Samenvatting Uitwerking van de leerdoelen van Meten en Diagnostiek 2
21 views 2 purchases
Course
Meten en Diagnostiek 2 (P_BMETDIA_2)
Institution
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
Dit bestand is een uitwerking van de leerdoelen van het vak Meten & Diagnostiek 2 voor Psychologie en Pedagogische wetenschappen. De samenvatting is gebaseerd op de hoorcolleges en de verplichte literatuur voor het vak.
Meten en Diagnostiek 2 (P_BMETDIA_2)
All documents for this subject (26)
Seller
Follow
S7VYN7
Reviews received
Content preview
Meten en diagnostiek 2
Uitwerking van de leerdoelen
Week Onderwerpen Literatuur
1 Psychometrie Furr hoofdstuk 1, 2 en 3
2 Logistische regressie, conditionele kansen en Furr hoofdstuk 4 over
testdimensionaliteit. dimensionaliteit en
exploratieve factoranalyse.
3 Confirmatieve factoranalyse (CFA) en Exploratieve Furr hoofdstuk 8 en & t/m 273
factoranalyse (EFA) over validiteit en
responsebias.
4 Methoden om validiteit van testen te evalueren, Furr hoofdstuk 9 vanaf 273
factoren die van invloed zijn op over validiteit en hoofdstuk 10
validiteitscoëfficiënten en soorten biasses.
5 Constructie- en Predictiebias Furr hoofdstuk 11
6 Item response theorie (IRT) Furr hoofdstuk 14
, Leerdoelen week 1:
Statistiek en Psychometrie
1. Verschillende basisstatistieken (zoals gemiddelde, correlatie,
covariantie, standaarddeviatie, variantie, z-score en conditionele
kans kunnen interpreteren en weten hoe en wanneer deze
kunnen worden toegepast.
Correlatie: correlaties geven de sterkte tussen de associatie van X en Y aan in 1 getal, maar
het maakt het niet mogelijk om Y te voorspellen. De correlatie kan tussen -1 en 1 zitten,
waarbij 0 betekent dat de variabelen niet gerelateerd zijn. Er zijn 4 verschillende
voorbeelden van correlaties:
1. positief sterk
2. positief zwak
3. negatief sterk
4. negatief zwak
Covariantie: de covariantie drukt de lineaire relatie uit tussen de variabelen (X en Y) op de
originele schalen van de variabelen. We standaardiseren de covariantie door het te delen
door het product van de standaarddeviaties om zo tot de correlatiecoëfficiënt r te komen.
Standaarddeviatie: het geeft de mate van spreiding aan in een data, oftewel hoeveel de
geobserveerde waardes afwijken van het gemiddelde.
Variantie: variantie is een maat voor de spreiding van waarden en geeft dus de mate aan
waarin de waarden onderling verschillen. Hoe hoger de variantie (y-pred) in verhouding
tot de variantie (residu), hoe beter de voorspelling uit het lineaire regressiemodel.
Z-score: een z-score geeft aan hoeveel standaarddeviaties een observatie van het
gemiddelde af zit.
● Z-scores hebben een gemiddelde van 0 en een standaarddeviatie van 1.
Conditionele kans: de kans op een score van Y gegeven de score van X
De notatie is: P (Y | X) → de kans op Y als X
1
, 2. Weten wat psychometrie is, hoe het is ontstaan en wat in de
psychometrie de rollen zijn van theorie, causaliteit en statistiek.
Psychometrie: wetenschap van de eigenschappen van psychologische tests waarbij we
psychologische variabelen meten (ook wel latente variabelen genoemd = niet direct
observeerbaar). Binnen de psychometrie zijn 3 dingen belangrijk:
1. soort info dat wordt gegenereerd door de psychologische tests.
2. betrouwbaarheid van de gegevens van de psychologische tests
3. validiteit van de gegevens van de psychologische tests
In de psychometrie heb je slechts latente variabelen en de meting van observeerbaar
gedrag. Die zijn niet direct aan elkaar te linken. Voor die link heb je de onderstaande
dingen nodig:
● psychologische theorie
● causaliteit
● statistiek
● een grafische weergave (bijvoorbeeld: een paddiagram die de relatie tussen
observeerbare variabelen en latente psychologische variabelen weergeven).
Theorie
Binnen de psychometrie beginnen we altijd met de theorie wanneer we iets willen
onderzoeken. Om een theorie te kunnen vormen is het belangrijk om na te gaan wat de
belangrijke kenmerken van een bepaald construct zijn. De psychologische theorie is het
startpunt van een vragenlijst.
Bijvoorbeeld: Als je weet wat de belangrijke kenmerken van ADHD (theorie) zijn, kun je er items op
verzinnen.
Causaliteit
Binnen de psychometrie is het belangrijk dat er sprake is van causaliteit, omdat we ervan
uit gaan dat de geobserveerde variabelen causaal afhankelijk zijn van de latente
variabelen. Je positie op een latente variabele, bepaalt hoe je scoort op een item.
Bijvoorbeeld: Als we weten dat ADHD leidt tot onrustig gedrag en concentratieproblemen, kunnen
we met de test concluderen dat als iemand hoog scoort op de items ‘onrustig gedrag’ en
‘concentratieproblemen’ dat er daadwerkelijk sprake is van ADHD.
Statistiek
In de psychometrie speelt statistiek een belangrijke rol. Door middel van statistiek kun je
individuele verschillen in itemresponses analyseren.
● Als je kijkt naar de individuele verschillen in latente variabelen, kijk je naar het
gemiddelde, de variantie en de standaarddeviatie.
● Als je kijkt naar individuele verschillen in geobserveerde variabelen, kijk je naar
variantie, standaarddeviatie en gemiddelde kans (probability).
Ook wordt het gebruikt om de relatie tussen latente en geobserveerde variabelen te
meten. Dit kan aan de hand van 2 statistische modellen:
● Lineaire regressie: wordt gebruikt om een link te maken tussen de latente en
geobserveerde variabele.
○ Y is continu verdeeld
● Logistische regressie: wordt gebruikt om een dichotome uitkomstvariabele te
relateren aan 1 of meerdere predictoren.
○ Y is binair of dichotoom (oftewel 0/1 gescoord).
2
, Aan de hand van de Pearson r’s Correlatiecoëfficiënt kun je de lineaire samenhang
tussen 2 of meer variabelen/items berekenen. Wanneer de lijn omhoog loopt is er sprake
van een positieve correlatie, wanneer de lijn naar beneden loopt is er sprake van een
negatieve correlatiecoëfficiënt.
3. Begrijpen wat een latente variabele is, welke specifieke
complicaties zich voordoen bij het meten van latente
variabelen in vergelijking met niet-latente variabelen.
Latente variabelen zijn variabelen die niet direct observeerbaar zijn. Je kunt bijvoorbeeld
niet direct aan iemand zien of hij extravert/depressief is, daarvoor dienen er
psychologische tests gedaan te worden.
Latente variabelen zijn moeilijk waar te nemen, omdat zij niet direct observeerbaar zijn. Er
dienen dus aan de hand van diverse theorieën gevonden te worden die mogelijk het
construct (latente variabele) in kaart brengen. Toch kan dit leiden tot diverse complicaties
die mogelijk schadelijk kunnen zijn in het geval dat de items geen goede weergave zijn
van de te meten latente factor.
4. De definities van een psychologische test en van verschillende
specifieke typen tests kennen.
Psychologische tests zijn systematische procedures om het gedrag van 2 of meer
individuen te vergelijken. De tests vergelijken 2 verschillen:
1. Interindividuele verschillen: gedrag van verschillende mensen
2. Intra-individuele verschillen: gedrag van dezelfde personen op verschillende
tijden of onder verschillende omstandigheden.
Er zijn verschillende soorten psychologische tests:
1. Criterium gerefereerde tests: test die wordt gebruikt om het vaardigheidsniveau
van een persoon te bepalen. Er is een vooraf bepaalde cut-off score om mensen
onder te verdelen in een groep die het criterium overschrijdt en de andere groep
die dat niet doet.
2. Norm-gerefereerde tests: test die wordt gebruikt om te kijken hoe een persoon
zich verhoudt tot andere mensen. De testscore wordt vergeleken met de
gemiddelde testscore van de steekproef.
Een norm gerefereerde test is van weinig waarde als de referentiesteekproef niet
representatief is voor de populatie.
3. Snelheidstests: tests waarbij men het aantal beantwoorde vragen in een
toegewezen periode telt.
4. Vermogenstests: test waarbij men het aantal juiste antwoorden op een test telt
zonder het stellen van een tijdslimiet.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller S7VYN7. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.62. You're not tied to anything after your purchase.