Summary
Samenvatting credit en banking (V6A406)
- Course
- Institution
Samenvatting kwartaal 2 credit en banking. Enkel de theorie hoofdstuk 4-11.
[Show more]
Seller
Followkiyanadesmet
Content preview
Credit & BankingPatrick.pieters@vives.be
Examens= open vragen, berekeningen en meerkeuzevragen
2de examen= januari (4-13)
Risico Risicio Risico Risico ….. Werking rendement
Spaarrekening
Obligaties
Verzekeringsbo
n
Variable renten
Vaste rente
Fondsen
Aandelen
Termijnrekening
….
20 meerkeuze
20 rekenvragen
( ja en nee vragen 10 ervan giscorrectie)
5) Iemand een beleggingsadvies geven (nog meer vragen)
5) Niet gekend financieel instrument vergelijken met een gekend financieel instrument
Primaire markt Secundaire markt
ste
1 uitgifte of aankoop of verkoop Alle volgende aankopen of verkopen
(vanaf de 2de)
In veel gevallen is de bank een primaire markt Maar de bank heeft geen secundaire markt
Voor beleggingsproducten is de beurs de Beurs is vooral bekent voor de secundaire
primaire markt (IPO) markt. Dagelijks veranderen er extreem veel
dingen.
Hoofdstuk 4
4. sparen
Met geld kan je 2 dingen doen.
1. Uitgeven/ consumeren
2. Bijhouden/ sparen
4.1 inleiding: spaardesposito’s verwerven als bancaire functie
Spaargeld zal omgezet worden in een lening aan anderen, ook als jij dat niet wil. Het risico
dat die ander het geleende geld niet terugbetaalt is echter voor de bank en niet voor jou.
4.2 Plaats van de spaardesposito’s op de activa en/ of passiva
Actief =
- spaarrekening 55
- Termijnrekening 53
,- kasbon en kapitalisatiebon 52
4.3 spaarinstrumenten
4.3.1 de geregelementeerde spaarrekening
De spaarrekening is de meest bekende spaarformule. De cliënt kan spaargelden beleggen
tegen een rentevergoeding en toch gemakkelijk weer over zijn geld beschikken.
4.3.1.1 werking
Kan geopend worden na een kort en eenvoudig contact met de bank. Persoonlijk of online.
Bij het openen van een internetspaarrekening zal een verificatie van de identiteit van de
spaarder nodig zijn.
Voor de berekening van de opbrengst ,zal onder meer de valutadag van belang zijn.
De valutadatum is de datum vanaf wanneer
1. Gestorte bedragen rente opbrengen
2. Afgehaalde bedragen stoppen met rnete op te brengen
Bij verrichtingen met manuele tussenkomst mogen de banken valuteren volgens het
systeem ‘dag+1/ dag-1’/ daardoor begint de rente pas te lopen vanaf de eerste kalenderdag
na de storting en houdt de rente op de dag voor de afhaling
Bij elektronische verrichtingen geldt de valutering ‘dag/dag’. Dat wil zeggen dat de rente
begint te lopen op de dag van de storting en ophoudt met lopen op de dag van de opvraging.
4.3.1.2 toekenning van de rente
De berekeningswijze van de rente is afhankelijk van het type spaarrekening.
1. de gereglementeerde spaarrekening = klassieke vorm
2. de niet-gereglementeerde spaarrekening
de rente op een gereglementeerde spaarrekening wordt volgens wettelijke verplichting in
twee delen toegekend.
1. De basispremie
De basisrente= absoluut minimum en volgt de marktrente op korte termijn.
De basisrente is vandaag laag, tussen 0,01% en 0,90%. Een wijziging gaat onmiddellijk in.
2. De getrouwheidspremie
Getrouwheidspremie= voor elke spaarinleg die minstens twaalf maanden op de
spaarrekening behoudt blijft. De getrouwheidspremie is vandaag laag, tussen 0,10% en
1,00%. Een wijziging gaat pas volgend jaar in.
De rente op een niet-gereglementeerde spaarrekening kent geen onderscheid tussen een
basispremie en een getrouwheidspremie = 1 rente.
Rente op een niet-gereglementeerde spaarrekening is meestal hoger, maar op deze laatste
moet altijd een roerende voorheffing van 30% betaald worden.
Correct vergelijken is de boodschap!!!
4.3.1.3 voordelen
Gereglementeerde spaarrekening biedt een aantal voordelen aan;
- Betere rentevergoeding (in vergelijking met de zichtrekening)
- Fiscale vrijstelling van de roerende voorheffing:
, o Voor individuele spaarrekeningen is de vrijstelling tot 980 euro rente (inkomsten
2021/ aanslagjaar 2022)
o Voor gezamenlijke spaarrekeningen van het gezin is de vrijstelling tot 1960 euro
rente (inkomsten 2021/ aanslagjaar 2022)
o Boven de drempel van 980/ 1960 dient 15% roerende voorheffing betaald te worden
o De drempels voor vrijstelling van roerende voorheffing wijzigen bijna jaarlijks, en zijn
dus elk jaar te controleren
- Het tegoed is onmiddellijk opvraagbaar
Deze formule is intressant voor het zogenaamde wachtsparen, d.w.z dat de spaarder zijn
spaargeld tijdelijk parkeert.
4.3.1.4 nadelen
De gereglementeerde spaarrekening omvat naast de bovenstaande voordelen ook enkele
nadelen. Zo verleist men rente, bijvoorbeeld, op de sommen die binnen het laatste jaar
gestort worden (omdat de getrouwheidspremie pas na de volle twaalf maanden verworven
wordt.)
Tot op heden mogen de bnaken wettelijk niet minder dan 0,01 % basisrente en 0,10%
getrouwheidspremie afficheren op de gereglementeerde spaarrekeningen. Dat geeft een
wettelijk minimum van 0,11% per jaar.
4.3.1.5 eindde van fraude met spaarrekeningen
Sinds 2014 zijn banken verplicht om bepaalde gegevens van hun klanten en hun rekeningen
of contracten één keer per jaar door te geven aan een Centraal Aanspreekpunt (CAP) van de
Nationale bank. Zo ka nde fiscus bij problemen nagaan bij welke financiële instelling.
Een balstingplichtige kon voordien aan 15% roerende voorheffing op een spaarboekje
ontsnappen, door het spaargeld te verdelen over meedere rekeningen bij verschillende
banken. De fiscus kan dit soort acties nu ontdekken. De banken zijn echter niet verplicht
saldo van de rekening meteen mee te delen. De fiscus mag de gegevens namelijk enkel
opvragen bij een belastingvordering of een vermoeden van fraude.
4.3.2 de niet-gereglementeerde spaarrekening
Het verschil schuilt in de belasting die wordt ingehouden op de intrest die je krijgt op je
spaarrekening;
- Op de intresten op een niet-gereglementeerde spaarrekening, betaal je 30% belasting,
‘roerende voorheffing’ genoemd:
- De intresten op een gereglementeerde spaarrekeningen zijn niet belast, tenzij die voor één
jaar in totaal meer dan 980 euro bedragen, dan betaal je 15% roerende voorheffing op het
deel boven die 980 euro.
Als je spaarrekeningen gaat vergelijken, moet je natuurlijk rekening houden met die
eventuele belasting op de intresten.
4.3.3 de distrubuerende termijnrekening en de kasbon
Termijnrekeningen en kasbons zijn nagenoeg identieke instrumenten. Oorspronkelijk wass
een kasbon een papieren instrument. Maar nu zijn beide digitale vormen. Beide een
distribuerende versie en een kapitaliserende versie bestaat .
, Een termijnrekening of kasbon is een spaarinstrument met een hogere rentevergoeding dan
een spaarrekening, doordat de spaarder meer geïntresseerd is in de opbrengst dan in de
beschikbaarheid van de belegde sommen. De rente is vooraf afgesproken en kan tijdens de
looptijd niet wijzigen. Bij de distribuerende versie wordt de rente jaarlijks uitgekeerd aan de
spaarder. De berekening van de rente is op basis van de enkelvoudige intrest.
De termijnrekening en de kasbon werken op identieke wijze als de spaarrekening, met als
verschil dat geldopvraging voor het verstrijken van de afgesproken termijn in feite
contractbreuk is en zal leiden tot het betalen van een verbrekingsvergoeding. Wie een
termijnrekening of kasbon aangaat, dient best vooraf na te denken over de lengte van de
termijn en de hoeveelheid geld dat in die periode ‘gemist’ kan worden. Het voordeel van een
hogere rente geheel of gedeeltelijk verloren. De looptijd varieert meestal tussen 6 maanden
en 120 maanden en de instapdrempel kan laag of hoog zijn.
Het aanbod van termijnrekening en kasbons volgens het basisconcept is groot.
Zo bestaan er kasbons met een meerjarige looptijd waarvan de rente elk jaar stijgt. Men
noemt ze dan ook kasbons met progressieve renten. Er bestaan ook termijnrekeningen met
een vaste termijn of met opzeggingstermijn. Bij temrijnrekeingen met vaste termijn wordt
de vervaldag bij de opening ervan vastgesteld. De rente is meestal evenredig met de looptijd
d.w.z. hoe langer de termijn, hoe hoger de rente. Als de cliënt op de vervaldag niet over zijn
tegoed wil beschikken., wordt de rekening stilzwijgend vernieuwd voor eenzelfde termijn.
Op de vervaldag kan de cliënt meestal wel bijstortingen verrichten. Termijnrekeingen met
opzeggingstermijn zijn hoogrentende rekeningen waarvoor meestal een miniumbedrag
belegd moet worde nvoor een minimale periode.
4.3.4 de kapitaliserende termijnrekening en de kapitalisatiebon
Indien de rente op een termijnrekeing of een kasbon niet jaarlijks maar pas op het einde van
de looptijd wordt uigekeerd, spreken we respectievelijk over een kapitaliserende
temrijnrekening en een kaspitalistatiebon. Voor deze producten geldt verplichte
rentekapitalisatie. Rentekapitalisatie is inderdaad de techniek waarbij de intrest niet jaarlijks
uitgekeerd wordt, maar belegd blijft zodat hij op zijn beurt intrest opbrengt. Men spreekt
van intrest op intrest. SAMENGESTELD INTREST
4.3.5 de verzekeringsbon
= een levensverzekering op naam met een vaste looptijd van 1 tot 8 jaar + 1 dag en een
gewaarborgde rente. Aan de bon is in principe een overlijdensdekking verbonden. Bij de
verzekeringsbon moet men altijd 3 partijen in het aankoopcontract bepalen;
1. De verzekeringnemer: de persoon die de bon koopt;
2. De verzekerde: de persoon wiens overlijden verzekerd is;
3. De begunstigde : de persoon die de opbrengst van de bon (= kapitaal + interesten) ontvangt
op eindvervaldag of bij overlijden van de verzekerde voor de einddatum
De minimuminlage van een verzekeringsbon bedraagt over het algemeen minstens 2500
euro en wordt meestal in één keer betaald. Daarbovenop kan de verzekeringsmaatschappij
in functie van haar resultaten jaarlijks een winstdeelneming uitkeren. Deze deelname in de
winst is niet contractueel vastgelegd.
De verzekeringsbon lijkt op de kasbon aar er is een GROOT verschil op fiscaal vlak. Op de
opbrengst van een verzekeringsbon is onder bepaald evoorwaarden namelijk geen roerende
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kiyanadesmet. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.97. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
64438 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now