100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Verbintenissenrecht Sophie Stijns $12.07   Add to cart

Summary

Samenvatting Verbintenissenrecht Sophie Stijns

2 reviews
 193 views  7 purchases
  • Course
  • Institution

Volledige samenvatting van het vak Verbintenissenrecht uit de eerste bachelor rechten. Colleges werden gegeven door Sophie Stijns aan de KU Leuven. Door deze samenvatting behaalde ik een 16/20.

Preview 4 out of 108  pages

  • January 8, 2023
  • 108
  • 2021/2022
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: Handigedocumenten • 1 year ago

review-writer-avatar

By: antjevangelderen1 • 1 year ago

avatar-seller
Verbintenissenrecht

A. Definitie
Verbintenis = rechtsband tussen 2 of meer personen, ontstaan krachtens de wet, ingevolge een menselijke
handelen

SE kan jegens SA aanspraken doen gelden die in geld waardeerbaar en in rechte afdwingbaar zijn

Meestal is elke partij in een contract zowel SE als SA (wederkerig contract met wederkerige verbintenissen)

Wederkerige verbintenissen zijn samenhangend: de ene verbintenis wordt aangegaan omwille vd andere

B. Kenmerken
1) Rechtsband tussen personen

Patrimoniale/vermogensrechten:

- vorderingsrechten (verbintenissen)
- zakelijke rechten

a. Verschil intern bekeken:

Verbintenis = verhouding tussen personen, waarbij SE een aanspraak heeft op een prestatie vd SA

Zakelijk recht = verhouding tussen een persoon en een goed, waarbij titularis zeggenschap heeft over een
zaak/goed

b. Verschil extern bekeken

Probleem van derdenwerking of tegenwerpelijkheid:

- zakelijke rechten gelden erga omnes (moet door iedereen geëerbiedigd worden)
- verbintenissen: vergelijkbaar, maar complexer:
i. aanspraken werken relatief: enkel SE kan afdwingen en enkel SA is iets verschuldigd
ii. het bestaan vd verbintenis of van het vorderingsrecht kan als rechtsfeit worden
tegengeworpen aan derden en kan ook door hen worden ingeroepen

2) Bronnen

De wet geeft obligatoire kracht of verbintenis-scheppende kracht aan bepaalde gedragingen: art 1370 oud
BW (maar dat artikel is onduidelijk en onvolledig)

Verbintenissen ontstaan uit:

a. Rechtshandelingen

= menselijke handeling die rechtsgevolgen beoogt:

- twee- of meerzijdige rechtshandelingen (bv contracten) art 1134 oud BW
- eenzijdige rechtshandelingen (bv aanbod)

Let op: niet elke eenzijdige rechtshandeling beoogt een verbintenis te creëren (bv opzegging,
ingebrekestelling)



1

,b. De wet

= de wet verbindt rechtsgevolgen aan menselijk gedrag dat die gevolgen niet beoogt:

- onrechtmatig handelen of nalaten: art 1382 oud BW
- quasi-contracten: art 1371-1372 oud BW (niet te kennen)

Vraag: is ons verbintenissenstelsel een open lijst van bronnen, of een gesloten lijst zoals bij zakelijke
rechten?

Indien open lijst, kan men dan het verwekken (en het nadien beschamen) van een rechtmatig vertrouwen
toevoegen als zelfstandige bron van verbintenissen?

Antwoord: het is een open lijst van bronnen, maar rechtmatig vertrouwen is geen zelfstandige bron van
verbintenissen behalve bij schijnmandaat (driepartijenrelatie) en rechtsmisbruik (tweepartijenrelatie)

3) Voorwerp

Een vermogensrechtelijke verbintenis heeft in geld waarneembare aanspraken tot voorwerp

Tot wat verbindt de SA zich, en waarop kan de SE aanspraak maken?

a. Klassieke opdeling

- verbintenis om iets te doen
- verbintenis om iets niet te doen
- verbintenis om iets te geven: species (=specifieke zaak) ↔ genus (= generieke- of soortzaak)
i. eigendom van species gaat over bij consensus (wilsovereenstemming)
ii. eigendom van genus gaat over bij afzondering (specificatio)
iii. eigendomsovergang gaat gelijk met risico-overgang

b. Moderne opdeling

- resultaatsverbintenis: als resultaat niet is bereikt: bewijslast op SA (enkel overmacht bevrijdt hem)
- middelenverbintenis/inspanningsverbintenis: als resultaat niet is bereikt: bewijslast op SE (moet
onvoldoende inspanningen bewijzen)

Let op:

1) moderne opdeling doorkruist de klassieke opdeling: een verbintenis om iets te geven of om iets
niet te doen is doorgaans een resultaatsverbintenis, een verbintenis om iets te doen kan zowel een
resultaatsverbintenis als een inspanningsverbintenis zijn
2) moderne opdeling is nuttig bij verbintenissen om iets te doen
3) uit één contract kunnen zowel resultaatsverbintenissen als inspanningsverbintenissen voortvloeien
4) partijen kunnen zelf bepalen of de prestatie in kwestie een resultaats- of inspanningsverbintenis is
5) in geval van twijfel: rechter kijkt naar de bedoeling vd partijen en naar zeker of onzeker (aleatoir)
karakter van het beoogde resultaat
6) didactische opdeling kent nuanceringen in de praktijk, bv garantieverbintenissen en versterkte
inspanningsverbintenissen (zoals veiligheidsverbintenissen)

4) Afdwingbaarheid

Stappen gedwongen uitvoering & dwanguitvoering:

1) ingebrekestelling vd SA
2) vonnis bekomen met rechterlijk bevel om verbintenis na te komen (in natura) = gedwongen
uitvoering
2

, 3) vonnis doen uitvoeren met dwangmiddelen = dwanguitvoering

1 principe en 2 beperkingen:

- uitvoering in natura (de prestatie zelf) heeft voorrang
- tenzij dit fysieke dwang zou vereisen
- tenzij onmogelijk of rechtsmisbruik
 indien onmogelijk of rechtsmisbruik: uitvoering bij equivalent of vervangende schadeloosstelling
(kan in geld, maar kan ook in natura)

Ondanks deze beperkingen, zijn gedwongen uitvoering in natura en dwanguitvoering vaak mogelijk

i. geven van een species: zaak opeisen en beslag laten leggen

ii. iets doen of niet doen: afdwingen zonder fysieke dwang:

- dwangsom = bijkomende veroordeling (art 1385bis) tot betaling van een geldsom
- gerechtelijke vervanging = uitvoering door derde (art 1143-1144) (kan ook buitengerechtelijk)



DEEL 1: BRONNEN VAN VERBINTENISSEN
Titel I: Verbintenissen uit overeenkomsten
Hoofdstuk 1: Begrip en soorten
Afdeling 1: Begripsbepaling
Contract (co.) = overeenkomst (ok.)

- meerzijdige rechtshandeling
- berustend op minstens twee wilsuitingen (consensus of wilsovereenstemming)
- één of meer partijen
- één verbintenis volstaat

Drie belangrijke elementen:

1) steeds consensus: wederzijdse wilsuitingen die op elkaar gericht zijn
2) tussen twee of méér personen (tweepartijenovereenkomst (eventueel met groepen van partijen),
meerpartijenovereenkomst, samenhangende overeenkomst: wanneer juridisch afzonderlijk
gesloten contracten met elkaar in economisch of juridisch verband staan (bv contract tussen een
bouwheer en een hoofdaannemer en de contracten tussen de hoofdaannemer en de
onderaannemers))
3) de wil rechtsgevolgen te doen ontstaan:
i. partijen bepalen zelf of ze afdwingbare verbintenissen beogen (gentlemen’s agreement)
(mondaine, affectieve, sociale of politieke afspraken zijn uit hun aard niet afdwingbaar)
ii. morele verbintenissen of contracten kennen vele gradaties in afdwingbaarheid (letters of
intent en letters of comfort bevatten dergelijke louter morele verbintenissen)
iii. natuurlijke verbintenissen zijn niet afdwingbaar (maar als vrijwillig nageleefd: geen
onverschuldigde betaling of terugvordering mogelijk)




3

, Afdeling 2: soorten overeenkomsten
§1 Soorten vermogensrechtelijke overeenkomsten
Vermogensrechtelijke overeenkomst = overeenkomst tussen particulieren die vermogensrechtelijke
verbintenissen of zakelijke rechten vestigt, vaststelt, overdraagt, wijzigt of teniet doet

A. Consensuele contracten

= hebben te maken met geldigheidsvoorwaarden van een contract: consensualisme is de regel

Het zijn contracten die tot stand komen door de loutere toestemming vd partijen, zonder formaliteiten

Plechtige contracten = de geldigheid is aan bepaalde vormvereisten onderworpen (bv schenking,
hypotheekstelling)

Vroeger was inpandgeving zakelijk, maar sinds 2018 consensueel, tenzij het betrekking heeft tot een
consument, dan is het plechtig contract

B. Eenzijdig of wederkerig contract

Eenzijdig contract = één verbintenis

Wederkerig contract = meerdere verbintenissen (beide partijen zijn SE en SA)

Vaak zijn de verbintenissen niet alleen wederzijds maar ook samenhangend: de ene verbintenis wordt
aangegaan omwille vd andere

Onvolmaakt wederkerige overeenkomst = contracten die bij de totstandkoming eenzijdig zijn, maar die
laten wederkerig worden omdat in de loop van het bestaan een verbintenis ontstaat ten laste vd
wederpartij

Het gaat hier om aantal verbintenissen, niet aantal wilsuitingen!

Lastgeving = overeenkomst waarbij de ene partij (lasthebber) de bevoegdheid krijgt om in naam vd
lastgever een rechtshandeling te stellen

Aanneming = opdracht, gegeven door een opdrachtgever, aan een aannemer, om materieel of intellectueel
werk te verrichten

Borgstelling = eenzijdig contract en een bijkomend contract: overeenkomst waarbij een derde (de borg)
zich jegens de SE verbindt tot de nakoming vd verbintenis vd SA voor het geval deze daar niet zelf aan
voldoet (bv ouders van iemand betalen de schuld van die persoon)

Borgstelling is een bijkomend contract: het kan niet op zichzelf bestaan

C. Contracten om niet en contracten onder bezwarende titel

Contract om niet = contract waarbij één vd partijen geen enkel voordeel behaalt (bv schenking)

Contract onder bezwarende titel = contract waarbij alle partijen een economisch voordeel behalen (altijd
wederkerig contract)

D. Vergeldend contract of kanscontract

Vergeldend contract = elke partij moet zich tot iets verbinden, hun verbintenissen moet gekend zijn bij de
contractsluiting, en ze vinden dat hun verbintenissen gelijkwaardig zijn



4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller G03G. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $12.07. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73314 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$12.07  7x  sold
  • (2)
  Add to cart