100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting GZW1023: Alle problemen, literatuur methodologie en colleges $6.50   Add to cart

Summary

Samenvatting GZW1023: Alle problemen, literatuur methodologie en colleges

 3 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Alle problemen, de literatuur van methodologie en colleges van Blok 3: GZW1023: Introductie Wetenschappelijke Onderzoeksmethoden, overzichtelijk bij elkaar in een document!

Preview 4 out of 84  pages

  • January 10, 2023
  • 84
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Probleem 1: De geschiedenis van hiv en aids
1. Wat is de empirische cyclus? (wat is empirie?)
Empirie: kennis door ondervinding verkregen. Dus: kennis gebaseerd op
waarnemingen/bevindingen/observaties.

De empirische cyclus is een stappenplan hoe wetenschappelijke kennis tot stand komt door middel
van onderzoek.
De empirische cyclus wordt doorlopen bij empirisch onderzoek en zorgt ervoor dat de hoeveelheid
kennis toeneemt. Er vindt steeds een opeenvolging plaats van onderzoeken van vraagstellingen die
voortkomen uit eerdere onderzoeken. Het is een model dat bij verschillende soorten onderzoek
gebruikt kan worden. Onderzoekers kunnen de resultaten van vorige onderzoeken:
- Bevestigen = confirmatie
- Tegenspreken = contradictie
- Weerleggen = falsificatie
- Nader specificeren = elaboratie
- Ondersteunen = verificatie




2. Welke fases heeft de empirische cyclus? (goed beschrijven inductie en deductie)
Bron: Leerboek Epidemiologie hoofdstuk 1, Bouter & van Dongen (2016)
1. Theorie. De onderzoeker gaat uit van een bepaalde theorie: een uitspraak of een
samenhangende reeks van uitspraken met een algemeen geldend karakter.
2. Deductie: het proces van een proces van een abstracte theorie naar één of meerdere te toetsen
hypothesen waarnaar men onderzoek wil doen. (das: deductie algemeen → specifiek)
3. Vraagstelling/hypothesen:
- Hypothese: een toetsbare stelling of die op de grond van systematische waarnemingen in
het onderzoek uiteindelijk kan worden aangenomen of verworpen.
- Vraagstelling: een nauwkeurige formulering van de vraag waarop de onderzoeker een
antwoord wil geven. Het specificeert de epidemiologische functie en de empirische cyclus
kadert de vraagstelling in.
4. Onderzoeksontwerp kiezen
Ten eerste is hierbij een scheiding tussen kwalitatief en kwantitatief onderzoek:
- Bij kwalitatief onderzoek wordt uitgegaan van het emic perspectief: er wordt gekeken
vanuit de ervaring van het subject → begrijpen van de ervaringen van proefpersonen.

, - Bij kwantitatief onderzoek zijn waarnemingen objectief bepaald en staan ze los van het
subject: etic perspectief. Het gaat hierbij om cijfermatig onderzoek.
Er is ook een verschil tussen experimentele en niet-experimentele/observationele designs:
- Experimentele designs:
o RCT (Randomized Controlled Trial): een interventie wordt uitgevoerd bij een
groep mensen die random worden ingedeeld in de interventie- of controlegroep.
- Niet-experimentele designs:
o Ecologische onderzoek: onderzoek op populatie niveau, waarbij geen hypothesen
getoetst worden
o Patiëntenseries: je kijkt bij een serie patiënten met dezelfde ziekte of er ook
andere kenmerken tussen de patiënten overeenkomen. Hierbij geen
vergelijkingsgroep en deze onderzoeken toetsen zelden hypothesen.
o Dwarsdoorsnedeonderzoek: hierbij wel een vergelijkingsgroep. Alle metingen
vinden op hetzelfde moment plaats, geen follow-up.
o Longtidunaal onderzoek, waarbij twee soorten:
▪ Cohortonderzoek: er wordt een baseline meting gedaan bij een cohort
waarbij de blootstelling wordt gemeten en het aantal zieken, na een
follow-up periode wordt dit opnieuw gedaan.
▪ Patiëntcontrole onderzoek: hierbij wordt een groep mensen die een
ziekte hebben vergeleken met een groep die geen ziekte hebben; er is
sprake van een retrospectieve expositiemeting (er wordt gevraagd naar
blootstelling aan risicofactoren in het verleden).
5. Populatie/steekproef kiezen: er wordt gekozen naar welke populatie men onderzoek wilt doen
en de steekproef hieruit, dus welke respondenten uiteindelijk mee gaan doen met het
onderzoek.
6. Geschikte meting/observaties kiezen: er zijn verschillende metingen mogelijk, bijvoorbeeld met
vragenlijsten of biomarkers.
7. Onderzoek uitvoeren
8. Resultaten
9. Data-analyse: de gegevens worden geanalyseerd met behulp van tabellen en grafieken.
10. Conclusies en rapportage: de conclusie geeft antwoord op de vraagstelling van het onderzoek en
er vindt verificatie of falsificatie van de hypothese plaats. Onderzoekers kunnen met de
resultaten hun huidige theorie:
- Bevestigen: confirmatie
- Tegenspreken: contradictie
- Weerleggen: falsificatie
- Nader specificeren: eloboratie
- Ondersteunen: verificatie
11. Inductie: het integreren van al deze systematisch en niet systematische waarnemingen tot een
theorie. Het proces van concrete, bijzondere waarnemingen naar een meer abstract, algemeen
geldend beeld van de werkelijkheid. (isa: inductie specifiek → algemeen)

Paradigma shift: vanuit een heel ander perspectief kijken naar een bepaalde theorie, aan een geheel
nieuwe cirkel beginnen met de empirische cyclus.
Paradigma: algemeen geldende theorie.

,Probleem 2: Er zijn geen stomme vragen, zeggen ze
1. Wat is een theorie?
Theorie: een samenhangende beschrijving van (een stuk van) de abstracte, algemeen geldende
werkelijkheid. Een samenhangend stelsel van verklaringen en aannames waarmee empirische
verschijnselen verklaard en voorspeld kunnen worden.
- Een theorie is nooit alomvattend; je kunt nooit alles in een theorie verklaren.
- Een theorie is vaak tijdelijk → door verder onderzoek kan de theorie worden bijgesteld of
kan blijken dat de theorie helemaal niet klopt.
- Een theorie is verifieerbaar en falsificeerbaar.
o Verificatie: leveren van bewijs ter ondersteuning van theorie.
o Falsificatie: leveren van tegenbewijs ter verwerping van theorie.
o Theorie is geen wet (universeel), maar kan hier wel tot uitgroeien.

2. Wat is een probleemstelling?
Probleemstelling: een nauwkeurige formulering van de vraag (vragen) waarop de onderzoeker een
antwoord wil geven.

Vormcriteria vraagstelling
- Ondubbelzinnig (beknopt, geen tautologieën = herhalingen, alleen bekende termen)
- Precies (volledige opsomming, of uitsluitende en uitputtende regel, positieve formulering)

Criteria voor de kwaliteit:
- Logisch – methodologisch:
o Afbakening theoretisch domein (bijv. impliciet: geen theorie in de vraagstelling)
o Afbakening empirisch domein
o Methodische herkenbaarheid (beschrijvend of verklarend onderzoek)
o Precisie
- Verantwoording
o Doelstelling / achtergrond probleem
o Relevantie
▪ Empirische relevantie (wat weten we nog niet? Is de probleemstelling
onderzoekbaar?)
▪ Theoretische relevantie (welke bijdrage aan inzicht / theorieën?)
▪ Maatschappelijke relevantie (welke bijdrage aan oplossing van
maatschappelijk probleem)
Ontsporing probleemstelling:
- Eenzijdig empirisch (alles wat meetbaar is onderzoeken, feiten op zoek naar theorie) –
- Eenzijdig theoretisch (alleen oog voor wat theorie dicteert, theorie op zoek naar feiten) –
- Eenzijdig maatschappelijk (alleen oog voor maatschappelijke problemen, opdrachtgever op
zoek naar feiten)

Verder kan de PICOT worden gebruikt bij om aan een goede vraagstelling te komen:
P = Populatie, over welke groep mensen gaat het?
I = Interventie, welke interventie wordt er onderzocht of welke determinant? De is de onafhankelijke
variabele.
C = Controle, waarmee wordt er vergeleken?
O = Outcome, welke gezondheidsuitkomst wil men bestuderen? Dit is de afhankelijke variabele.
T = Tijdsduur

, Een vraagstelling kan ook aan SMART-eisen voldoen:
S = specifiek
M = meetbaar
A = acceptabel
R = realistisch
T = tijdsgebonden

3. Wat is een hypothese?
Hypothese: een toetsbare stelling die op grond van waarnemingen in de praktijk al dan niet
verworpen kan worden. Een hypothese is een standpunt van de verwachtingen en/of voorspellingen
van de onderzoeker over onderlinge relaties tussen onderzoeksvariabelen (afhankelijke/
onafhankelijke). Dus de hypothese is het antwoord dat je verwacht op je onderzoeksvraag.

De centrale eis waar een hypothese aan moet voldoen is testbaarheid. Hiermee wordt de mogelijk
om op basis van empirisch onderzoek vast te stellen of een uitspraak wordt bevestigd dan wel
verworpen bedoeld. Verder moet een hypothese aan een aantal vormcriteria voldoen die in volgorde
van belangrijkheid zijn:
- Duidelijkheid: de verreweg belangrijkste formuleringseis is de duidelijkheid van een
bewering. Van een onduidelijke uitspraak weten we niet aan welke data deze getoetst moet
worden, laat staan dat we weten wanneer deze bevestigd of ontkend moet worden. Deze is
van duidelijkheid vraagt om definiëring van begrippen.
- Stelligheid: zoals gezegd is een hypothese een voorlopig antwoord op een vraag van het
categorische type. Vanwege dit voorlopige karakter hebben velen de neiging om bij de
formulering allerlei reserves in te bouwen, zoals ‘mogelijkerwijs’, ‘wellicht’, ‘misschien’. Men
dient een hypothese stellig en als een voldongen feit te formuleren.
- Precisie: dit betref vaak kwantitatieve specificaties van het domein en het beweerde van een
uitspraak. Meer in het bijzonder gaat het om een beperking van het domein en een
kwantitatieve aanduiding van de waarden op variabelen en constanten.

4. Wat is een onderzoeksvraag?
Een onderzoeksvraag wordt afgeleid uit een wetenschappelijke theorie. Een hypothese wordt
zodanig verwoord, dat ze in een geschikte onderzoeksopzet falsificeerbaar is.
Verschillende soorten onderzoeksvragen: beschrijvend, explorerend, toetsend, evaluerend en
onderzoekend.

5. Wat is de rol van een literatuurstudie?
Een literatuuronderzoek is een systematische, grondige zoektocht naar alle soorten literatuur binnen
een bepaald onderwerp.
De literatuurstudie vervult een belangrijke functie in de totstandkoming, opzet en uitvoering van een
onderzoek en dus ook in de totstandkoming van een theorie.
- De voornaamste functie is het nagaan wat er al bekend is over een bepaald onderwerp en
aan welke kennis het nog ontbreekt. Dat leidt dan tot de formulering van de vraagstelling die
men in het eigen onderzoek wil gaan beantwoorden.
De literatuur:
- Bepaalt of het relevant is om onderzoek naar een bepaald onderwerp te doen.
- Bepaalt het vakgebied; het biedt inzicht in de manieren waarop de onderzoeker het
toepassingsgebied kan beperken tot een benodigde ruimte van onderzoek.
- Laat zien wat er al aan kennis bekend is en het bouwt bruggen tussen verwante
onderwerpen.
- Draagt bij aan de formulering van een relevante probleemstelling; wanneer er
onduidelijkheden of bepaalde aspecten missen in de al bestaande en onderzochte kennis.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ig16. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.50. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.50
  • (0)
  Add to cart