Oceanen, landschap, dier, mens,… opgebouwd uit é, p, n + grote leegte
Dode deeltjes vormen leven: geboorte heelal na oorknal -> conclusie: opgebouwd uit sterrenstof
Aarde: ideale samenst + afstand zon
- Kokende massa koelt af, condensatiewater
- Ontst oceanen = dunne oersoep
Exp Urey- Miller
Experiment als aanwijzing voor hoe leven op aarde uit anorg stoffen kan zijn ontstaan.
Eenvoudig verbindingen zonder O2 in aardse conditie geven spontaan ontst v complexe molec vb.
mierenzuur, az,….
In afgesloten ruimte onderwierpen ze een gasmengsel: waterstofgas, methaangas, ammoniakgas en
waterdamp (in de verhouding waarin ze in de oeratmosfeer voorkwamen) aan elektrische
ontladingen.
Ontst 1ste cellen
Synthese v voorlopercel (LUCA): complexe molec polymiseren tot macromolec
Onst van: membranen, enzym, DNA/RNA + LUCA (last universal common ancestot = voorlopercel)
Endosymbiose
= van prokoaryoot naar eukaryoot (uit symbiose van verschillende prokaryote)
Endosymbiosetheorie: mitochondieren + chloroplasten in eukar cel zijn resultaat van endosymbiose
vd bac in LUCA!!
Argumenten:
1. Deels autonome celorganellen, bezit eigen DNA + ribos -> eiwitsynth
2. DNA zijn ringv + naakt (zonder histonen) zoals bij prokar
3. Ribosomen zijn prokar type
4. Dubbel membraan suggeert opname in cel
5. Afmeting ong als bac
Opbouw bac:
- Cytoplasma + DNA
- Celmembr
- Celwand (peptidoglycaan)
- Kapsel, slijmlaag, celenvelop
- Flagel, pili
,Opkomst + extinctie
Cambrium periode = ontst veel soorten
Ontwikkelen soort uit 4 fasen
1) Opkomst vorming nieuwe
2) Snelle toename = exp fase
3) Consolidatie + stabilisatie
4) Afnemen
Massa extinctie = periode massale biodiversiteitsverlies in korte tijd:
Soorten drinkwater:
- Leidingswater: sterk controle + stabiel
- Bronwater: uit opp bron + samenst wisselend
- Natuurlijk mineraalwater: uit diepere laag + strikt afgebakend gebied + stabiel
Norm: 1,5L/dag en <50mg/L nitraat
Eig water:
- Vorming H-bruggen (zwakke aantrekkingskr)
o Tragere verdamping + opp-spanning
o Polair en apolair
- Opl ionen + bepaalde org stoffen
Functies water:
1. Deel uit van structurele opbouw cellen
2. Als oplosmiddel + transportm:
o Biomolec actief als ze opgelost zijn
o O2, CO2, glucose, afvalst verplaatsen in bloed
3. Neemt deel aan reacties als reagens
4. Creert reactiemilieu
5. Zuur-base ev: levert H+ en OH- ionen
6. Bezit hoge warmtecapaciteit:
o = hvd warmte nodig om 1 mol water met 1°K te doen stijgen
o Ideaal voor isotherme stelsel bij dieren: poikilotherm (vis) = uitw thermostaat,
homoiotherm (mens) = inw thermostaat
7. Hoge verdampingswarmte
, Homeostase = behoud van rel. cst inw milieu
= evenwicht conc, temp, O2-spanning, pH -> belangrijk voor snelheid biochem reacties
Gezondheid afh: voeding (ev + gzd), sport (min beweging), handelen (mate + slaap)
2) koolhydraten
a. monosachariden
glucose
= druivensuiker, honing
komt voor in vruchten (druiven)
brandstof voor alle wezens
fructose
= vruchtensuiker/levulose
komt voor in zuivere vorm in vruchten en nectar
brutoformule lijkt op glucose = isomeren
b. disachariden
sucrose/sacharose
= riet-en bietsuiker
bestaat uit glucose en fructose
smaakt zeer zoet
na hydrolyse door invertase ontstaat invertsuiker (mengsel van glucose en fructose)
bastard suiker (bruine suiker) = opl van invertsuiker + melasse + karamel
lactose
= melksuiker
bestaat uit glucose en galactose
Koe-allergie <-> lactose intolerantie
koe-allergie = voedselallergie voor eiwitten in koemelk door abnormale reactie op het
immuunsysteem
lactose-intolerantie = je kan lactose in de dunne darm niet afbreken gebrek aan lactase
waardoor lactose in de dikke darm terecht komt en wordt omgezet door bacteriën in
waterstofgas en CO2, zuren, … en daardoor krijg je krampen
maltose
= moutsuiker
komt voor in zetmeelproducten of spijsvertering
bestaat uit glucose en glucose
c. polysachariden
= bestaat uit lange ketens van monosachariden, kunnen na hydrolyse terug afgebroken
worden tot monosachariden
zetmeel
= mengsel amylose + amylopectine
zetmeel knippen door amylase
bij afbraak ontstaan dextrinen, maltose en glucose
zetmeel zit in vb. granen, aardappelen, rijst, banaan, peulvruchten, knollen
voedselbron mens en dier
cellulose
, = niet vertakt polymeer
in celwand van plantencellen
vb. katoen, papier, hout
voor vertering specifieke enzymen nodig: cellulase
enzym vinden we niet bij zoogdieren maar wel bij slakken en micro-organismen
glycogeen
= dierlijke variant van zetmeel
kunnen we makkelijk knippen door enzymen
veel meer vertakt dan zetmeel
is oplosbaar in water
aanwezig in lever en spieren
pectine
aanwezig in middenlamel van celwand (planten)
kleeft cellen samen
vormen gelei (jam)
lignine
houtstof in hout, vezels, nootschalen
zorgen voor versteviging
chitine
in het skelet van schaaldieren en insecten
in celwand van schimmels
grondstof voor plastic
3) lipiden
vetzuren vb. laurinezuur
vetten vb. monoglyceriden, diglyceriden, triglyceriden
steroïden vb. cholesterol
fosfolipiden vb. lecithine
a. vetzuren
= lange koolstof keten met op het einde een carboxylgroep (-COOH)
hoge energie-waarde
Verzadigde vetzuren: hoger smeltpunt, vaster vb. in dierlijke vetten
Onverzadigde vetzuren: lager smeltpunt, vloeibaar vb. olie (C-keten met dubbele
bindingen)
Palmitinezuur: zit in palmolie (niet zo gezond)
Stearinezuur: zit in rundsvet
Oliezuur: zit in olie
Linoleenzuur: omega 6-vetzuren zit in zonnebloem-en maisolie
Linolzuur: omega 3-vetzuren zit in lijnzaadolie (op derde vetzuur dubbele binding)
Arachidonzuur: zit in vlees en pinda’s
In natuur: cis-vorm na technische ingreep ontstaat er soms trans-vorm
b. Vetten
Opslag, isolatie, bescherming
Door condensatie met glycerol + drie vetzuren = triglyceride
c. Steroïden en andere
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller flars191119. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.04. You're not tied to anything after your purchase.