Biologische psychologie
Inleiding: structuren en functies
Netwerkstructuren
- psychische functies slaan niet enkel op de communicatie tussen neuron A en B. Deze
communicatie gebeurt in netwerken! (groep van neuronen die met elkaar communiceren)
- neuronale communicatie: zeer specifiek gerichte actie = zeer specifieke communicatie
- neuronale communicatie is zeer instant in dreigende situaties: verstijven of vluchten
(fight/flight)
Neuron A:
- Gaat signalen sturen naar neuron B
Neuron B:
- wil graag negatief blijven (rustpotentiaal), zal enkel actief worden bij het ontvangen van een
signaal dat uit neuron A komt.
- Er moet voldoende signaal komen vanuit neuron A om de drempelwaarde te overschrijden,
meestal een intens signaal waarna neuron B terug wil keren naar absolute rust
(rustpotentiaal)
- Zegt ACTIEF “nee”, ik wil niet ontvangen, enkel in de nodige situaties = sterk verschil in
passief “nee” zeggen
Netwerkstructuren
Eenvoudige keten:
Convergentie
- Kwantitatieve integratie
- Kwalitatieve integratie
- Convergentie kan heel groot zijn, maar kan ook gering zijn!
Alle neuronen gaan naar 1 enkel neuron!
,Divergentie:
- Opsplitsen
- Versterken
- Waarom is dit nodig?
o Dorsale kolom systeem
o Projecties naar cortex, anderzijds naar cerebellum =
de informatie wordt verdeeld
Netwerkstructuren: FEEDBACK
- Wanneer A vuurt, verhoogt dit de kans dat C zal vuren, zal bijkomstig ook de kans verhogen
dat B vuurt
o De reactie van Neuron C naar A zal later optreden dan A naar B = een extra
verbinding
- Feedback systeem:
o Het signaal komt gelijktijdig aan bij B & C
▪ Later komt er een INHIBITOIR signaal
terug uit C naar A (negatieve feedback)
- Als A slechte/mindere signalen zend, wordt hij het zwijgen
opgelegd door C, C controleert hier de signalen!
- Trachten de VERZENDER te dempen!
Netwerkstructuren: Feedforward systeem
- Neuron C gaat naar neuron B = NIET NAAR A zoals feedback systeem
- Trachten hierbij de ONTVANGER te dempen!
- Route van C is trager dan rechtstreeks naar B
- Door het signaal van C, zal B sneller terugkeren
naar het aanhouden van zijn negatieve
rustpotentiaal
- Signalen die sterk geconcentreerd zijn in tijd
geraken enkel door dankzij dit systeem
Netwerkstructuren: scherpe en doffe pijn
= complexiteit zit hem in het extra neuron D= in realiteit gaat dit in een groter netwerk met
biljoenen contacten
Wat gebeurt er in deze figuur?
- Neuron D exciteerd neuron B en inhibeert neuron C
- Neuro A gaat exciteren, Neuron D gaat inhiberen op neuron C
Voorbeeld:
A: Sensorisch neuron
B: Pijnneuron
C: inhibitoir neuron
Vb: Klopt met hamer op mijn duim => Geeft zeer scherpe pijn! = nauwkeurige lokalisatie moet er
onmiddellijk zijn! Deze directe reactie moet precies zijn! Maar pijn moet van een zo kort mogelijke
,duur zijn! = initiële functie van pijn wil zeggen: daar is iets, waar u dringend actie moet ondernemen!
Dit zorgt op zijn beurt voor een snelle reactie, hierna zal de pijnprikkel weer proberen afnemen (als
wijze van waarschuwing)
Wanneer neuro A neuron B sterk gaat stimuleren, zal nadien neuro C ook neuron B
stimuleren! Eerst krijg je schepre pijn, maar nadien neemt die scherpe pijn al een stuk af! Dit
komt door het inhibitoir systeem van neuron C dat op B gaat uitwerken na de eerste directe
reactie van neuron A op B
Vb: dof soort pijn = pas op met de pijn. Men wil hierbij geen extra belasting= zorgt dat jer er
voorzichtig mee omgaat (neuron D zorgt voor dit systeem)
Gaat inhibitoire functie onderdrukken! Gaat hierbij langdurige pijnreactie uitlokken maar
zachter als ‘scherpe’ pijn
Wil je dat deze doffe pijn verdwijnt? Dan kan je terug de scherpe pijn gaan uitlokken, deze
pijn overheerst tegenover doffe pijn! (vb: duwen op een wespensteek)
Netwerkstructuren: laterale inhibitie
Wat gebeurt er op het schema?
- C geeft een exhitoir signaal naar D
- C heeft een inhiberende connectie naar neuron A en E
- Wanner neuron C sterk vuurt, kan er een actiepotentiaal gevormd worden op neuron D en
gaat tegelijkertijd een inhibitoire connectie
vormen met neuron A en E waardoor de
connectie richting neuron B en F gedempt
zal worden
- Naam: Latterale inhibitie = lateraal: in de
breedte
Waarvoor dient deze functie?
- Heeft actie op de plaats waar iets gebeurd!
o Lokaliseren van een drukpunt op de
hand = zeer nauwkeurig!
▪ Neuron C zit recht onder de drukplek en zal zeggen: ‘jullie niet maar ik’! En
dempt vervolgens de andere neuronen! = manier om precisie te vergroten in
netwerken!
▪ Weetje: in uw rug zitten de sensoren verder uit elkaar! Zijn voornamelijk
geconcentreerd in de handpalm waar er veel op elkaar geduwd worden!
Netwerkstructuren: laterale inhibitie
Model van een coincidence detector
- De bruine axonen gaan enkel vuren wanneer ze gelijktijdig door een neuron links en rechts
gestimuleerd worden : vandaar coincidentie
- Vb. : Je krijgt een geluid, je oren gaan sneller aan 1 kant prikkelen afhankelijk waar het geluid
zich voordoet – dit zal op 1 van de 2 assen sneller reizen, omdat dit signaal simpelweg
eerder aankomt gaat de cel vuren!
, - Voor alle stadia heb je elke keer
een ander neuron nodig om al
deze gradaties weer te geven
Zodra je een paar neuronen
hebt, kan je al complexe taken
mee vervullen: in dit geval
lokaliseren van geluid
Zintuigen
Hoeveel zintuigen hebben we? 5
- Horen
- Zien
- Voelen (tast)
- Ruiken
- Proeven
Case study: ian waterman
- Sensorisch deficit
- Door griep op 19j selectieve uitval van tastzin, niet pijn of temperatuur
Wat was er merkbaar:
- Man kon perfect koud en warm voelen
- Perfect voelen met zijn huid
- Reliëf voelen is anders dan warmte voelen: zijn eigenlijk onderscheiden zintuigen
Dissocieerbare vermogens:
- Kan vormen onderscheiden maar geen kleur
- Kan ook altijd kleur onderscheiden maar geen vormen!
Dingen hangen niet samen, kan uitval op 1 van deze domeinen krijgen!
Dissociatie
- Gaat niet over de traumatische vorm
- Is 1 ondeelbaar dinge, dat eigenlijk uit verschillende
deelvermogens/ processen bestaat
Zintuigen
- De “klassieke 5”
- Positie van je ledematen
- Evenwicht en versnelling
- Chemoceptie
o Glomus caroticum in hartslagader: o2 => verstikking
o Aanwezigheid vetten bij ingang van dunne darm
- Magnetoceptie?
Zintuigen
Definitie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller stijnnker. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.85. You're not tied to anything after your purchase.