken en het vervolgens zou doorlenen
aan een aandeelhouder. HR Rabobank/Muller: doorleenconstructie is
geoorloofd.
6. Kapitaal vermindering artikel 2:99-100/2:208 BW
o Het intrekken van aandelen waarmee het geplaatst kapitaal wordt verminderd.
NV: besluit van de AVA, ziet alleen op eigen aandelen VP, artikel 99,
er is een versterkte meerderheid nodig + artikel 100, crediteurenverzet,
procedure van 2 maanden
BV: besluit van de AVA, kan ook aandelen die bij een ander dan de VP
uitstaan, mits dit is geregeld in de statuten.
Eigen vermogen? Zie artikel 2:373 BW.
Ontbinding en liquidatie artikel 2:19 BW
1. Besluit van de AVA lid 1 of bij een stichting door het bestuur;
2. Zijn er baten? ^
o Zo ja: vereffenaar genoemd;
o Zo nee: turboliquidatie lid 4.
Stel dat de vennootschap perongeluk is ontbonden. Dan neem je een herroepingsbesluit en ga
je naar de rechtbank. Je voert dan aan dat er geen rechten van derden in het gedrang zijn. Dit
heeft GEEN terugwerkende kracht!
Inkoop vs. Intrekking
1. Wat is inkoop? Dit houdt in dat de vennootschap een deel van haar eigen aandelen
koopt en dat de vennootschap gelijk aandeelhouder van zichzelf wordt. Je neemt
bestaande aandelen over en je betaalt daar een koopprijs voor.
2
, 2. Is inkoop geoorloofd? Ja artikel 2:98 BW. Onder voorwaarden is het toegestaan (voor
NV:))
I. Je mag maximaal 50% van de aandelen inkopen;
II. Er moeten voldoende vrije reserves zijn.
3. Inkoop door derde? Ja, maar dan moet je opletten op verbod van financiële steun
artikel 2:98c BW. Je mag geen garanties geven, zekerheid verschaffen, ook geen
koersgarantie geven of zeggen dat als de aandelen in waarde zakken, je het verschil
betaalt.
4. Wie besluit? Artikel 2:98 lid 4/207 lid 1 BW
o NV: de AVA moet het bestuur hiertoe machtigen. Bij beursvennootschap kan
je machtiging voor max 18 maanden krijgen en anders 5 jaar;
o BV: het bestuur beslist;
5. Waarom inkoop?
i. De vennootschap kan veel kas hebben, maar weet nog niet wat hij ermee wil
doen. Je kunt ook dividend uitkeren, maar dat is vaak fiscaal niet zo gunstig;
ii. Ondersteunen van de koers van de aandelen. Als je aandelen gaat kopen, dan
stijgt de vraag en daarmee ook de prijs;
iii. Vennootschap heeft aandelen nodig voor werknemersoptie programma’s (ter
beloning);
iv. Aandeelhouder dood, erfgenamen willen verder, je kunt dan de aandelen
inkopen, totdat iemand anders ze wilt.
6. Wat is het verschil tussen inkoop en intrekking
o Bij inkoop is een ander dan de vennootschap niet meer langer de
aandeelhouder. Het aandeel bestaat nog steeds. Deze kan de vennootschap
wederom wel intrekken. Bij intrekking verdwijnt het aandeel, het geplaatst
kapitaal wordt minder.
7. Wie besluit tot intrekking?
o NV: AVA art. 99 lid 1 jo. Lid 6
o BV: AVA. Art. 208
Week 2 besluitvorming
Besluitvorming staat los van de vertegenwoordiging!
Besluit
Een beslissing van een orgaan (78a/189a) die rechtsgevolg heeft voor de rechtspersoon.
1. Besluitvorming heeft interne werking! Het bindt alleen de rechtspersoon zelf en de
leden van de organen. Om een besluit naar buiten te presenteren heb je
vertegenwoordiging nodig!
2. Besluiten met externe werking
o 2 categorieën:
1. Besluiten met direct externe werking
Besluiten die zich rechtstreeks tegenover de wederpartij richten.
Besluiten die tegelijkertijd een vertegenwoordigingshandeling bevatten.
Bijv. vaststellen bezoldiging artikel 2:135 BW;
Bijv. artikel 2:33 BW
2. Besluiten met indirect externe werking
Bijv. inkoop van eigen aandelen;
Emissie (uitgifte) van aandelen
3
, 3. Vertegenwoordiging is de rechtshandeling naar buiten toe, heeft externe werking. Het
gaat om de uitvoering van besluiten.
o Let wel: als een besluit een gebrek heeft, dan heeft dit in beginsel geen
gevolgen voor de vertegenwoordigingshandeling!
Heeft interne vernietiging altijd geen gevolg voor extern? Niet bij zogenaamde indirect
extern werkende besluiten. Dit zijn bijvoorbeeld besluiten bij ontslag. Dit zijn besluiten van
een vennootschapsorgaan, die een VOORWAARDE vormen voor het ontstaan van de
vertegenwoordigingshandeling. Dus om tot een werkende vertegenwoordigingshandeling te
komen moet er een besluit van het betreffende orgaan ten grondslag liggen. Een bekend
voorbeeld daarvan is aandelenuitgifte. Wet: er is een besluit nodig van de ava of het bestuur
(als het door ava is aangewezen). Als het besluit er is kan je een uitgiftehandeling aangaan.
Als er geen besluit is of wordt vernietigd, heeft het gevolgen voor de
vertegenwoordigingshandeling waarbij die uitgifte wordt bewerkstelligd. Dus als aan het
besluit een geconflicteerde bestuurder mee doet, kan dat besluit dus worden vernietigd en
heeft gevolg voor externe vertegenwoordigingshandeling (= GEEN vertegenwoordiging
mogelijk dus) (van uitgifte), tenzij artikel 2:16 lid 2 BW. Daar staat dat als de wederpartij te
goedertrouw is, is de vennootschap wel gebonden aan de handeling, ookal ligt er een
vernietigd besluit ten grondslag aan die vertegenwoordigingshandeling.
Dus meestal geen gevolgen, tenzij indirect extern werkend besluit.
1. Als een besluit is genomen ondanks dat er een voorafgaande goedkeuring/mededeling
was vereist = besluit is nietig artikel 2:14 BW;
2. Als een besluit niet is genomen met een vereiste meerderheid of quorum = besluit is
vernietigbaar artikel 2:15 BW
AVA kan ook besluiten buiten vergadering, zie artikel 2:128/2:238 BW.
Voor het vaststellen van een jaarrekening kent de wet in artikel 2:447-455 een eigen
rechtsgang. Een vaststellingsbesluit kan wel nietig zijn als vaststelling door het verkeerde
orgaan is geschied.
Het herroepen of intrekken van een besluit heeft geen terugwerkende kracht.
Jurisprudentie besluitvorming
HR Lampe/Tonnema
Casus met de minderheidsaandeelhouder. HR: de belangen zijn afgewogen. Hier is geen
sprake van meerderheidsmacht. Het besluit is niet genomen om de minderaandeelhouder te
frustureren.
HR Mante
Een aandeelhouder had een veto recht. Er was een AVA bijeengeroepen (dagblad e.d.), maar
aandeelhouder had dit niet gezien. In de AVA zou haar vetorecht worden afgenomen. HR:
AVA kan niet overgaan tot het nemen van een dergelijk besluit zonder te hebben nagegaan of
die aandeelhouder genoegzaam in de gelegenheid is gesteld om aan de besluitvorming van dit
OW deel te nemen. Besluit is vernietigd.
HR Imeco
Er was geen bestuurder meer. Een van de commissarissen gingen tijdelijk in het bestuur
voorzien. RvC kende hem een extra bezoldiging toe, waarop AVA zei, wij hebben hem niet
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Esss03. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.54. You're not tied to anything after your purchase.