100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
De beste begrippenlijst van inleiding tot privaatrecht $5.92   Add to cart

Other

De beste begrippenlijst van inleiding tot privaatrecht

 9 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Hier kan je de beste begrippenlijst vinden voor inleiding tot privaatrecht van 2022. Alle begrippen, Latijnse adagia en definities staan erin.

Preview 3 out of 16  pages

  • December 23, 2022
  • 16
  • 2022/2023
  • Other
  • Unknown
avatar-seller
Begrippenlijst Inleiding tot het Privaatrecht examens 2022


Recht: Geheel van gedragsregels die strekken tot het ordenen van samenleven van
mensen en die kunnen worden afgedwongen door (toedoen van) de overheid

publiekrecht: beoogt het algemene belang

privaatrecht: regelt de private verhoudingen tussen de burgers onderling

gemengde rechtsdomeinen: rechtsdomeinen die zowel een publiek als een
privaatrechtelijk component hebben.

Burgerlijk recht: het geheel van rechtsregels dat de onderlinge verhoudingen tussen
private personen in het algemeen regelt.

Bijzonder privaatrecht: bevat het geheel van bijzondere regels die van het gemeen
privaatrecht afwijken en die van toepassing zijn in bijzondere verhoudingen.

Ondernemingsrecht: bijzonder privaatrecht van toepassing op bepaalde personen
nml. Ondernemers.

Arbeidsrecht: bevat de regels met betrekking tot de verhoudingen tussen werkgevers
en werknemers.

Socialezekerheidsrecht: regelt de sociale uitkeringen en de financiering daarvan.

Economisch recht: regelt de economische verhoudingen op de markt.

Gerechtelijk privaatrecht: het procesrecht in burgerlijke zaken

Algemene rechtsbeginselen: fundamentele beginselen van het recht, afgeleid uit de
grondslagen van het rechtssysteem, die ook buiten de wettelijke toepassingen
worden erkend en kracht van wet hebben.

Fraus omnia corrumpit: het verbod op fraude

Gewoontelijke regel: een regel die voortvloeit uit het bestendig gebruik en waarvan
het bindend karkater steun vindt in de algemene overtuiging.

Personenrecht: behandelt de niet- patrimoniale regels inzake persoon.

Familierecht: regelt de niet- patrimoniale verhoudingen tussen personen in een
familiale verhouding.

Niet- patrimoniaal: niet in geld waardeerbaar.

Vermogensrecht: regelt de patrimoniale verhoudingen tussen personen onderling, of
tussen een persoon en een goed.

,Begrippenlijst Inleiding tot het Privaatrecht examens 2022


Patrimoniaal: in geld waardeerbaar

Goederenrecht: regelt de leer( het onderscheid van) van de goederen en de
aanspraken van een persoon op goederen.

Verbintenissenrecht: regelt de vermogensrechtelijke of patrimoniale verhoudingen
tussen personen en bevat regels met betrekking tot het ontstaan, de inhoud en de
uitvoering van verbintenissen of vorderingsrechten.

Familiaal vermogenrecht: regelt de vermogensechterlijke verhoudingen binnen de
horizontale en de verticale familiale verhoudingen.

Autonomiebeginsel: het uitgangspunt is de gelijke, vrije, autonome burger, die vrij
kan handelen naar zijn eigen inzichten op basis van een principieel
zelfbeschikkingsrecht en beschikt over een individueel eigendomsrecht.

Aanvullend recht: de burgers vullen in eerste plaats zelf hun rechtsverhoudingen in.

Constitualisering: de toenemende invloed van de publiekrechtelijke grondrechten.

Rechtssubject: degene voor wie de rechtsnorm gevolgen teweegbrengt. Of: degene
aan wie het objectieve recht mogelijke rechten en plichten toekent.

Rechtspersoonlijkheid of juridische persoonlijkheid: het geheel van rechten en
verplichtingen van een persoon.

Vermogen: het geheel van patrimoniale rechten en verplichtingen.

Vermogensleer: verbindt de persoon en het vermogen.

Mortis causa: vanwege de dood

Zaakvervanging of zakelijke subrogatie: goederen komen in het vermogen en nemen
de plaats in van goederen die het vermogen verlaten.

Rechtspersonen van publiekrecht: door de overheid opgerichte rechtspersonen met
het oog op publieke dienstverlening.

Vereniging: privaatrechtelijke rechtspersoon met een niet- lucratief of een niet-
winstgevend doel.

Stichtingen van openbaar nut: stichtingen die een afgescheiden vermogen
bestemmen voor de verwezenlijking van een werk van filantropische,
levensbeschouwelijke, religieuze, wetenschappelijke, artistieke, pedagogische of
culturele aard.

, Begrippenlijst Inleiding tot het Privaatrecht examens 2022

Private stichting: een afgescheiden vermogen dat wordt aangewend voor de
verwezenlijking van een bepaald privaat belangeloos doel.

Infans conceptus pro nato habetur, quoties de commodo ejus agitur: een verwekt
kind wordt behandeld als een geboren kind telkens dat kind daar belang bij heeft.

Afwezig: een persoon is afwezig wanneer hij gedurende een bepaalde tijd spoorloos
is, niets meer van zich laat horen en het daardoor onbekend is of hij nog in leven is.

Staat van een persoon: het geheel van hoedanigheden of kenmerken die het
mogelijk maken een persoon te situeren in een staat/ maatschappij, in een familie en
gezin als individu, en iedere persoon van ieder ander te onderscheiden.

Status civitatis: maatschappij

Status familiae: familie

Onbekwaamheid: de juridische techniek die de totstandkoming van een
rechtshandeling belemmert, doordat op grond van een specifieke eigenschap van het
rechtssubject hem hetzij het titularisschap van bepaalde rechten
(rechtsbekwaamheid), hetzij de persoonlijke uitoefening van de rechten waarvan hij
titularis is( handelingsonbekwaamheid), wordt onzegd.

Algemene handelingsonbekwaamheid: een handelingsonbekwaamheid die-
behoudens uitzondering- geldt voor alle rechten en verplichtingen.

Gedeeltelijke handelingsonbekwaamheid: de handelingsonbekwame is enkel voor
bepaalde rechtshandelingen onbekwaam verklaard, voor de overige
rechtshandelingen blijft hij handelingsbekwaam.

Vertegenwoordigersbewind: een aangeduide vertegenwoordiger treedt op in de
naam en voor rekening van de vertegenwoordigde.

Bijstandsbewind: er wordt een curator aangesteld die de handelingsonbekwame
bijstaat bij het verrichten van bepaalde rechtshandelingen

Orgaantheorie: men aanvaardt dat de natuurlijke personen die optreden en de
rechten van de rechtspersoon uitoefenen, met de rechtspersoon worden
vereenzelvigd en geïdentificeerd.

Subjectief recht: een door het objectieve recht aan een individu/ rechtssubject
erkende of toegekende heerschappij tot bevrediging van menselijke behoeften.

Objectieve recht: de regels op zich, los van de personen die erdoor beschermd
worden.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller juliettevandevelde. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.92. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66579 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.92
  • (0)
  Add to cart