Leren en leerprocessen
Leren?
Stelt organisme in staat te overleven (fysiek en emotioneel)
o welke signalen ‘gevaar’ en welke ‘veiligheid’ inhouden voorspellen
Biedt de mogelijkheden om de omgeving beter te kennen en te controleren
o Hoe de omgeving beter kan worden beheerst
We leren wanneer specifieke ervaringen:
o Nieuwe, min of meer duurzame gedragingen of attitudes en gedragstendenties tot
stand brengen (feitelijke veranderingen)
o Of ten minste het vermogen daartoe creëren (potentie daartoe)
Er kunnen nieuwe associaties gevormd worden (leren) waardoor men zich anders kan
gedragen zonder dat dit geleerde onmiddellijk tot uiting (gedrag) moet komen
Leren en gedragspsychologie
Gedragspsychologie = leertheorie, studie van het leervermogen, vermogen gedrag aan te passen op
basis van vroegere ervaringen
Leren = relatief permanente verandering in gedrag of kennis gevolge van ervaring, proces van leren
niet rechtstreeks observeerbaar maar kan afgeleid worden uit het gedrag en de veranderingen daarin
Situering Gedragspsychologie
Vóór 1930: psychoanalyse patiënten met probleem proberen begrijpen vanuit
persoonlijkheid, interne factoren
1930 – 1950: ‘behavioristen’ ‘studie van het gedrag’
- Enkel uiterlijk waarneembaar gedrag bestuderen enige objectief observeerbare
dat kan gemeten worden
- Centraal: objectiviteit en toetsbaarheid van hypothesen; vooral via dierexperimenten
- Verwerpen studie van de geest, van mentale processen niet geschikt voor
wetenschappelijk OZ (ontkennen niet bestaan van mentale processen!)
- Geen onderscheid persoonlijkheid en gedrag persoon kan best beschreven
worden in termen van zijn gedrag (vb. assertief persoon) leertheorie ook
persoonlijkheidstheorie
Basis gedragspsychologie
Uitgangspunt leertheorieën: leerprocessen = belangrijkste gedragsdeterminant
o Doel: wetten ontdekken die aanleren of stoppen van gedrag beheersen zo
handelen van mensen voorspellen en stimuleren
Essentie: Situaties (S of Stimuli)/antedecente factoren lokken Gedrag (R of response) uit
op gedrag volgen consequente factoren (C of consequenten) die mee bepalen of aanwezig
gedrag in stand blijft S R C
, Medische psychologie – De mens als individu
Leerparadigma’s
Leertheorie tracht beschrijving te geven van de verschillende leerprocessen die het gedrag
vormen en bepalen
4 leerparadigma’s: verschillen van elkaar met betrekking tot wat er wordt geleerd en de wijze
waarop geleerd wordt
o Niet-contingente prikkelaanbieding
o Klassieke conditionering
o Operante conditionering
o Modeling
Niet-contingente prikkelaanbieding
Subject krijgt verschillende keren dezelfde prikkel aangeboden
Niet-contingent: het aanbieden vd prikkels is niet contingent (staat los van) de aanwezigheid
van andere gebeurtenissen (prikkels of gedragingen) (tegengesteld aan klassieke en operante
conditionering)
2 gevolgen:
o Sensitisatie: de oorspronkelijke reactie neemt toe
- Kimble: OZ bij kikkers
- Organisme leert aan bepaalde stimuli meer waarde te geven
o Habituatie: herhaalde stimulatie met dezelfde stimulus geeft afname van de
oorspronkelijke reactie
- Bv luide knal 1ste maal horen vs luide knal meermaals horen 1ste reactie
‘startle respons’
Habituatie & Psychologische gevolgen
Wanneer men een proefdier blootstelt aan een beperkt aantal schokken waaraan niet te ontkomen
valt en vervolgens het in een conditie brengt waarin het wel de schokken kan vermijden, zal het
minder gemakkelijk leren om deze schokken te vermijden in geval van wanneer men niet die eerste
conditie heeft gehad
aangeleerde hulpeloosheid “er is niets aan te doen”
Indien men hetzelfde doet maar in de eerste fase de schokken opdrijft qua intensiteit, duur of
frequentie, zal het dier zich zelfs gedragen alsof het er niet meer wordt door geraakt:
“voorbehandeling” met een aantal erge schokken maakt ratten vrij ongevoelig om te zwemmen in
erg koud water
er ontwikkelt zich een soort ongevoeligheid
Toepassingen bij psychologische interventies
• Sportpsychologie: atleten krijgen vaak zware trainingen om de inspanningen van de echte
wedstrijden beter aan te kunnen
• Rehabilitatie: ontspoorde jongeren moeten tijdens survival tochten ontberingen het hoofd
bieden om zo meer bestand te raken tegen tegenslagen in het dagelijkse leven
Sensitisatie & Psychologische gevolgen
Bepaalde (neutrale) stimuli vreest men gemakkelijker en langer dan andere (spinnen en slangen-
fobie) in tegenstelling met keukentrapjes & strijkbouten (nochtans meer accidenten)
‘onverklaarbare lichamelijke aandoeningen’ zoals fibromyalgie, lage rugpijn, functionele gastro-
intestinale stoornissen: overmatige gevoeligheid voor interne prikkels
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller geneeskundestudent03. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.85. You're not tied to anything after your purchase.