100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Reddende samenvatting B2B $16.75
Add to cart

Summary

Reddende samenvatting B2B

1 review
 69 views  9 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting voor het vak B2B, boek en slides lessen

Preview 4 out of 84  pages

  • Yes
  • December 26, 2022
  • 84
  • 2022/2023
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: zeynep21sen • 6 months ago

avatar-seller
H1: VERKENNING VAN HET
VAKGEBIED
1.1 DEFINITIE EN BEGRIPSBEPALING

1.1.1 WAT IS MARKETING?

 Het marketingbegrip kan teruggebracht worden tot een vijftal hoofdbetekenissen:
 Marketing als wetenschap
 Marketing als maatschappelijk proces: afstemming vraag en aanbod door middel van ruilprocessen
 Marketing als bedrijfsfunctie: taken en verantwoordelijkheden binnen organisaties
 Marketing als visie: wordt hieronder besproken
 Marketing als een verzameling van activiteiten: wordt hieronder besproken

1.1.2 MARKETING ALS VISIE: DE MARKETINGCONCEPTIE

 Marketingconceptie = “de visie waarbij de wensen en verlangens van de afnemers centraal gesteld
worden. Dit verwijst naar een mentaliteit (filosofie) van waaruit de manager beslissingen kan nemen.”
 De marketingconceptie dient in overeenstemming te zijn met een bepaalde winstgevendheid.
 Deze marketingconceptie is in het bedrijfsleven algemeen geaccepteerd als juiste uitgangspunt voor het
benaderen van markten en marktsegmenten.
 Voor vele bedrijven is het in praktijk brengen van het marketingconcept vaak nog moeilijk. Ook vandaag
nog!
 Leeflang (1999) spreekt over ‘strategische marketingconceptie” als visie:
- Waarbij men streeft naar verdedigbare concurrentievoordelen, gebaseerd op de
langetermijnbelangen vd afnemers
- Waarbij relaties worden opgebouwd en onderhouden met voor de organisatie belangrijke
belangengroepen binnen en buiten de organisatie
- Waartoe men in de organisatie initiatieven moet nemen en moet onderhandelen

1.1.3 MARKETING ALS VERZAMELING VAN ACTIVITEITEN

 Kernachtige marketingdefinitie van Koster (1991): Marketing omvat die activiteiten die erop gericht zijn
ruiltransacties te bevorderen, te vergemakkelijken en te bespoedigen”
 Kotler definieerde reeds in 1980 aanvullende criteria wil er sprake zijn van ruiltransacties:
- Vrijwilligheid: ruil onder dwang, zoals belastingen, afpersing, diefstal, chantage
- Overeenkomst: herkenbaar transactiemoment
- Twee of meer partijen: de keuze van een individu uit een aantal alternatieven is geen ruil
- Wederkerigheid (reciprociteit): uit de overeenkomst volgen wederzijdse rechten en plichten

1.1.4 WAT IS BUSINESS MARKETING (=B2B MARKETING)?

 Definitie van NIMA (1993): “Marketingactiviteiten van een organisatie gericht op andere organisaties”
 Dit is tegengesteld aan consumentenmarketing, waarbij men zich richt op particulieren.
 Nadere afbakening dient te gebeuren door het gebruiksdoel gecombineerd met een indeling vd kopende
organisaties te beschouwen.
 Corey (1991) definieert dan Business Marketing als: “The marketing of goods and services to commercial
enterprises, governments and other non-profit institutions for use in goods and services that they in
turn produce or resell to other industrial customers.”


1

, Gevolgen van deze definitie:
- In B2B markten ligt het doel vd aankoop in het verlengde van hoe de organisatie zelf
werkt/functioneert.
- De verkopende partij dient dus een waarde te creëren voor de kopende organisatie
- Deze waardepropositie zal vergeleken worden met concurrenten (benefit vergelijking) die
resulteert in ‘points of parity’ en ‘points of difference’

1.1.5 ONBEKENDHEID VAN BUSINESS MARKETING

 Ondanks dat de B2B sector vele malen groter is in omzet en winstgevendheid dan de B2C sector

1.2 VERSCHILLEN MET CONSUMENTENMARKETING: B2B VS B2C

1.2.1 MARKTKENMERKEN

 Concentratie van afnemers: afnemers is veel lager bij B2B
 Concentratie in geografie ↔ Global sourcing: bij B2C veel groter
 Switching costs: B2B relatiemanagers, weinig wisselen van leverancier dus een lage switching cost
 Reciprociteit (wederkerigheid of wederzijdse afhankelijkheid): vooral bij B2B door langdurige relaties

1.2.2 KOOPGEDRAG

 Professionele inkopers vs. Particulieren
 Koopmotieven en koopdoelstellingen strikt verbonden aan de bedrijfsvoering binnen de organisatie (dwz
gericht op de eigen bedrijfsprocessen)  luisteren naar en vertalen van klantbehoeften om met
oplossingen te komen die de bedrijfsprocessen van deze klanten verbeteren
 Inkoop in teamverband (zowel bij de kopende als bij de verkopende partij)
 Vraagt diepgaande kennis en begrip van het inkoopproces (zie verder).

1.2.3 KENMERKEN VAN DE VRAAG (WORDT VERDER BESPROKEN BIJ PUNTJE 6)

 Afgeleide vraag: afgeleid van de vraag naar de consumentenproducten waar de betreffende materialen,
componenten enzo in zijn verwerkt
 Acceleratie-effect: het verschijnsel dat bij een stijgende vraag naar consumptiegoederen de vraag naar
kapitaalgoederen sterker stijgt en bij een afnemende vraag naar consumptiegoederen de vraag naar
kapitaalgoederen sterker daalt
 Prijselasticiteit: een prijsverandering van een product een grote reactie van de markt tot gevolg heeft

1.2.4 MARKTINSTRUMENTEN

 Product: standaard vs. complex, specs, kwaliteit (ISO normeringen)
 Service: visie en strategie voor after-sales service
 Prijs: TCO (Total cost of ownership concept)
 Distributie: JIT  Just in time
 Communicatie: accenten verschillen van B2C
 Verkoop en relatiemanagement




2

,1.3 ONTWIKKELING EN TRENDS IN HET VAKGEBIED

 Evolutie naar volwaardige wetenschap in academische kringen
 B2B Marketing benaderen als beheren van een portfolio van relaties met bedrijven
 Invloed van integrale informatiesystemen (ERP)
 Invloed van internet en digitalisering, Big Data, AI, IOT
 Invloed van duurzaamheid en kwaliteitsnormen
 Invloed en effecten op de B2B markten van:
- Corona-pandemie
- Oorlogsconflict Ukraine
- Energiecrisis
- Geopolitieke verschuivingen
- Global warming

1.4 AFNEMERS IN B2B MARKTEN

1.4.1 EEN INDELING VAN AFNEMERS

 Type van afnemers: deze hebben invloed op koopmotieven, koopgedrag en inkoopproces
 Overheidsinstanties
- Politieke besluitvorming/wettelijke principes
- Specifiek inkoopproces (aanbestedingen)
- Vraagmonopolie
- Inflexibele vraag
 Instellingen (semi-particuliere organisaties)
- Ziekenhuizen, scholen, universiteiten, gevangenissen, kerkelijke instellingen,…
 Bedrijven:
- OEM’s: Original Equipment Manufacturer’s
- Gebruikers/verbruikers
- Distributeurs
 Type afnemers naar gebruikstype:


3

, - Productiefunctie
- Handelsfunctie (Trade Marketing)
 Duale marketing: dezelfde producten worden via twee verschillende afzetkanalen aangeboden aan
dezelfde doelgroep
Voorbeeld van duale marketing Henkel met Pritt (B2C)
- Echter Pritt wordt ook aangeboden in B2B markten maar zullen een een ander aankoopproces
ondergaan dan in de B2C markt
- Het merk Loctite is dan weer een merk van Henkel dat uitsluitend voor de B2B markten is
voorbehouden

1.4.2 GEBRUIKSDOEL: EEN PRODUCTIE- OF HANDELSFUNCTIE

 De indeling blijkt gebaseerd te zijn op het gebruiksdoel: gebruiken/verwerken of doorverkopen
 Het classificeert de afnemers naar het criterium: waarom wordt het product gekocht?
 In de marketing gaat het om ruilprocessen, in de business-marketing voegt de kopende partij waarde toe
aan het product door het te vervullen van: productiefunctie of handelsfunctie
 Business-marketing: ‘for use and resell’
 Als de kopende organisatie het product doorverkoopt, dan is deze daarmee actief in de distributie. Hij
overbrugt verschillen op het gebied van tijd, plaats en hoeveelheid
 Het onderhouden met relaties en het verkopen van producten aan distributeurs wordt wel aangeduid met
het begrip trademarketing

1.5 PRODUCTENTYPES IN B2B MARKTEN

1.5.1 OVERZICHT VAN PRODUCTEN VOOR BUSINESS MARKTEN
1.5.2 EEN INDELING VAN PRODUCTEN (MAHIN 1991)




 Kapitaalgoederen
- Systems= totale oplossing voor een samengesteld problem
- Turnkey projecten: projecten die leiden tot de oplevering van een nieuw product of een nieuw
productieprocesin opdracht van een klant
 Materialen

4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AnnabelEveryday. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $16.75. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

56326 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$16.75  9x  sold
  • (1)
Add to cart
Added