Aanleiding
“Achtergrond waaruit de onderzoeksvraag/probleemstelling voortkomt”
(p.15)
Introductie en aanleiding van een probleem
Mondt uit in een onderzoeksvraag/probleemstelling
Probleem stelling
• “De vraag waarop het onderzoek antwoord moet geven” (p. 18)
Hoofdvraag
Als vraag geformuleerd
Onderzoeksvraag/probleemstelling bestaat vaak uit een onderzoeks- en
adviesdeel
Conclusie & aanbevelingen vormen antwoord op probleemstelling.
Bevat: voor wie, onderzoekspopulatie, grenzen onderwerp,
Op te delen in deelvragen
Wat is …..(waarin wil je inzicht?) onder ….(wie is de doelgroep?) en wat ….
(is het gewenste resultaat en voor wie)?
Onderzoeksdoelstelling
“Het antwoord op de vraag waarom je het onderzoek doet, wat je ermee
wilt bereiken” (p.17)
Bij toegepast onderzoek het verzamelen van informatie die in de praktijk
gebruikt kan worden in realisatie realiseren gewenste oplossing.
“Inzicht krijgen in ….. (1. wat ga je onderzoeken) onder ….. (2. wie ga je
ondervragen) om ….. (3. waarom heb je de informatie nodig)”
Kwaliteit van het onderzoek
- Validiteit: Meet ik de juiste zaken? Stel ik de juiste vragen? •
De vraag of de aspecten waarin een begrip meetbaar is gemaakt ook
meten wat je wilde meten.
- Representativiteit: Klopt de verhouding in de samenstelling van de
steekproef?
1
, kies relevante variabelen t.o.v. je onderzoekspopulatie. Vormt de
steekproef een goede afspiegeling van de onderzoekspopulatie?
- Betrouwbaarheid: Weet ik zeker dat de uitkomsten correct zijn? Ook
wanneer ik de enquête opnieuw zou doen?
• De mate waarin een meetinstrument onder gelijkblijvende
omstandigheden hetzelfde resultaat oplevert (zoveel mogelijk toeval
uitsluiten)
Populatie
Een ten aanzien van bepaalde aspecten homogene verzameling van
objecten waarop het onderzoek zich richt.
Eenheden; eenheid van telling (object)
Het meest basale onderzoeksniveau, één object uit de populatie.
Beschrijving:
– Afbakening, welke groep wil je onderzoek (dus waar neem je een
steekproef uit
– Geef cijfers en verdelingen in percentages op relevante kenmerken
(variabelen) van de populatie
A-select
•Aselect: elk element uit de populatie heeft een bekende (en even grote)
kans om in de steekproef terecht te komen •Blind trekken of
toevalsgetallen
•In theorie beste manier, maar in de praktijk niet altijd haalbaar
•Je hebt hiervoor een goed en compleet steekproefkader nodig (bijv.
adressenbestand van de hele populatie) => komt in de praktijk niet zo
vaak voor 52
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Ruudfraser. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.