100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Context 2: Politiek en actualiteit $7.52
Add to cart

Summary

Samenvatting Context 2: Politiek en actualiteit

 10 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Het is een samenvatting van de lessen van Context 2: Politiek en actualiteit + de antwoorden van de zelfstudies.

Preview 4 out of 42  pages

  • January 15, 2023
  • 42
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Context 2: Politiek en actualiteit

2022 – 2023




Flore Vandeweghe

,1. Gastles: De vrijheid van meningsuiting

1. Het ontstaan van de vrijheid van meningsuiting: Het Verlichtingsdenken.

Vrijheid van meningsuiting is ontstaan met het Verlichtingsdenken. Het Verlichtingsdenken is ontstaan in
Engeland en Frankrijk. In Engeland al midden de 17de eeuw en in Frankrijk midden de 18de eeuw.

Het was een reactie op de periode daarvoor. In de periode daarvoor (Ancien Regime) toen werden er
mensen opgepakt en gevangengezet wanneer ze vrij hun mening uitten. Er waren toen al mensen (vooral
de burgerij) die kritiek hadden op de Katholieke Kerk en de staat, vooral op de vorsten. De vorsten
(koningen) waren toen de werkelijke staatsleiders. Een aantal denkers, filosofen, critici (vooral uit de
burgerij) hadden kritiek op de politiek van de Kerk en de vorsten. Wanneer ze die kritiek uitten, werden ze
opgepakt en opgesloten in de gevangenis. Daarom waren dit donkere periodes voor degene die hun
mening wouden uiten.

Reactie  Verlichtingsdenken, die ervan uitgaat dat we de burger, het individu moeten verlichten. De
cruciale eis: individuele vrijheid (= het natuurlijke recht op individuele vrijheid). Hieruit andere rechten
voortgevloeid, zoals vrije meningsuiting, de vrijheid van godsdienst en de persvrijheid.

2. Het beschermen en het waarborgen van de vrijheid van meningsuiting: Het Grondwettelijk Hof.

1831  In België is men het eens om de vrijheden in te voeren. Indien we die vrijheden toekennen, hoe
kunnen we deze beschermen en waarborgen? Ze hebben deze vrijheden in een Grondwet (= basisideologie
van een staat) gezet. In de Belgische Grondwet staan ongeveer een kleine 200 artikelen, 3  vrijheid van
meningsuiting, godsdienstvrijheid, persvrijheid (= klassieke grondwetten). Van zodra die grondrechten in
de Grondwet staan, dan kan men maar moeilijk de Grondwet veranderen/verwijderen. Een grondrecht
moet door iedereen nageleefd worden.

Er is een Grondwettelijk Hof opgesteld In België om de Grondwet te waarborgen. Er zijn 12 rechters (6
gewezen politici en 6 juristen) die waken over de toepassing van de Grondwet. Daar kan je klacht indienen.

Alle regels van de staat kunnen ook getoetst worden aan de Grondwet door het Grondwettelijk Hof.

3. De doelstellingen van de vrijheid van meningsuiting:

Vrijheid van meningsuiting is een waarborg voor democratie
 Pluralisme is één van de belangrijkste kenmerken van de democratie: meerdere opinies zijn
toegelaten in de maatschappij. Dit kan enkel toegepast worden indien men voldoende
verdraagzaam is tegenover andere meningen.

Vrijheid van meningsuiting draagt bij tot de ontplooiing van het individu
 Omdat je deelneemt aan debatten en je eigen mening verwoordt, moet je zelf nadenken welke
gedachten je zal formuleren en deze uitwisselen met anderen.

Vrijheid van meningsuiting draagt bij tot het achterhalen van de waarheid
 Fact-checking: de gegevens die anderen meedelen ga je achterhalen en toetsen aan de waarheid.
 Aan de hand van confrontatie van ideeën kan je de waarheid benaderen (dialectiek).

Vrijheid van meningsuiting draagt bij tot het uitdrukken van gevaarlijke, foutieve opinies
 Indien je die mening onderdrukt, ontstaat er bij een deel van de bevolking frustraties die ze niet
kunnen uiten, wat kan escaleren tot gewelddadig gedrag, gevaarlijk stemgedrag…

,4. De toepassing van de vrijheid van meningsuiting:

a) 19de eeuw
De vrijheid van meningsuiting werd quasi absoluut toegepast. Dit is gelijkaardig aan de situatie in de VS
vandaag. Je mag alles zeggen, beweren, tot alles oproepen via het woord (oproepen tot discriminatie, haat,
geweld t.o.v. andere mensen).

Voorbeeld
De katholieken uit Gent organiseerden een bedevaart naar Oostakker. De liberale krant, daar riep een
redacteur op om de katholieken met stenen te bekogelen wanneer ze terugkwamen van hun bedevaart.

1 beperking: majesteitsschennis (de koning beledigen). Een Italiaanse anarchist: mislukte moordaanslag op
koning. Edward Ansele: socialistische krant  Hij vindt het jammer dat het mislukt is. 8 dagen in de
gevangenis.

b) Interbellum
Interbellum = periode tussen beide Wereldoorlogen. Vooral focussen op jaren 1930, want veel
vergelijkingen met vandaag. 1 van de vergelijkingen: sterke populariteit van radicaal rechts. Toen = de
fascisten, vooral in Italië. Duitsland = de Nazi’s. Extreemrechts behaalde overal in Europa successen.
Hetzelfde gold in mindere mate voor de communisten. Rusland  communistisch. In een groot aantal
landen (3/4) werd de democratie zo goed als afgeschaft. Er ontstonden regeringen die bestonden uit
radicaal rechtse of radicaal linkse partijen. Die regeringen hebben vrijheid van meningsuiting afgeschaft of
toch sterk beperkt. Ook afschaffing van individuele vrijheid. Politieke tegenstanders van de regeringen
werden ook opgepakt, opgesloten en ook vaak vermoord.

Er waren andere landen (1/4) waaronder België, waar de democratie wel standhield. Ze werd wel sterk
onder druk gezet, ook door extreemrechts en in mindere mate door extreem-links. Een aantal
extreemrechtse partijen namen kenmerken van de Nazi’s over en werden antisemitisch (= Jodenhaat).
Men pleegde in België dus ook geweld t.o.v. Joden nog voor de Tweede Wereldoorlog.

c) Na WOII
Een aantal landen wouden vermijden dat wat tijdens de Tweede Wereldoorlog gebeurde, zich herhaalde.
Vandaar ook de oprichting (gaandeweg) van de Europese Unie. Door het 1 maken van Europa, wou men
streven naar vrede en her opstanding van democratie. Vandaar dat in 1948 het Europees Verdrag van de
Rechten van de Mens werd opgesteld. Er komt ook een Europees Hof van de Rechten van de Mens 
rechtbank die waakt over het verdrag. Hierin staat uiteraard ook de vrijheid van meningsuiting.

5. De beperkingen op de vrijheid van meningsuiting:

a) De antiracismewet van 1981

 Aanleiding: de migratiestromen en de economische crises vanaf 1974

Eind jaren 1950, begin jaren 1960 zijn er nieuwe migratiestromen in België. Het zijn groepen,
mannen uit vooral Marokko en Turkije die hier komen werken. Ook mannen uit Algerije en
Tunesië. Ze kwamen hier werken op vraag van de Belgische Staat. Ze kwamen werken in de
mijnen en vervuilde fabrieken, omdat Belgen dit niet wouden doen. Jongeren gingen ook meer
naar school dan vroeger en gingen daarna voor andere beroepen.

Het waren eerst mannen en ze woonden in barakken. Ze werden gastarbeiders genoemd, omdat
ze gezien werden als gasten die na een tijdje weer zouden terugkeren. Dit deden ze echter niet.

, Hun familie kwam zelfs naar hier. Ze gingen ook in bepaalde wijken wonen in de steden. De
huizen waren er ook vaak goedkoper en er leefden ook minder geschoolde arbeiders uit België.
De migrantengemeenschap behoorde tot de lagere klasse.

De volgende decennia, heeft de overheid niets ondernomen om die mensen te integreren. Er
was een desinteresse voor die groep.

Midden jaren 1970 neemt het racisme toe ten aanzien van die groepen mensen. Ze mochten
bijvoorbeeld niet binnen in veel dancings. Aangezien er geen beperking was van vrijheid van
meningsuiting kon men gelijk welke mening uiten.

Er zijn samenlevingsproblemen, ook door de economische crisis. De Arabische landen (OPEC-
landen) draaidden in 1974 de oliekranen dicht. Ze weigerden om olie uit te voeren naar de West-
Europese landen. De prijzen voor de verwarming en benzine gingen enorm de lucht in. De West-
Europese landen kregen ook steeds meer concurrentie van landen zoals Japan, Singapore… in de
jaren 80. De Europese markt werd onder druk gezet en steeds meer fabrieken moesten sluiten
of verhuisden naar het buitenland. Er ontstond werkloosheid en economische crisis.

Er kwam meer en meer racisme uit jaloezie, omdat de Belgen een lager loon kregen, geen mooie
huizen of auto’s meer hadden…

 De inhoud en de toepassing van de antiracismewet van 1981

Dit was een beperking van de vrijheid van meningsuiting met als doel de democratie te
bewaken. Aanzetting tot discriminatie, haat en geweld was verboden t.o.v. een groep of leden
van een groep die behoorde tot een bepaald ras, nationale afstamming of huidskleur. Dat werd
verboden voor alles wat op schrift stond.

Straffen: 8 dagen – 1 jaar gevangenisstraf en een kleine boete. Zeer mild dus. De wet werd ook
niet of nauwelijks toegepast, men kreeg zo goed als nooit straf.

Er werden wel af en toe klachten ingediend bij de rechtbank, maar in 90% van die gevallen
werden die klachten geseponeerd. Dit gebeurde door de politiedienst. Kwam er dan toch een
klacht voor de rechtbank, dan werd men in 75% van de gevallen vrijgesproken.

b) De negationismewet van 1994

 Aanleiding: de doorbraak van de extreemrechtse partij het Vlaams Blok

In die periode ontstaat en groeit er een partij die in haar programma discriminerende
maatregelen opneemt tegenover migranten en die banden onderhoudt met gewelddadige
organisaties en die ook racistische uitingen verwoordt  Vlaams Blok. Een aantal mensen die
actief waren in die partij, ontkenden ook de holocaust. Dit gebeurde ook in andere landen 
opkomst van neonazi’s (= groepen die racisme verheerlijken en de visie van de nazi’s
overnemen).

Ook moet de vrouw volgens hen terug thuisblijven en veel kinderen krijgen en ze zijn tegen de
holebi gemeenschap. Dit omdat het land sterk moet staan en dus over een grote, blanke
bevolking moet beschikken. Daarom moeten er veel kinderen komen en de holebi gemeenschap
kan dit niet. Slogan Vlaams Blok : “Eigen volk eerst”.

70 programmapunten waaronder:

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller florevandeweghe. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.52. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.52
  • (0)
Add to cart
Added