100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Christine Ceulemans: maatschappelijk-sensitieve zorg 4V $5.39   Add to cart

Summary

Samenvatting Christine Ceulemans: maatschappelijk-sensitieve zorg 4V

 11 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

VZOM: RZL en maatschappelijk-sensitieve zorg --> Deel Christine Ceulemans

Preview 2 out of 5  pages

  • January 9, 2023
  • 5
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
VZOM: maatschappelijk-sensitieve zorg: Christine Ceulemans
Stigmatisering
 Wat is stigmatisering?
o Stigma = een vooroordeel waardoor iemand in negatieve zin wordt onderscheiden van
anderen  dit vooroordeel ontstaat omdat deze persoon een bepaald kenmerk heeft dat als
afwijkend wordt gezien.
o Dit kenmerk sluit niet aan bij wat de samenleving normaal vindt  past niet binnen de
heersende waarden en normen.
o Iemand wordt door dit kenmerk beschouwd als onacceptabel en daarmee afwijkend  deze
persoon wordt enkel nog maar gezien als dit ene kenmerk.
o Andere eigenschappen, zoals goed kunnen zingen of sterk zijn in wiskunde, verdwijnen naar
de achtergrond.
o Er is sprake van een belangrijk en negatief verschil tussen het vooroordeel en de
daadwerkelijke identiteit van een persoon  1 specifiek kenmerk wordt uitgelicht en er
wordt zoveel waarde aan gegeven, dat de andere kenmerken overschaduwd worden en haast
niet meer lijken te bestaan.
o Het kan gaan om fysieke of psychische kenmerken, maar bijvoorbeeld ook over het behoren
tot bepaalde groepen  vluchtelingen, geïnterneerden,…
o Stigmatisering kan voortkomen uit zichtbare en onzichtbare kenmerken  er wordt een
onderscheid gemaakt:
 Gediskwalificeerde  hierbij gaat de persoon ervan uit dat zijn omgeving bekend is
met de afwijking of dat deze direct zichtbaar is. Bijvoorbeeld bij gezichtsafwijkingen.
 Potentieel gediskwalificeerde  hierbij heeft iemand aan afwijking, waarvan de
omgeving niet (onmiddellijk) op de hoogte is en dit dus ook niet direct zal opmerken.
Bijvoorbeeld een litteken van een brandwonde op het been.
 Soorten stigma
o Publieke stigma
 Stigmatisering vertrekkende vanuit de maatschappij
o Zelfstigma
 Hierbij hebben de personen in kwestie de negatieve oordelen van anderen verinnerlijkt
 De gestigmatiseerde gaat de vooroordelen zelf geloven en denkt dus negatief over zichzelf
 Hoe herken je zelfstigma?
- Je haalt jezelf naar beneden
- Je voelt jezelf tekort schieten
- Je trekt je terug op sociaal vlak
- Je hebt angst voor publiek stigma
o Structureel stigma
 Ongelijkheid in de cultuur
 Ongelijkheid in de wet- en regelgeving  bijvoorbeeld je krijgt geen verzekering
o Associatief stigma
 Geldt voor de naasten van iemand met een stigma
 Een partner kan merken dat de omgeving hem ook uit de weg gaat of een dochter van iemand
houdt de psychische aandoening van de moeder liever geheim.
 Sommige naasten voelen zich uitgesloten, worden verantwoordelijk gesteld, niet serieus
genomen of ervaren onbegrip voor de tijdrovende mantelzorg.
 Gevolgen van stigmatisering
o Angst
o Werkeloosheid en inkomensverlies
o Klein sociaal netwerk
o Geringe kwaliteit van leven
o Depressieve symptomen
o Demoralisatie  moedeloosheid
o Vermijden van professionele hulp
o Suïcidaliteit

, o Zelfstigma
 Wat kan de persoon zelf doen?
o Gevoelens en emoties leren herkennen
o Dit bespreken met hulpverleners of hulpgroepen
o Kiezen wat je deelt of niet  disclosure
o Mogelijke antwoorden van mensen die te maken krijgen met stigmatisering
 Plastische chirurgie  oplossingen zoeken voor het “afwijkende” kenmerk
 Compensatie door andere lichaamsdelen te benadrukken
 Zichzelf isoleren en terugtrekken uit de samenleving
 Zich organiseren met “verwanten” en zich kenbaar maken in de samenleving
 Hun “afwijking” verbergen  bijvoorbeeld homoseksualiteit niet uiten
 Wat kan je doen als “mens”? (vriend, familie,…)
o Vraag je af: “welke vooroordelen heb ik zelf?”
o Wees je bewust van je aannames en vraag na of datgene wat je denkt klopt
o Praat met je vrienden en familie over vooroordelen en stigmatisering
o Vroeg hoe het écht met iemand gaat, luister zonder oordeel en toon begrip
o Houd contact in goede en slechte tijden
 Wat kan je doen als professional?
o Stigma herkennen
 Hoe herken je zelfstigma?
- Persoon doet uitspraken waarin ze zichzelf naar beneden haalt
- Persoon trekt zich terug
- Persoon geeft aan bang te zijn voor de reactie van anderen
 Hoe herken je stigma door collega’s en jezelf?
- Gedrag tegenover de gestigmatiseerde
 Vermijden van de gestigmatiseerde
 Overdreven vriendelijk zijn of medelijden hebben
 Betuttelen
 Het niet-bespreken en dus doen alsof er niets aan de hand is
- Gedrag tegen collega’s (bijvoorbeeld tijdens de briefing)
 Roddelen
 Spreken over het kenmerk in plaats van over de persoon
o Professioneel reageren
 Naar de gestigmatiseerde toe
- Bespreekbaar maken
- Doorverwijzen
 Naar de collega’s toe
- Aangeven wat dit met jou doet
- Professionele uitleg geven
- Je moet niet alles aan iedereen vertellen
 Destigmatisering
o Destigmatisering = het bijdragen aan het tegengaan en/of voorkomen van stigmatisering
o Wanneer heb je een destigmatiserende grondhouding?
 “ik ben me bewust van mijn eigen vooroordelen over psychische aandoeningen. Ik reflecteer
dus op de mogelijke negatieve impact die dat heeft op de manier waarop ik cliënten en
collega’s behandel.”
 “ik zet me actief in voor destigmatisering, bijvoorbeeld door anderen aan te spreken op
stigmatiserende uitingen.”
 “ik zet me in voor een destigmatiserende bejegening richting mensen met een psychische
aandoening, bijvoorbeeld door te focussen op herstel en eigen regie.”
o Tips voor destigmatiserende communicatie
 Stel de persoon centraal en niet de aandoening  gebruik consequent “people first” taal,
tenzij mensen zelf aangeven dat ze het anders willen. We hebben het nog altijd over mensen.
Voorbeeld: praat over mensen met dementie en niet over dementerenden.
 Voorkom het “wij-zij denken”  iedereen is anders en dus uniek. Ook mensen met dezelfde
diagnose hebben verschillende ervaringen. Vermijd daarom wij-zij tegenstellingen. Voorbeeld:

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elinewillaert. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.39. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66579 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.39
  • (0)
  Add to cart