Neurokinesitherapie 1
Les 1: Introductie
Neurologie: alle ziektebeelden die te maken hebben met zenuwstelsel (centraal & perifeer)
Ong 20-45% van kinesitherapie voor neurologische problemen
Meningitis = hersenvliesontsteking
Klinische neurologie houdt zich bezig met diagnostiek (kaderen van een klacht, symptoom of
teken) & preventie
Primaire preventie: ziekte voorkomen
Secundaire preventie: herval (=recidief) voorkomen
Tertiaire preventie: strategie waarbij men bij een event probeert te voorkomen dat er veel
complicaties optreden
Neurologische problematiek: sensorische problematiek, motorisch, gedrag, …
Behandeling:
- Symptomatisch: symptomen onderdrukken
- Profylactisch: voorkomen dat een bepaald fenomeen zich voordoet
- Kolsaal????: obstructie wegnemen
- Palliatief: lijden beperken
Principes
1. Er is een symptoom (somatotopisch denken: delen van perifeer en centraal ZS
komen overeen met een bepaalde functie van het lichaam)
2. Verschillende types van ziektebeelden/ soorten neurologische aandoeningen
+ kanker en CVA
- Multipele sclerose
- /
- Parkinson
- Guillain Barré, ALS
- MS (multipele sclerose)
- Epilepsie, benigne paroxismale vertigo, migraine
- Hernia, ontsteking plexus, elongatieplexus op plexus brachialis na ongeval
- Aantasting zenuwen op verschillende niveaus
- /
,Peter De Deyn 2020-2021 2e Bach
Anatomie van het zenuwstelsel
Neurologische aandoeningen kunnen alle delen van het zenuwstelsel met al hun specifieke
functies aantasten.
Centraal ZS: hersenen en ruggenmerg/medulla spinalis
Perifeer ZS: ganglia en perifere zenuwen
Hersenen: grote hersenen (cerebrum), kleine hersenen (cerebellum), tussenhersenen
(diencefalon), basale kernen, hersenstam (mesencefalon, pons, medulla oblongata)
Temporaalkwab, frontaalkwab, occipitaalkwab, pariëtaalkwab
Ruggenmerg:
- Motore banen: tractus corticospinalis – willekeurige motoriek
- Sensibele banen: spinothalamicus en achterstrengen
- Autonome en reflexbanen
Bloedvoorziening ruggenmerg: hersenen => cirkel van Willis
Tractus spinothalamicus: kruising niveau van relevante dermatomen; pijn, temperatuur, lichte
tast
Achterstrengen: grove tast, vibratie- en positiezin; kruising in hersenstam-medulla oblongata
Neuromusculaire junctie; myelineschedes; pre en postsynaptiche ACh receptoren
31 paar spinale zenuwen
L4: onderbeen mediaal,, L5: onderbeen lateraal
Dermatoom: elke zenuwwortel ontvangt sensibele informatie van een specifiek huidgebied
Ook myotomen: info van een specifieke spier
,Peter De Deyn 2020-2021 2e Bach
Neurologische examinatie
Anamnese bij neurologisch onderzoek is heel belangrijk! Het verhaal van de patiënt gaat
bepalen welke denkrichting je gaat uitgaan.
Een goed neurologisch onderzoek start met een goede klinische geschiedenis. Je moet een
basisonderzoek bij elke patiënt doen, maar niet per se alle testen. Neurologisch onderzoek
kan dus ook vaak een andere wending krijgen tijdens de anamnese.
- Je neemt de articulatie waar van de patiënt, wat hij/zij weet te vertellen en zijn/haar
mentale status
- Je inspecteert de aangezichtskenmerken, asymmetrieën, bewegingen van het
gezicht, oogbewegingen, knipperen, ademhaling, houding, …
- Je observeert hoe de patiënt slikt en ademt. Je inspecteert de houding en kijkt of er
tremor of onwillekeurige bewegingen aanwezig zijn.
Domeinen die onderzocht kunnen worden in neurologisch onderzoek: mentale status,
craniale zenuwen, motorisch onderzoek, reflexen, sensorisch onderzoek, coördinatie en
gang
- Mentale status (Folstein mini-mental status exam - MMSE)
Niveau van alertheid, attentie en coöperatie
Oriëntatie in tijd, ruimte en persoon
Wie ben ik? Welke dag is het? Waar bent u?
Spraak en taalgebruik
Spontane spraak
Begrip
Benoemen objecten
Herhaling
Lezen
Schrijven
Geheugen – korte en langetermijn
Rekenfuncties; links rechts oriëntatie, herkennen van vingers, agraphie (niet
kunnen schrijven)
Apraxie
Onmogelijkheid om motorisch bevel correct op te volgen dat niet het
gevolg is van verlamming of taalstoornis (vb. doe alsof je je tanden
poetst => lukt niet ondanks dat motoriek in orde is).
Constructiemogelijkheden en neglect
Mensen met rechter hemisfeerletsel herkennen hun linker lidmaat niet
meer (vb.)
Logisch redeneren en mogelijkheid tot abstraheren
Het uitvoeren van sequentiële taken
Bij frontale letsels gaan bepaalde reflexen terugkeren (vb. grijpreflex)
Perseveratie: opdrachten blijven uitvoeren terwijl je eigenlijk al bezig
bent met een nieuwe topic
Delusies (waanbeelden) en hallucinaties
Hallucinaties kunnen visueel, auditief, tactiel, olfactorisch, … zijn
Delusie vb. denken dat je bestolen/vergiftigd wordt
Plukken aan bepaalde structuren die er niet zijn
Praten met ‘personen’ die je zelf niet ziet
Stemming
Hypomaan, depressief, …
, Peter De Deyn 2020-2021 2e Bach
- Craniale zenuwen
N. Olfactorius
Reukzin
Niet vaak getest tenzij men een tumor in de frontaalkwab denkt te zien
N. Opticus
Visuele scherpte
Kleurenvisie (verlies van kleur rood is een belangrijk symptoom van
optische neuritis)
Visuele velden
Fundoscopie: binnenkant oog onderzoeken
Visuele extinctie
Oogmotoriek (N 3,4 en 6)
Occulomotorius : 3
Abducens : 4
Nervus 2 en 3 zijn verantwoordelijk voor de pupillaire respons (N. opticus & N.
occulomotorius)
Door pupilreflex kunnen we een correcte loop identificeren met afferent
gedeelte N. 2 en efferent N. 3.
N. trigeminus staat in voor gevoel in gelaat & voor motoriek van kauwspieren.
Sensoriek in gelaat onderzoeken
Via corneale reflex functionele verbondenheid tussen 5 en 7 testen
Voelen aan de masseter spieren door patiënt op tanden te laten bijten
N7 facialis
Kijken naar asymmetrieën in gezichtsvorm (faciale musculatuur).
Verlamming kan zich voordoen bij mensen, maar ook bij dieren.
N8: vestibulocochlearis – gehoor en evenwicht
Gehoortesten
N9: glossopharyngeus,, N10: vagus
Patiënt moet ‘Aah’ zeggen. Voelt hij/zij het wanneer de pharynx wordt
aangeraakt?
Gag reflex wordt getest
Spieren voor articulatie: N5, 7, 9, 10, 12
N11: accessorius – verantwoordelijk voor sternocleidomastoideus en
trapezius
Patiënt moet schouders optrekken en hoofd in beide richtingen draaien
& hoofd opheffen tegen weerstand
N12: tongzenuw – hypoglossus
Patiënt moet tong uitsteken. Als tong naar links gaat, is de linker kant
aangedaan.
- Motor onderzoek
Vraagt veel tijd bij routine neurologisch onderzoek. Wordt later nog meer toegelicht.
Medical research council (MRC) is een kracht schaal.
Decorticatiehouding (disconnectie met cortex), decerebratiehouding, flasc paralyse
- Reflexen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller adamsmarie. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.51. You're not tied to anything after your purchase.