Bevat een uitwerking van alle werkcollege opdrachten van de minor critical care.
(Niet elk werkcollege had een opdracht ter voorbereiding, hierdoor mist er soms een week).
2. Wat is hypoxemie? Wat zijn oorzaken hiervoor en hoe verschilt dit van hypoxie?
Dit is een te lage zuurstofconcentratie in het bloed.
Oorzaak: inadequate zuurstofoverdracht in de longen, waarbij capillaire bloed rondom de alveoli uiteindelijk
het arteriële bloed in de grote circulatie onvoldoende worden voorzien van zuurstof.
3. Wat is hypercapnie en welke klachten horen daarbij?
Te veel koolstofdioxide in het bloed.
Oorzaak: ontstaat als gevolg van gestoorde gasuitwisseling in de longen of als er als gevolg van een inadequate
ademhaling (slechte ventilatie) onvoldoende koolstofdioxide wordt uitgeademd.
4. Wat is cyanose en wat is het verschil tussen perifere en centrale cyanose?
Blauwverkleuring van de huid en slijmvliezen ter gevolge van zuurstoftekort. Perifere cyanose is bij de
extremiteiten en centrale cyanose is in het gezicht en de lippen.
5. Wat is dode ruimte ventilatie en hoe ontstaat dit?
De ruimte in de longen die wel wordt geventileerd, maar wordt niet doorbloed.
, 6. Wat is shunting en hoe ontstaat dit?
De longventilatie is onvoldoende ten opzichte van de doorbloeding, het bloed is dus onvoldoende verzadigd.
Zuurstofarm bloed uit de longen komt in de circulatie.
Oorzaak: ongeventileerde longdelen en/of diffusieweg is verstoord.
7. Wat is een ventilatie & perfusie mismatch, wat is de V/Q verhouding?
Mismatch V/Q: verhouding is verstoord, delen van de long krijgen wel zuurstof maar geen bloedstroom of ze
krijgen wel bloed maar geen zuurstof.
V/Q verhouding = alveolaire ventilatie is afgestemd op de pulmonale doorbloeding, dus als de bloedstroom
toeneemt, zal de ventilatie ook moeten toenemen.
8. Wat is diffusie en waarvan is dit afhankelijk?
= Deeltjesverplaatsing, doordat opgeloste stoffen van een hoge naar een lage concentratie diffunderen.
Is afhankelijk van de concentratieverschillen, de temperatuur, de afstand, het diffusie oppervlakte en
het medium.
9. Wat zeggen de compliantie en de elasticiteit over je longen en wat is het verschil?
compliantie van de longen: uitzettingsvermogen van de longen tijdens inademing.
Mate van uitzettingsvermogen
Elasticiteit van de longen: vermogen om weer in te krimpen tijdens uitademing.
Mate van inkrimping
Beantwoord vervolgens de volgende vragen over beademing en saturatiemeting.
1. Wat kunnen oorzaken van een gestoorde SpO2 meting zijn?
- Een te strakke of te grote vingerclip
- Felle lichtbronnen in de omgeving kan een verstoord signaal geven
- Nagellak
- Bewegingen zoals tremor
2. Leg uit wat een invasieve beademing is + indicatie.
Invasieve beademing is beademing via een tracheostoma. Een tracheostoma is een opening (stoma) in de hals
die via een kleine operatie wordt gemaakt. In deze opening naar de luchtpijp (trachea) wordt een
tracheacanule (buisje) geplaatst. Hier sluiten we het beademingsapparaat op op aan.
Indicatie:
- als non-invasieve beademing niet meer lukt;
- bij mensen die zich voortdurend verslikken en daardoor versliklongontstekingen oplopen;
- bij mensen die niet kunnen hoesten en geen baat (meer) hebben bij aangeleerde hoesttechnieken.
, 3. Wat is PEEP? Wat gebeurt bij te veel of te weinig PEEP?
Door het gebruik van positive end-expiratory pressure (PEEP) wordt het herhaaldelijk dichtklappen van de
longblaasjes voorkomen waardoor er waarschijnlijk minder longschade ontstaat.
4. Wat is de invloed van beademing op andere orgaansystemen en welke complicaties kunnen bij
beademing optreden?
Een beademingsmachine beademt de longen van een patiënt heel anders dan de manier waarop wij normaal
ademhalen. Hierdoor kan schade aan de longen ontstaan. Door deze schade kunnen de longen stug worden,
waardoor het beademen steeds lastiger wordt. Ook kan door de beademing een klaplong (pneumothorax)
ontstaan. Verder is het bekend dat door beademing het risico op een longontsteking (pneumonie) toeneemt.
Bij niet-invasieve beademing bestaat het risico op drukplekken aan het hoofd/in het gezicht als gevolg van het
masker en is er een verhoogde kans op verslikken. (Dit wordt ook wel aspiratie genoemd. Het betekent dat er
maaginhoud in de luchtwegen/de longen komt.
, Voorbereiding werkcollege week 5: Circulatie
Zorg dat je onderstaande vragen in eigen woorden kunt beantwoorden. Gebruik hiervoor de
powerpoint met ingesproken uitleg en je boek.
Beschrijf hoe de anatomie van het hart in elkaar zit. Zorg ook dat je de verschillende kleppen en
grote vaten kunt benoemen.
Bloed komt via de vena cava superior en de vena cava inferior in het rechteratrium rechter
ventrikel arteria pulmonalis longen vena pulmonalis linkeratrium linker ventrikel
aorta
Tricuspidalisklep tussen het rechteratrium en het rechterventrikel
Mitralisklep tussen het linkeratrium en het linker ventrikel
Aortaklep tussen het linkerventrikel en de aorta
Pulmonalisklep tussen het rechterventrikel en de arteria pulmonalis
Wat wordt er bedoeld met contractiliteit? Leg vervolgens uit wat de wet van Frank-Starling
inhoudt.
Contractiliteit hoe het hart kan samentrekken om het bloed rond te pompen.
Frank starling veneus aanbod wordt groter (bv. bij meer inspanning) dus het hart gaat sneller
pompen, dus hoe meer preload je hebt, hoe harder het hart gaat pompen.
Dus hoe meer bloed hij aangeboden krijgt hoe krachtiger hij gaat knijpen dus de
contractiliteit vergroot.
het hart trekt krachtiger samen bij een grotere preload. De actine en myosinefilamenten worden
dan meer uiteen getrokken. Door dit mechanisme zal toedienen van vocht aan de hypovolemische
patiënt resulteren in een verhoogde contractiliteit van het hart en een groter slagvolume.
Toename hartminuutvolume.
Wat is de Cardiac Output en waar is deze van afhankelijk? En hoe komt de bloeddruk tot stand,
welke invloed heeft de Cardiac Output hierop?
Cardiac output is het slagvolume x hartfrequentie. Dus hoeveel ml bloed het hart per minuut de
circulatie in pompt. Bloeddruk komt tot stand door het krachtig pompen van het hart in de vaten,
de bloeddruk stijgt door vasoconstrictie en daalt door vasodilatatie.
De cardiac output heeft als invloed dat bij een groter slagvolume de bloeddruk zal stijgen.
Wat wordt er bedoeld met Preload? En wat is de Afterload, waar is deze van afhankelijk?
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller VeraDalmolen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.01. You're not tied to anything after your purchase.