Ik heb een grote samenvatting gemaakt van alle hoor en werkcolleges ook staan alle modellen erin met plaatsen die je moet leren.
Zelf heb ik een ruime voldoende gehaald met deze samenvatting
Hoor en werk colleges Bedrijf en bedrijfsvoering:
Met dit vak kijk je echt binnen de organisatie.
Werkcollege week 8 les 1:
Aantal werknemers voor tentamen werken:
Micro-organisatie
Kleine organisatie
Middelgrote organisatie
Grote organisatie
1
,Hoorcollege week 8 organisaties:
Elke vorm van menselijke samenwerking voor een gemeenschappelijk doel:
- Doelstelling
- Mensen
- Middelen
Dit heeft elke organisatie met elkaar overheen.
Hierbij heb je de 6 fundamenten:
- Participanten -> medewerkers die in het bedrijf werken
- Doelen -> wat je wilt bereiken met je organisatie en wat wil je behalen? Winst of natuur
redden.
- Technologie -> welke technologie wordt er gebruikt bijv., software, hardware of computers.
- Formele structuur -> dat is de manier waarop de hiërarchie wordt weergegeven, wie is de
baas, wie is de leidinggevende en wie zijn de werknemers? Hoe zijn afdelingen ingericht wie
moet ernaar wie luisteren? Dit kan je ook echt zin in een organogram
- Informele structuur -> de manier waarop mensen met elkaar contact houden die misschien
niet is vastgelegd door de organisatie, maar wel herkenbaar is.
- Omgeving -> wat gebeurt in de omgeving van het bedrijf bijv., economische groei, inflatie of
de overheid met nieuwe wetten.
Profit: dan is het doel van het bedrijf om winst te maken, en streven ze daarnaar toe zoals: Heineken,
Shell en Philips
Non-profit: zijn de organisaties niet ingesteld om winst te maken en mogen dat eigenlijk ook niet
zoals: scholen en ziekenhuizen of goede doelen
Not-for-profit: hun doel is niet winst maken maar ze maken wel wat winst. Hebben vaak een
maatschappelijk doel en winst is niet het belangrijkste.
Het 7S-model hier kan je organisaties mee analyseren:
2
,Je gaat kijken naar 7 verschillende aspecten die in elke organisatie een rol spelen en in hoeverre
hangen deze aspecten goed samen of niet dan kan je daaraan werken.
Hoorcollege week 8 processen:
Als je kijkt in een organisatie naar processen dan doe je dat via SYSTEMEN.
De klant ziet het meeste en krijgt het meeste mee van de processen. Wanneer er iets niet goed loopt
in processen dan is het resultaat altijd negatief.
Een proces in een organisatie betekenis:
- Een proces is een serie van elkaar opvolgende handelingen gericht op het leveren van
toegevoegde waarde voor de klant.
Proces is makkelijker te zien in een productiebedrijf dan in een bedrijf dat geen tastbare producten
verkoopt.
De input = is wat er aan de voorkant van het proces erin moet.
Throughput = hier vindt het proces plaats of te wel de handelingen vinden plaats. Hier kan je van de
input wat maken.
Output = is het product wat opgeleverd moet worden.
Primaire processen: dit is vooral wanneer de operatie of de productie plaats vindt, het feitelijke
moment dat je ziet dat een product of iets gemaakt wordt. Maar alle 5 de stappen zijn primaire
proces.
- Inkomende (leveranciers) logistiek
- Operaties/productie
- Uitgaande (klantgerichte) logistiek
- Marketing & verkoop
- Service en de nazorg
3
, Secundaire processen:
De ondersteunde activiteiten zie je boven aan bij het model, HRM, IT, inkoop, technologie en bedrijf
infrastructuur (fiancé). Dit is allemaal ondersteunend werk.
infrastructuur (fiancé). Dit is allemaal ondersteunend werk.
Je hebt ook bestuurlijke processen:
Dit is vooral als ze groter worden, dit is al het werk wat managers en directeurs aan het doen zijn,
langere termijn activiteiten, afdelingen over visie en missie en doelstellingen, maar ook meten van
verschillende data.
De vijf redenen voor mensen om samen te werken:
1. Specialisatie mogelijk maken
2. Toegang verkrijgen tot hulpbronnen en technieken
3. Middel om te anticiperen op de omgeving
4. Transactiekosten verlagen
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Marijedewit. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.50. You're not tied to anything after your purchase.