7.6 gehaald voor dit tentamen (december 2022)
Samenvatting/aantekeningen van de hoorcolleges van BS in 2022.
Het is een duidelijke, overzichtelijke, gestructureerde samenvatting aangevuld met voorbeelden.
Succes met leren!
Typen variabelen
- Type variabele bepaald welke analyse je moet toepassen
1. Categorische variabelen
- Variabelen indelen in categorieën
- De waarden zijn categorieën
- Bijvoorbeeld: haarkleur, geslacht etc.
- Je kan hier niet mee rekenen (je kunt wel een nummer toekennen aan elke
categorie)
- Meetniveaus: nominaal (bijv: wat is je lievelingseten?) of ordinaal (bijv:
opleidingsniveau of stellingen)
- Grafiekvormen: cirkeldiagram, staafdiagram en frequentietabel
2. Kwantitatieve variabelen
- Hebben cijfers/waarden
o Waarde is hoeveel je van die variabele hebt
- Hebben wel betekenis
- De waarde representeert de grootte van de variabele
- Bijvoorbeeld: leeftijd
- Meetniveaus: interval (bijv: IQ) of ratio (bijv: inkomen)
- Grafiekvormen: dotplot, stem and leaf (stengel en blad) en histogram
- 2 soorten kwantitatieve variabelen:
o Discrete variabele
Slechts gehele waarden
Vaste waarden zonder tussenliggende variabel
Bijvoorbeeld: aantal kinderen in een gezin
Hele getallen (7, 9, 22)
o Continue variabele
Waarden kunnen onbeperkt weinig van elkaar verschillen
Alle mogelijke waarden vormen een continuüm
Tussenliggende waarden hebben wel een betekenis
Bijvoorbeeld: lengte (177,5 cm)
Oneindig aantal mogelijke waarde (niet specifiek aantal)
Modus: waarde met de grootste frequentie
Gemiddelde: som van alle waarden gedeeld door het aantal waarden
Mediaan: de middelste waarde
Soorten statistiek
- Toetsende statistiek
o Statistic (statistiek): samenvatting van steekproef uit populatie
o Parameter: samenvatting van de populatie
o Ookwel inferentiële/inductieve statistiek genoemd
o Het gebruiken van ‘statistic’ om iets te zeggen over die populatie
(parameter)
1
, o Met hoeveel zekerheid kunnen we zeggen dat de gegevens uit de
steekproef ook iets zeggen over hoe die populatie in elkaar zit?
o Je maakt inferenties en generaliseert van je steekproef naar je populatie
- Beschrijvende statistiek
o Beschrijven en samenvatten van je data
o Vooral over de steekproef
o Patronen proberen te ontdekken in je data
Beschrijvende statistiek
A) Voor één variabele
- Beschrijven door middel van grafische weergave van data
- Kijken naar goede centrummaten
o 1 representatieve waarde om je data weer te geven (bijv: gemiddelde of
mediaan).
- Kijken naar goede spreidingsmaten
B) Voor categoriale variabele
- Grafische weergave met bijvoorbeeld: cirkeldiagram of staafdiagrammen
o Gebruiken voor werkelijke aantallen of percentages
- Weergaven in frequentietabellen
- Correct categorie = modale categorie
o De categorie waarin de meeste waarden zitten
C) Voor kwantitatieve variabelen
- De waarden in de frequentietabel hebben numerieke betekenis. Het gaat nu om
het aantal
- Kijken naar de modus, mediaan en het gemiddelde (centrummaten)
o Mediaan: data eerst ordenen van klein naar groot > dan in 2e delen >
middelste waarde is de mediaan
o Gemiddelde: houdt rekening met alle waarde in je data set
- Formule gemiddelde:
o X = waarde die erbij hoort
o I = elke individuele observatie (bijv: van het specifieke kind
o N = aantal observaties de omvang van je steekproef
- Gemiddelde van frequentieverdeling
o Formule:
2
, o Som teken = alles om het somteken optellen bij elkaar
o Een snellere manier gebruik maken van gegevens die in je
frequentietabel staan
- Mediaan versus gemiddelde
o Welke je gebruikt hangt af van de verdeling van de waarden/variabele
o Normaalverdeling: mediaan en gemiddelde zijn gelijk aan elkaar. In
principe gebruik je de mediaan
o Scheve verdeling:
Gemiddelde wordt te veel omlaag of omhooggetrokken
Scheef naar links; de staart is link
Beter de mediaan kiezen voor representatiever beeld. Ook bij
uitschieters.
3
, College 2: Spreiding in data
- Staafdiagram: ruimte tussen de staven
- Cirkel en staafdiagram is minder handig bij veel mogelijke waarden
Kwantitatieve variabele grafische weergeven
- Histogram wordt vaak gebruikt
- Dotplots gebruikt bij een kleine data set (minder vaak gebruikt)
- Steelblad diagram
- Histogram:
o Staven tegen elkaar
o Gebruiken van intervallen/klassen op de x-as
o Frequentietabel maken en opdelen van intervallen in gelijke grootte
o Tussen 5 á 10 klassen aanhouden voor een goed leesbaar histogram
o X-as is de range van oplopende waarde
o Informatiever dan een staafdiagram
o Als je een bepaalde waarde niet hebt, geeft dat een gat weer.
Spreiding
- Om iets te zeggen over de steekproef is een centrummaat en spreiding nodig
- Je data is variabel, 1 centrummaat is niet genoeg.
- Centrummaat geeft geen informatie over de spreiding
- Spreidingsmaat gebruiken om te bepalen wat een ‘normale’ score is
- Verschillende manieren kijken naar spreiding van scores:
o Kijken naar het bereik (range)
o Interkwartiel afstand
o Boxplot
o Dotplot
o Deviatie
- Spreidingsmaten: range (bereik), interkwartiel afstand en standaarddeviatie
Kijken naar het bereik (range)
- Range of variatiebreedte genoemd
- Verschil tussen maximum en minimum score; de laagste en hoogste waarden van
elkaar aftrekken
- Wordt sterk beïnvloed door extreme waarde
- Geen resistente manier om spreiding in data weer te geven
- Kan niet negatief zijn! Altijd positief of nul
Interkwartiel afstand (IKA)
- Gebaseerd op percentielen
o Deelt je data op in 100 stukjes
o P50 = mediaan
o Werken met p25, p50 en p75
o P% van je data is kleiner of gelijk aan is
- Gebruiken bij scheef verdeelde data
- Behorende spreidingsmaat bij mediaan Waard %
e
7 73%
4 8 74%
9 77%
10 81%
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hannaheinen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.47. You're not tied to anything after your purchase.