100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting S05271 onderzoekspracticum psychologisch experiment $5.99   Add to cart

Summary

Samenvatting S05271 onderzoekspracticum psychologisch experiment

8 reviews
 597 views  13 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van alle readers van onderzoekspracticum psychologisch experiment. Er staan nog wel taalfouten in, ondanks dat is het prima te lezen en te gebruiken.

Last document update: 8 year ago

Preview 5 out of 23  pages

  • April 13, 2016
  • April 26, 2016
  • 23
  • 2015/2016
  • Summary

8  reviews

review-writer-avatar

By: francienheussen • 6 year ago

review-writer-avatar

By: Frances • 7 year ago

review-writer-avatar

By: naomirochtus • 7 year ago

review-writer-avatar

By: martinimslager • 7 year ago

Translated by Google

I have not read it yet

review-writer-avatar

By: meheijer • 7 year ago

review-writer-avatar

By: evelinelanghorst • 8 year ago

review-writer-avatar

By: aliesteensma • 8 year ago

Show more reviews  
avatar-seller

Available practice questions

Flashcards 31 Flashcards
$3.81 6 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Wat doet een onderzoeker als hij een experiment opzet?

Answer: De onderzoeker manipuleert de variabele, waarvan hij veronderstelt dat deze de oorzaak is van de andere variabele.

2.

Hoe wordt de onafhankelijke variabele ook wel genoemd?

Answer: De oorzaakvariabele en het is de gemanipuleerde variabele.

3.

Hoe wordt de effectvariabele ook genoemd?

Answer: De afhankelijke variabele.

4.

Waarom wordt er een experiment opgezet?

Answer: Om het causale of oorzakelijke effect vast te stellen tussen de onafhankelijke en afhankelijke variabelen.

5.

Wat is de experimentele stimulus?

Answer: Dat is de onafhankelijke variabele.

6.

Zijn de gevonden veranderingen altijd toe te schrijven aan de onafhankelijke variabele?

Answer: Nee, dit kan ook het gevolg zijn van externe factoren.

7.

Wat is een controle variabele?

Answer: De controle variabele is een variabele met een constante waarde, bijv. sekse.

8.

Wat is de controlegroep?

Answer: De controlegroep ondergaat dezelfde ervaringen als de andere groepen, maar dan zonder de toevoeging van de experimentele stimulus. Dit wordt ook wel de controleconditie genoemd.

9.

Waarna wordt gezocht bij een experiment?

Answer: Naar de causaliteit of oorzakelijkheid.

10.

Aan welke voorwaarden moet worden voldaan om van een causaal verband te spreken?

Answer: a. Er moet een covariantie of statistisch verband zijn tussen kenmerk X en kenmerk Y. b. De onafhankelijke variabele moet in tijd vooraf zijn gegaan aan de afhankelijke variabele. c. Er moet aangetoond worden dat er geen schijnverband is tussen kenmerk X en kenmerk Y.

S05271: Onderzoekspracticum
psychologisch experiment




Geschreven door: Deborah Vader
Gebaseerd op de theorie bij module S05271
Inhoudsopgave

Onderzoeksmethoden............................................................................................ 4
Een experiment in fundamenteel onderzoek.......................................................4

, Een experiment in praktijkgericht onderzoek......................................................4
Experimenten en quasi-experimenten................................................................4
Inleiding........................................................................................................... 4
De ‘’logica’’ van experimenten........................................................................4
Doel van het experiment.................................................................................. 5
Bij welk type vraagstelling een experiment?....................................................5
Selectie van eenheden..................................................................................... 5
Laboratorium- en veldexperiment....................................................................6
Ontwerpen en uitvoeren van een experiment..................................................6
Quasi-experiment......................................................................................... 6
Pre-experiment............................................................................................. 7
Kwaliteitscriteria bij experimenten...................................................................7
Dataverzameling.............................................................................................. 8
Data-analyse.................................................................................................... 8
Causaliteit in een experimenteel onderzoek..........................................................8
De t-toets, kanskapitalisatie en variantieanalyse: een korte herhaling..................9
De t-toets............................................................................................................ 9
Gepaarde t-toets............................................................................................... 10
Kanskapitalisatie............................................................................................... 10
Variantieanalyse ofwel ANOVA..........................................................................10
Ongerichte en gerichte hypothesen over verschil tussen meer dan twee
groepen............................................................................................................. 11
Geplande contrasten......................................................................................... 11
Post-Hocanalyses.............................................................................................. 12
Covariantieanalyse (ANCOVA).............................................................................. 12
Herhaalde metingen(Repeated Measures)...........................................................13
Interactie-effecten en factoriële ontwerpen.........................................................14
Inleiding............................................................................................................ 14
Eenwegontwerp tegenover factoriële ontwerpen..............................................14
Wat verklaart de verschillen in de afhankelijke variabele? Hoofd- en interactie-
effecten............................................................................................................. 14
Formuleren, toetsen en interpreteren van interactiehypothesen......................15
Cross-over-effecten........................................................................................... 16
Ontwerpen tussen en binnen personen: herhaalde metingen...........................16
Afsluiting........................................................................................................... 16
Factoriële variantieanalyse(Factorial ANOVA).......................................................16
Factoriële variantie analyse (Factorial ANOVA).....................................................17
Factoriële variantieanalyse met herhaalde metingen(mixed Measures)...............18

2
Geschreven door Deborah Vader

,Thema 3............................................................................................................... 19
De invloed van sancties en rechtvaardigheid op regelnaleving op het werk........19
Schaalanalyse en schaalconstructie.....................................................................19
Hercoderen van antwoorden............................................................................. 20
Schaalanalyse met Cronbach’s alpha in SPSS...................................................20
Schaalconstructie in SPSS.............................................................................. 21
Richtlijnen voor rapportage.................................................................................. 21
De structuur van een onderzoeksverslag..........................................................21




3
Geschreven door Deborah Vader

,Onderzoeksmethoden
Een experiment in fundamenteel onderzoek
In de inleiding van het onderzoek komt naar voren wat de aanleiding van het
onderzoek is. Hier wordt ook beschreven waartoe en wat er onderzocht gaat
worden.

Daarna wordt beschreven welke methode er gebruikt wordt. Hierin vertel je als
eerst door wie het onderzoek wordt uitgevoerd. Ook staat er aangegeven waar
dit onderzoek plaatsvindt. Hierna wordt aangegeven bij wie, wie zijn de
proefpersonen, het onderzoek wordt afgenomen. Ook wordt de soort steekproef
vermeld, met de mogelijke beperkingen hiervan.

Daarna wordt uitgebreid verteld hoe het onderzoek plaatsvindt. Ook wordt
verteld waarom er gekozen is voor de aanpak en kort een conclusie. Een tabel
met wat gegevens kan hierbij ook gegeven worden.

Als laatste wordt uitgebreid de resultaten behandeld. Hierin geef je een antwoord
op wat je onderzocht hebt.

Een experiment in praktijkgericht onderzoek
Dit voorbeeld bevat geen tussenkoppen, wel is er door middel van alinea’s
verschil gemaakt in de delen van de tekst. Er wordt begonnen met ‘’wat’’ er
onderzocht wordt. Daarna wordt het ‘’hoe’’ besproken. Hoe is het experiment
opgezet. ‘’Waartoe’’ dit toegepast kan worden is vervolgens aan de beurt,
gevolgd door wanneer en waar het onderzoek plaatsvindt. Hierna komt een
resultaat naar aanleiding van wat er gedaan is.
Hierna volgt weer een ‘wat’. Aangezien ze eerst 1 aspect van het gehele
onderzoek hebben behandeld. Waarna het rapport afgesloten wordt met
aanbevelingen. Hierin wordt ook nog verwezen naar een aantal artikelen.

Experimenten en quasi-experimenten
Inleiding
In dit hoofdstuk wordt behandeld wat er allemaal kijken komt bij een experiment.
Een onderzoeksstrategie geeft richting aan de concrete stappen die ondernomen
moeten worden om uiteindelijk te komen tot het ‘produceren’ van
onderzoeksgegevens. Een experiment is zo’n strategie.
Bij een (zuiver) experiment moet de onderzoeker systematisch variatie kunnen
aanbrengen in een onafhankelijke variabele of oorzaakvariabele. De onderzoeker
manipuleert de variabele waarvan hij veronderstelt dat deze de oorzaak is van de
andere variabele.
Gemanipuleerde variabele= onafhankelijke variabele
Effect variabele = afhankelijke variabele.
Naast de bovenstaande begrippen is er nog veel meer nodig om een zuiver
experiment op te zetten.

De ‘’logica’’ van experimenten
Experimenteren is te omschrijven als een gecontroleerde methode van
waarneming waarbij de waarde van een of meer onafhankelijke variabelen
worden gemanipuleerd met het oogmerk het causale of oorzakelijke effect
daarvan vast te stellen op een of meer afhankelijke variabelen.


4
Geschreven door Deborah Vader

, Bij experimenteel onderzoek gaat het om een door de onderzoeker gecreëerde
situatie, die een min of meer kunstmatig karakter heeft. Daarin heeft de
onderzoeker controle over wie er deelnemen aan het experiment, wat er precies
gebeurt tijdens het experiment en onder welke omstandigheden dat gebeurt.
Experimentele stimulus= onafhankelijke variabele
Experimentele groep = de categorie personen aan wie de experimentele stimulus
wordt toegevoegd. Deze bevinden zich in de experimentele conditie.
De volgende symbolen worden gebruikt voor het weergeven van een experiment:
O= Oberservation
X= Het ondergaan van de experimentele stimulus
t= tijdstip. Hierbij kan t1 voormeting en t2 nameting zijn.

Een verandering die ontdekt wordt kan ook het gevolg zijn van externe factoren,
in plaats van de experimentele stimulus. In ieder experiment komen externe
factoren voor, daarom wordt er gebruik gemaakt van controlevariabelen en
controlegroepen.
Een controle variabele is een variabele waarvan de waarde constant is tijdens het
gehele experiment, bijvoorbeeld sekse.
Een controlegroep is een groep proefpersonen die dezelfde ervaringen ondergaan
als de personen in de experimentele conditie, maar zij krijgen niet de
experimentele stimulus toegediend. Dit is de controleconditie.
De controlegroep zorgt voor de grondlijn. De grondlijn is de basis, geen verschil
tussen voor en nameting.

Doel van het experiment
Meestal is het bij het opzetten van een experiment dat je een of meer causale
hypothesen toetst. In praktijkgericht onderzoek is het achterliggende doel bij het
opzetten van een experimenteel onderzoek het nagaan of evalueren of een
bepaalde ingreep het beoogde effect heeft gesorteerd.
Om een doelstelling te kunnen realiseren, moet in sommige gevallen aan
bepaalde toetsingsvoorwaarden worden voldaan
Bij experimenten wordt gezocht naar causaliteit. Om van een causaal verband
tussen twee kenmerken te spreken, moet aan drie voorwaarden worden voldaan:
a. Er moet een covariantie of statistisch verband zijn tussen kenmerk X en
kenmerk Y;
b. De variabele die je als veroorzakende onafhankelijke variabele
beschouwt(kenmerk X) moet in de tijd voorafgaan aan de afhankelijke
variabele(kenmerk Y);
c. Aangetoond moet worden dat tussen kenmerk X en kenmerk Y geen sprake
is van schijnbaar causaal verband.

Bij welk type vraagstelling een experiment?
Uit het doel van een experiment valt te halen of een experiment een adequate
onderzoeksstrategie is. het gaat hier om vragen naar een causaal verband tussen
2 (of meer) kenmerken. De vraagstellingen laten dit verband ook zien.

Selectie van eenheden
Deelnemers aan een experiment worden proefpersonen genoemd. Dit zijn
onderzoekseenheden, dit hoeven niet altijd mensen te zijn. Het is niet altijd
mogelijk om op toeval basis de onderzoekseenheden te selecteren.



5
Geschreven door Deborah Vader

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Deborahs. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.99. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75759 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.99  13x  sold
  • (8)
  Add to cart