100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Inleiding Recht (VEMIRE11), vak afgerond met een 8.2 met behulp van deze samenvatting $7.29   Add to cart

Summary

Samenvatting Inleiding Recht (VEMIRE11), vak afgerond met een 8.2 met behulp van deze samenvatting

3 reviews
 105 views  15 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting inleiding recht. Hoofdstuk 1,4, 6, 7, 8, 9, 10 en 11.

Preview 3 out of 17  pages

  • January 2, 2023
  • 17
  • 2022/2023
  • Summary

3  reviews

review-writer-avatar

By: yoelleeflang • 9 months ago

review-writer-avatar

By: sharansidik • 1 year ago

review-writer-avatar

By: ginoanker • 1 year ago

avatar-seller
Samenvatting Inleiding Recht
Vastgoed en makelaardij, leerjaar 1


Wetten
Alle regels die door een bevoegd orgaan (vaak de overheid) zijn voorgeschreven. Voorgeschreven
recht, wordt ook wel geschreven recht genoemd. Deze regels zijn op papier te vinden. Nederlandse
wetten worden gemaakt door centrale of decentrale overheid (gemeenten en provincies) 
nationale regels.

Wet in de formele zin: Vastgesteld door de regering en Staten-Generaal; Wetboek van strafrecht, Burgerlijk Wetboek.
Wet in de materiele zin: Regel die voor iedereen geldt; algemeen verbindende voorschriften.
Formeel recht: Gaat over procedures; vb is hoe iemand bij de rechter zijn gelijk kan halen.
Materieel recht: Gaat over de inhoud; vb wanneer heeft iemand gelijk?

Verdragen
Ondergingen afspraken die landen maken.

Jurisprudentie
Rechtspraak oftewel rechtersrecht.
Het begrip is vaag gehouden zodat de rechter de ruimte heeft om van geval tot geval te beslissen wat
voor die situatie passend is. Zo kan de rechter van recht spreken op basis van de normen die dan
gelden.

Gewoonten
Ongeschreven regel; regels die in de maatschappij breed gedragen worden en die in de samenleving
als normaal, de norm, worden gezien.
Deze regels zijn niet schriftelijk vastgelegd door de overheid, daardoor kunnen ze van tijd tot tijd
veranderen of zelfs geheel verdwijnen.

Rechtsleer/doctrine
Verdere uitleg op een regel.
Het feit dat alle regels in wetten zijn vastgelegd betekent nog niet dat deze regels ook gelijk kunnen
worden toegepast en duidelijk zijn voor iedereen. Zo kan het zijn dat niet duidelijk is wat de wetgever
precies met een begrip bedoelt of dat de vraag is hoe een bepaalde wettelijke regel in een specifieke
situatie moet worden toegepast. Voor de uitleg van een regel wordt dan vaak teruggegrepen op de
rechtsleer/doctrine.

Overige onderscheidingen binnen het recht
Dwingend recht: Men moet zich aan deze regel houden (je kan niet door middel van een afspraak
afwijken).
Aanvullend recht: Men mag afwijken van de regel (afspreken wat je wil als het maar niet in strijd is
met de wet).
Objectief recht: Een recht dat geldt ten opzichte van iedereen.
Subjectief recht: Een recht dat slecht tegen een persoon (subject) geldend kan worden gemaakt.
Privaatrecht: Regels voor de verhouding tussen burgers en bedrijven onderling. Privaatrecht is terug
te vinden in het Burgerlijk Wetboek en Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.
Publieksrecht: Regels voor de verhouding tussen de burgers, de overheid en overheidsinstanties
onderling. De overheid speelt altijd een rol. Publieksrecht is terug te vinden in de Grondwet,
Gemeentewet, Omgevingswet, Wet inkomensbelasting etc.



1

,H4 - Vermogensrecht
Belangrijkste bron is BW 3, 5, 6 en 7


Verbintenisrecht gaat over de rechtsverhouding tussen (rechts)personen. Het gaat hiermee om het
maken van afspraken en ontstaan van verplichtingen, het nakomen daarvan en de eventuele
gevonden van het niet nakomen van afspraken en verplichtingen.
Goederenrecht gaat over de verhouding tussen en persoon en een goed. Het gaat hier bijvoorbeeld
om de wijze waarop men een recht op een goed verkrijgt zoals een echtdomsrecht.
Absoluut recht geldt ten opzichte van iedereen.
Relatief recht geldt alleen tegen een (rechts)persoon. Kenmerkend is een zaakgevolg: het recht volgt
de zaak waarop het gevestigd is.
Als iemand iets koopt, geldt de verbintenis recht om te betalen en te leveren alleen tussen de koper
en verkoper (relatief recht).
Vb van zaakgevolg: als iemand een stuk land koopt waarop een absoluut recht is gevestigd – opstal
of erfdienstbaarheid – dan moet de nieuwe eigen zich ook aan die afspraak houden.

Goederen bestaan uit zaken en vermogensrechten. Vermogensrechten zijn alle rechten die in geld
zijn om te zetten. Zaken zijn alle voor menselijk beheersing vatbare stoffelijke objecten. Zaken zijn
onder te verdelen in roerende en onroerende zaken. Roerende zaken zijn objecten die niet vast met,
aan of in de grond zitten, je kunt ze dus verplaatsen. Onroerende zaken zijn alle objecten die wel vast
met, aan of in de grond zitten. Naast onroerende zaken heb je ook registergoed; goed waarvan de
overdracht of bezwaring moet worden ingeschreven in het openbare register (kadaster).
Alle onroerende zaken zijn registergoederen, maar niet alle registergoederen zijn onroerende zaken.
Geregistreerde schepen en vliegtuigen zijn bijvoorbeeld wel registergoederen maar geen onroerende
zaken (ze zijn niet duurzaam met de grond verbonden).

Een rechtsbehandeling is een feitelijke handeling van iemand waarmee hij juridisch iets wil bereiken
en waarbij die wil zich ook daadwerkelijk heeft geopenbaard. Drie bijkomende eisen:
1. Een wil
2. Een rechtsgevolg (verklaring)
3. Geopenbaard (kenbaar)
Een rechtshandeling bestaat pas vanaf jet moment dat de verklaring de wederpartij heeft bereikt.
Rechtshandelingen die in strijd met de openbare orde of goede zeden zijn, zijn nietig.

Wilsgebreken op een rechtshandeling
Bedreiging; Wanneer iemand een rechtshandeling verricht terwijl hij of een andere op een
onrechtmatige wijze met enig nadeel wordt bedreigd. Het gaat niet om het specifieke gevoel van een
persoon, maar of een normaal mensen in deze situatie zich bedreigd zou voelen.
Bedrog; Wanneer iemand een ander tot het verrichten van een rechtshandeling aanzet door het
doen van onjuiste mededelingen of het verzwijgen van informatie waarvan hij weet dat de
wederpartij daar belang bij heeft. Er is dus spraken van opzet.
Misbruik van omstandigheden; Wanneer er in een situatie zich voordoet waarin iemand een ander
tot een rechtshandeling beweegt terwijl die ander zich in bijzondere omstandigheden bevindt en
men had moeten begrijpen dat het aanzetten tot die rechtshandeling niet erg netjes is. Je maakt dus
misbruik om er zelf voordeel uit te halen.
Dwaling; Wanneer een partij een overeenkomst aangaat onder een onjuiste voorstelling van zaken.
Er kunnen drie grondslagen zich voordoen:
- De wederpartij heeft iets gezegd wat niet klopt
- De wederpartij heeft iets niet gezegd dat voor de dwalende wel van belang was
- Beide partijen waren van dezelfde onjuiste veronderstelling uitgegaan.
Verschil tussen dwaling en bedrog ligt in de intentie van de wederpartij. Bij een vergissing gaat het om dwaling. Bij de andere met opzet erin luizen is het bedrog.


2

, Verkrijging van eigendom
De eigenaar of rechthebbende is degene met eigendom van het goed.
De houder is iemand die een goed van een ander in bezit heeft.
De bezitter is iemand die doet alsof hij eigenaar/rechthebbende is, maar dat niet is.

Overdracht van goederen
Eigendom is het meest omvattende recht dat iemand op een zaak kan hebben. De eigenaar is dan
ook vrij om de zaak te bezwaren met andere rechten of over te dragen. Om een eigendom over te
dragen zijn er drie vereisten opgesteld:
Geldige Titel; De rechtsverhouding die aan de overdracht ten grondslag ligt ; de koopovereenkomst.
Zonder verkoopovereenkomst geen geldige titel!
Beschikkingsbevoegdheid; de eigenaar is beschikkingsbevoegd om het eigendom daadwerkelijk over
te dragen.
Levering; De verkrijger wordt in staat gesteld om de macht over een goed uit te oefenen.
Ontroerende zaak  notariële akte
Roerende zaak  bezitsverschaffing

Even terugkomend op beschikkingsbevoegdheid; hoe weet je of de verkoper echt de eigenaar is? Bij
onroerende zaken is dat op te zoeken in openbare registeren, maar bij roerende zaken is dat lastiger
omdat de eigendom niet geregistreerd wordt. Voor een roerende zaak is er een beschermingsregel,
onder twee voorwaarden:
- De overdracht moet anders dan om niet zijn (niet gratis, tegen betaling).
- De koper moet te goeder trouw zijn (koper wist niet dat verkoper onbevoegd was).



H6 – Absolute rechten
De kern van het goederenrecht vormen de absolute rechten; rechten die tegenover iedereen kunnen
worden ingeroepen en dus niet zoals relatieve rechten alleen tegen een specifieke wederpartij. In dit
hoofdstuk staan die absolute rechten centraal.

Kernmerken van absolute rechten
- Absolute rechten hebben zaakgevolg, zie uitleg op pagina 2.
- Publiciteitsvereiste. Het moet voor derden duidelijk zijn dat er absolute rechten op een zaak
rusten. Deze vereiste rusten alleen bij registergoederen, bij roerende goederen is dit
onmogelijk.
- Absolute rechten zijn limitatief: er gelden maar 8 absolute rechten, men kan zelf hier geen
nieuwe aan toevoegen.
- Oudere rechten gaan voor jongere (droit de priorite)
- Absolute rechten gaan voor relatieve rechten (droit de preference)

Absolute rechten op een zaak BW5
Eigendom: Meest omvattende recht op een zaak, wel zijn er beperkingen:
- Rechten van een ander
o Toetreden woning (huurder)
- Wettelijke voorschriften
o Inbreuk op eigendomsrecht (weg op grond van jou/huis)
- Regels ongeschreven recht
o Hinder (geluidsoverlast) & misbruik van recht
Erfdienstbaarheid: Zakelijk recht dat ervoor zorgt dat een erf iets moet toestaan (duiden) ten gunste
van een ander. Het erf dat iets moet toestaan is dienende erf en erf dat juist iets mag is heersende
erf. Het recht van overpad is de meest voorkomende erfdienstbaarheid, vb overpad buurman.

3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller 1034684. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.29. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77529 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.29  15x  sold
  • (3)
  Add to cart