Schouder
Osteokinematica versus artrokinematica
- Osteokinematica beschrijft de bewegingsbaan van botstukken
t.o.v. elkaar in de ruimte
- In de arthrokinematica doet men hetzelfde, maar door wel
rekening te houden met andere in gewrichten aanwezige
structuren (zoals bijvoorbeeld disci en menisci)
Tractie en translatie:
- bij een tractie worden gewrichtspartners van elkaar weg
bewogen
- translatie = een beweging evenwijdig aan het raakvlak tussen beide
gewrichtspartners, zonder angulatie (hoek of knik) ten opzichte van de loodlijn
→ indien gewricht in elkaar zit: eerst tractie en dan translatie
→ als kom getorst staat (schouder): translatie uitvoeren met eerst tractie (naar voor
mediaal en dorsaal lateraal = evenwijdig met raaklijn)
Rol en glij
- bij een rolbeweging is het mogelijk dat er een beweging plaatsvindt van de convexe
gewrichts partner t.o.v. de geïmmobiliseerde concave partner
- een translatiebeweging van een convexe gewrichstpartner volgens kromming(en)
van de concave partner wordt een glijbeweging genoemd
elleboog: rol-glij in dezelfde richting
schouder: rollen naar boven en glijden naar onder
Besluit: convex/ concaaf regel
- een beweging van de convexe gewrichtspartner t.o.v. de gefixeerde concave partner
bestaat altijd uit een gecombineerde rol/glijbeweging met tegengestelde
bewegingsrichting.
- een beweging van de concave ten opzichte van de gefixeerde convexe
gewrichtspartner bestaat uit een rol/glijbeweging met dezelfde bewegingsrichting.
Close-packed position
- wanneer de articulerende gewrichtspartner de maximale congruentie hebben bereikt
(contactopp. is maximaal)
- wanneer er in deze stand bovendien maximale kapsuloligamentaire spanning
ontstaat, spreekt men van maximaal close-packed position (MCPP)
- klinisch: mobilisatie/ manipulatie na vergrendeling van omliggende gewricht(en)?
Loose-packed position:
- in de ruststand bereiken we de grootst mogelijk gewrichtsruimte in het gewricht. Het
is bovendien de "gemakkelijkste" positie.
- klinisch: tractie/ translaties?
1
,art. humeri (art. glenohumeralis)
Meest proximale gewricht en tevens het meest mobiele gewricht.
Instabiliteit is hierdoor vaak een veel voorkomend fenomeen.
Humerus: vrij lang botstuk wat resulteert in een grote krachtarm,
maar ook frequenter dislocaties.
Bij een frozen shoulder is er een zeer beperkte beweging mogelijk in
het glenohumeraal gewricht
Schouder instabiliteit :
Dislocaties :
1. Anterior:
- Humerus komt onder proc. Coracoideus → ’een uitstulping‘ in het gebied van
de groeve tussen de clavicula en de pectorali + verlies van rondheid v.d.
schouder.
- Meest voorkomend
2. Posterior:
- Posterieure kapselgedeelte: versterkt door M. infraspinatus en M. teres minor
3. Multidirectionele
Door de oriëntatie van de fossa glenoidalis is het gewricht beter in staat voor het opvangen
van posterieur gerichte klachten + posterieure deel van het kapsel wordt versterkt door M.
infraspinatus en M. teres minor.
Het is een typisch voorbeeld van een art. sphearoidea → = kogelgewricht : 3 assig.
Caput humeri
1. Convexe kogelkop
2. Is afgestemd op de oriëntatie van de cavitas glenoidalis:
- +/- 135° geïnclineerd t.o.v. de diafyse v.d. humerus
- 30° dorsaalwaarts georiënteerd
- = oriëntatie naar mediaal, dorsaal en craniaal
Cavitas glenoidalis
1. Lateraal + ventraal + craniaal gericht
2. Te weinig concaaf voor congruent te zijn aan de convexe humeruskop
3. Labrum glenoidale vergroot de concaviteit en het contactoppervlak met de caput.
- Labrum glenoidale = fibreus cartilage t.h.v. de cavitas glenoidale treffen we hyalien
kraakbeen aan.
- Is nog niet voldoende om volledig in contact te staan met caput humeri
- ¼ - 1/3 van de humeruskop
Translatie gebeurt altijd met tractie component inbegrepen om contact tussen labrum te
voorkomen.
2
, Biomechanische processen die verantwoordelijk zijn voor behouden van stabiliteit :
Gewrichtsvlakken :
Te grote afwijking van de normale waarden heeft een kleiner articulerend gewrichtsoppervlak
tot gevolg en instabiliteit als gevolg.
Te grote afwijking van de oriëntatie van gewrichtsvlakken heeft ook een beïnvloedende
factor.
CPP: maximale abductie + exorotatie
Ruststand : 60° abductie en 60° anteflexie
Het labrum:
Het vergroot het contactoppervlak en concaviteit van cavitas glenoidale. Ontbreken of
beschadigen is nadelig. Ook is het een insertieplaats voor de speren van de rotator cuff.
Scheur in anterieur deel:
- = Bankart-laesie: Door de ontwrichting is de bindweefselring die rondom de
gewrichtskom zit, het labrum glenoidale, beschadigd geraakt.
En gaat vaak in combinatie met :
- Hill-Sachs-laesie: Ook wel impressiefractuur genaamd. Schouderluxatie gepaard
met een impactfractuur van de humeruskop aan de posterieure zijde.
Dit impliceert een vermindering van congruentie en kan de humeruskop gemakkelijker
luxeren bij een exorotatie met labrum scheur (bankart laesie)
Posterieure instabiliteit :
- Gaat vaak gepaard met posteroinferior scheur van het labrum = bennett laesie.
Gewrichtskapsel
In het algemeen speelt het kapsel geen dominante rol bij stabiliteit. Het is dun met aantal
intracapsulaire verstevigingen :
1. Anterieur :
- Lig. Glenohumerale superius:
- Lig. Glenohumerale medium: kan onderbreken waardoor kans op anterior
(sub)luxatie groter wordt
- Lig. Glenohumerale inferius
- Insertiepees van M. subscapularis
2. Posterieur :
- Pezen M. teres minor
- Pezen M. infraspinatus
Ventrale insertie van het kapsel is ook belangrijk. Normale aanhechting is direct ventraal van
het labrum. Wanneer dit niet is en meer richting de proc. Coracoideus vergroot de kans op
instabiliteit.
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur mmatth. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour $3.24. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.