100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Bedrijfseconomie H2 $3.51   Add to cart

Summary

Samenvatting Bedrijfseconomie H2

 220 views  2 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van stof uit het boek en powerpoint volgens blokboek: H9: 9.1 t/m 9.15 H11: 11.1 t/m 11.12 Nb: staan een aantal notities van mijzelf in de samenvatting, vergeten eruit te halen. Waren vragen voor de docent, maak het niet minder compleet

Preview 2 out of 22  pages

  • April 10, 2016
  • 22
  • 2015/2016
  • Summary
avatar-seller
Les 1:
Overheid heeft specifieke bevoegdheden
 Geweldmonopolie – recht om geweld te gebruiken als middel om
veiligheid van burgers te waarborgen
 Verplichtingen – werkzaamheden publiek te verantwoorden
inhoudelijk als financieel

Marktmechanisme:
Leidraad voor de uitvoering van de activiteiten van de onderneming (of overheid)
Marktmechanisme: bepaalt de omvang, samenstelling, prijs van producten

Zowel publiek als private partijen zijn betrokken bij veiligheidsvraagstukken
Publiek  faalt vaker met het markmechanisme bij veiligheidsvraagstukken
omdat:
 Publieke partijen hebben een monopolie op diverse ‘diensten’
 Allocatie van middelen is problematisch
 Veiligheid is een collectief goed

Economie: verdeling van schaarse middelen

Marktmechanisme: vraag en aanbod
 Aanbod en prijs worden op de markt bepaald
 Werking van de markt:
- Marktwerking is afhankelijk van kennis van aanbieders en klanten
- Is er sprake van één aanbieder (monopolie), een beperkt aantal
aanbieders (ogliopolie) of veel aanbieders (volledige mededinging)?
- Zijn de goederen bestemd als eerste levensbehoefte of betreft het
luxegoederen?

Overheidsingrijpen:
 Inkomensverdeling
 Verdelen van middelen (allocatie)
 Bevordering stabiele economische ontwikkeling
(windmolens/zonnepanelen etc.)

Falen van publieke partijen met het marktmechanisme:
1. Publieke partijen hebben een monopolie op diensten
Overheid heeft monopolie op ‘handhaving’.
Door de monopolie wordt werking vraag en aanbod verstoord doordat er
één aanbieder is (monopolie)
 De aanbieder is de overheid: heeft rechten krachtens de wetten
 Bijvoorbeeld
- Geweldsmonopolie (naast politie en leger ook overheid, omdat het dan
democratisch is en overheid niet particulieren daarvoor gaat inhuren)
- Bevoegdheden in het kader van de Gemeentewet en Wet
veiligheidsregio’s
- Afgifte van documenten (paspoort, rijbewijs, vergunningen)

, 2. Problematische allocatie van middelen
Productiemiddelen worden toegewezen aan productie van goederen en
diensten die de hoogste opbrengt genereren




BCG matrix:
Onderneming kent aan de producten van de onderneming een waarde toe.
Waarde aan de hand van groeipotentieel / relatief marktaandeel.
 Product met hoog marktaandeel  meest winstgevend
 Product met hoog groei en marktaandeel  STAR; kan uitgroeien tot een
product waar veel aan te verdienen valt
 Vergt investering omdat door de snelle groei het product snel kan afnemen
tov concurrenten
 Product met hoog groei en laag marktaandeel  QUESTION MARK; het is
niet duidelijk of je meer geld in het product moet stoppen of niet.
 Als het snel marktaandeel kan veroveren (sneller dan concurrent) kan het
uitgroeien tot een STAR, anders beter afstoten.
 Product met laag groei en hoog marktaandeel  CASH COW; met minimale
inspanning kan geld verdiend worden. Niet veel concurrentie dus hoog
marktaandeel (er is lage groei)
 Product laag groei en laag marktaandeel  DOG; kan beter afstoten als ze
er geen strategisch belang bij hebben.

Met BCG matrix  strategie bepalen waarmee ze haar producten in de markt zet.
Keuzes over de producten, de markt en de locatie waarin ze opereert. Overheid
kan dit in het algemeen niet maken.

Onderneming bepaalt prijs van de goederen en diensten op basis van:
 Argumenten die (afhankelijk van gekozen model) samenhangen met vraag
en aanbod
 Te verwachten omzet
 Martkaandeel etc.

Verschillende elementen belangrijk voor prijs bepaling:
 Onderlinge samenhang van
- Concurrentiepositie
- Consumentenbehoefte
- Belangen van stakeholders
Overheid moeilijk bepalen van prijs prijs van veiligheid is niet te bepalen.
Vaak hoeven consumenten niet te betalen voor het gebruik (leger/defensie
bijvoorbeeld). Sommige individuen kunnen zelfs niet eens gebruik maken van
bepaalde diensten of het gebruik er van weigeren.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jvo91. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.51. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

79223 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.51  2x  sold
  • (0)
  Add to cart