Dit is een samenvatting van al de PowerPoint presentaties en notities van de lessen van professor Troosters, Derom, De Backer, Dupont, Janssens en Von Leopold.
Pathogenese van Obstructief
slaap apnoe syndroom
1 Obstructief slaapapnoe
Definitie:
- Meer dan 5 obstructieve events/uur
EN
- Toegenomen slaperigheid tijdens de dag, niet te verklaren door andere oorzaken
OF
- 2 of meer van volgende symptomen:
o Verstikkingsgevoel tijdens de slaap
o Herhaalde waakmomenten
o Niet verfrissende slaap
o Vermoeidheid tijdens de dag
o Gestoorde concentratie
De beweging van de thorax en abdomen kan je
beneden zien. De Patiënt is nog steeds aan het
proberen om te ademen. Deze lijken zijn
tegengesteld aan elkaar (= paradoxical
movements). Er is ook een volledige occlusie van
de upper airway. Dit moet de patiënt ten minste
10 seconden volhouden. Op het einde zie je dat
de patiënt wakker is wat het obstructieve event
stopt. Dit is nodig zodat de patiënt voor een tijdje
weer goed kan ademen. Dit is waarom de patiënt
wakker wordt.
Bij deze patiënt zien we dat er soms geen flow
is. hij heeft centrale slaapapnoe.
Er kan ook een oxygen saturation tracing gedaan
worden. Dit is het voortdurend meten van de
saturatie.
In een studie zagen we dat meer dan 50% van de
mannen van 60-70 jaar meer dan 5 ivents per uur
gaan vertonen. Hoe ouder je wordt, hoe meer kans
je hebt op OSAS.
Pathogenese:
Er is een structurele vernauwing in de bovenste luchtwegen tijdens de
slaap. Waar deze obstructie optreedt wordt in deze foto getoond. De
extensie van de collaps werd gemeten van de nasopharinx tot de
orofarinx tijdens eenzelfde apnoe. Een rechte lijn toont de apnoe aan. In
,TipL zien we al drukwisselingen. In TipP zien we geen druk. De oclussie gaat tussen deze twee
sensoren zitten. De occlusie is dynamisch.
Om een normale ademhaling te hebben moeten de drukken in balans zijn. De balance of forces
theorie zegt dat wanneer we starten met ademen, het diafragma geactiveerd wordt, maar ook de
dilatatie spier. Wanneer deze activatie later begint dan die van het diafragma, komt er ook een
occlusie voor.
De uiteindelijke verklaring is de volgende: er is een passieve collaps tijdens het uitademen. Op het
einde zal de luchtweg occluderen. Dit komt omdat er geen activatie meer is van de spieren omdat
het de passieve periode is. wanneer je dan een hoge druk hebt van het weefsel rond de luchtweg, zal
er een occlusie voorkomen. (dia 11)
De bovenste luchtwegen bestaan uit een collabeerbare zone (zone dat in collaps kan gaan) met
proximaal en distaal een rigide zone (neus en hypopharynx). Thv de collabeerbare zone bepaalt de
weefseldruk ook de sluitingsdruk (Pcrit). Bij gezonde personen is de Pcrit negatief. De grootte van
Pcrit correleert met de ernst van het klinisch beeld van OSAS: normale Pcrit snurken OH OA.
Snurken = vibratie van de wand. Het is een soort reflex preventief voor occlusie van de bovenste
luchtwegen. Soms kan deze reflex niet voldoende zijn waardoor je wel occlusie krijgt. Dit heeft ook te
maken met de druk in de wand van de weefsels.
Interactie tussen inspiratoire drive en expiratoire collaps:
De bovenste luchtweg gedraagt zich als een Starling resistor en sluit af wanneer de intraluminale
druk lager wordt dan de omgevende weefseldruk (Pcrit). Het volledig afsluiten van de bovenste
luchtwegen treedt op tijdens de expiratie. Verminderde drive tijdens inspiratie kan leiden tot flow
beperking (typisch patroon op flow signaal wanneer gemeten met druksensoren of pneumotach).
Behandeling hierbij is het openen van de bovenste luchtwegen zodat ze beschermd zijn tegen de
passieve collaps.
Het inplanten van een PM systeem kan hier ook voor helpen: deze gaat een stimulatie van de
hypoglosseus zenuw veroorzaken. Het apparaat wordt getriggerd door de druk in de thorax. Hierna
wordt er een stimulus gegeven naar de tongspier wat ervoor zorgt dat de tong
wat naar voor beweegt. We gaan de bovenste luchtweg openen. Het is een
indirect mechanisme. De stimulus wordt gegeven tijdens inspiratie.
We kunnen dan de Pcrit gaan bepalen door middel van een CPAP titratie. De
CPAP druk moet dalen en hierdoor gaat de flow erdoor komen. Bij een patiënt
met OSAS zagen we een Pcrit van -4 zonder n hypoglossus stimulatie en de CPAP
druk lag hoger. Wanneer er wel een stimulatie was van de zenuw zagen we dat
de Pcrit -10 was en dat de CPAP druk sterk gedaald was. De titratiecurve in de
flow-volume curve verschuift naar links waardoor de collaps niet zal voorkomen.
Er kan ook een geometrie gedaan worden van de bovenste luchtwegen.
Retrofaryngeaal en retroglosso gaat de luchtweg vernauwd zijn.
Als we de relatie bekijken tussen de AHI (apnoe hypopny index = het
gecombineerde gemiddelde aantal apneu's en hypopneu's dat optreedt per uur
slaap) en de doormeter en weerstand van de bovenste luchtwegen, zien we dat
hoe kleiner deze doormeter en weerstand, hoe groter de AHI is.
,2 Pathofysiologie van CSA (centrale slaapapnoe)
Classificatie:
- Hypercapnische centrale apnoe, veroorzaakt door:
o Centrale congenitale hypoventilatie:
Arnold-Chiarri malformatie
Spierdystrofie
Amytrofe lateraalsclerose
Post-polio syndroom
Kyfoscoliose
- Niet-hypercapnische centrale apnoe, veroorzaakt door:
o Periodische ademhaling op grote hoogte
o Linker hartfalen
o Acromegalie (overmatige groei van lichaamsdelen)
o Chronische nierinsufficientie
o Idiopathische centrale slaap apnoe
Hierbij is het belangrijk om te zoeken naar de afwezigheid van de wil op te ademen.
Pathogenese van centrale apnoe:
De oorzaken hiervan kunnen zijn:
- Gedaalde centrale drive
- Verhoogd hypoxische (HVR) of hypercapnische (HCVR) ventilatoird respons
- Activering van CO2 drempel (deze is de belangrijkste)
- Wijziging van slaapstadium (arousal)
- Reflexen via bovenste luchtwegen
Dia 34
Hier zie we de ventilatie vs de CO2 druk = metabool hyperbool. De metabole productie van CO2
moet weggebracht worden via ventilatie. Wanneer je meer CO2 produceert, gaat de curve naar links
boven verschuiven (bv tijdens het sporten) (unload CO2). Tijdens het slapen gaat de curve naar
rechts onder verplaatsen (upload CO2). Als je het systeem unload met CO2 zal je stoppen met
ademen. Stoppen met ademen zorgt ervoor dat de CO2 naar omhoog gaat, waardoor je weer begint
met ademen. Dit zorgt ervoor dat je alternerend ademt en stopt met ademen. Hoe korter de delta
PETCO2-AT, hoe meer kans je hebt op een event. Zie Vice voor zijn hardboek waar hij deze slide goed
uitlegt in punte 7.5.
Cardiovasculaire gevolgen van centrale apnoe:
Centrale apnoe zorgt voor een daling in de PaO2 en een stijging in de
PaCO2. Dit gaat een effect hebben cardiovasculair, namelijk een
vasoconstrictie en een stijging van de bloeddruk, als ook een stijging
in hartfrequentie, stijging in de LV afterload en een stijging in de O2
behoefte van het myocard. Uiteindelijk ontstaat er LV hartfalen met
een daling in de cardiac output en een stijging van de LV vuldruk. Bij
patiënten met chronische hartfalen zorgt OSAS voor een stijging in
zowel de systole als diastole bloeddruk, meer dan bij CSA.
Bovenste luchtweg bij CSA:
, Wanneer de volgende inspiratie niet voldoende genoeg is om alles te openen, ga je over op een
obstructief patroon. Bij centrale apneu is er de factor een verlengde expiratoire fase. Tijdens deze
fase is de bovenste luchtweg passief en volgens het principe van de Starling-weerstand kan collaps
optreden wanneer de weefseldruk groter is dan de intraluminale druk. Wanneer de inspiratie
optreedt, kan deze collaps worden opgeheven wanneer er voldoende stimulatie is van de uitzettende
spieren van de bovenste luchtwegen. Is dit niet het geval, dan blijft de luchtweg afgesloten en heb je
het ziektebeeld van een obstructieve apneu.
Via een endoscopische methode zien we dat er een occlusie plaatsvindt tijdens de eind-expiratiefase.
CSA kan zowel voorkomen met als zonder occlusie van de bovenste luchtwegen. De
weerstandsmeting gaat bij een CSA met occlusie veel hoger liggen dan zonder. We zien bij beide nog
steeds geen flow en geen effort om te ademen.
Het vernauwen van de bovenste luchtwegen kan het gevolg zijn van een gedaald eindexpiratoir
volume (EELV) = verminderde caudale tractie en daardoor minder transmurale druk en hogere Pcrit.
Het longvolume is dus een bijdragende factor.
Een instabiele ademhaling gaat ook leiden tot een occlusie van de bovenste luchtwegen. Bij hypoxie
creëer je onstabiele ademhaling door het CO2 mechanisme. Hypoxie in combinatie met centrale
events leidt tot obstructie.
Ook bestaat er een verband tussen de expiratoire tijd en de impedantie (weerstand).
3 Behandeling met nasale CPAP
De eerste foto is een full face mask gebruiken. Deze houdt dan de druk op pijl.
Er kan ook een total fase mask gebruikt worden waarbij heel het gezicht bedekt wordt door het
masker. Zie de tweede foto.
de derde foto is een airpilot masker dat enkel de neus gaat bedekken.
De vierde foto is een orale CPAP.
En de laatste foto is een kinband dat de bond toe houdt voor bijvoorbeeld het derde masker.
In een studie werd
gezien dat de CPAP zeer efficiënt is. de patiënten zijn minder slapering doorheen de dag en de
functionele status gaat vooruit. Zelfs bij matig ernstige OSA patiënten is er een effect. De CPAP heeft
een verlagend effect op de systolische en diastolische bloeddruk. Het effect op de diastole bloeddruk
is het meest uitgesproken en zal hierdoor een bescherming bieden tegen cardiovasculaire
aandoeningen. Ook de hartslagfrequentie gaat dalen. Met de CPAP worden de CV complicaties
preventief behandeld.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller romycavelier. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $17.16. You're not tied to anything after your purchase.