100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting privaatrecht $4.85
Add to cart

Summary

Samenvatting privaatrecht

 33 views  7 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting privaatrecht M7. Een samenvatting van grondslagen vermogensrecht (11e druk) en de grondslagen van het vermogens- en ondernemingsrecht deel 2 ondernemingsrecht. De volgende hoofdstukken worden behandeld: Vanuit grondslagen vermogensrecht hoofdstuk 2, hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4. Van...

[Show more]

Preview 4 out of 31  pages

  • No
  • Hoofdstuk 2, hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4
  • January 15, 2023
  • 31
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting privaatrecht




Inhoudsopgave
Hoofdstuk 2 – Vermogensrecht algemeen..................................................................................................2
2.1 – Vermogen.......................................................................................................................................2
2.2 – Registergoed en niet-registergoederen..........................................................................................3
2.3 – Onderscheid van vermogen............................................................................................................3
2.4 – conflicterende rechten....................................................................................................................4
Hoofdstuk 3 – Overdracht...........................................................................................................................5
3.1 – Verkrijging onder algemene titel en bijzondere titel.......................................................................5
3.2 – Vereisten voor een geldige overdracht...........................................................................................5
3.3 – Derdenbescherming........................................................................................................................8
3.4 – Overzicht van wijzen van levering en derdenbescherming...........................................................10
Hoofdstuk 4 – Pand en hypotheek.............................................................................................................11
4.1 – Pand..............................................................................................................................................11
4.2 - Hypotheek.....................................................................................................................................12

,Hoofdstuk 6 – Faillissementsrecht en surseance van betaling...................................................................14
6.1 Wat is een faillissement?.................................................................................................................14
6.2 – Faillissementsaanvraag.................................................................................................................15
6.3 – Twee fases in het faillissement.....................................................................................................16
6.4 Schuldeisers met een bijzondere positie.........................................................................................18
6.5 – Concurrente en postconcurrente schuldeisers.............................................................................19
6.6 – Wederkerige overeenkomsten.....................................................................................................19
6.7 – Rangorde van schuldeisers............................................................................................................19
6.8 – Actio Pauliana...............................................................................................................................20
6.9 – Einde van het faillissement...........................................................................................................20
6.10 – Surseance van betaling...............................................................................................................20
6.11 – Schuldsaneringsregeling natuurlijke persoon.............................................................................21
Hoofdstuk 7 – Burgerlijk procesrecht........................................................................................................23
7.1 – Waarom gaat iemand procederen?..............................................................................................23
7.2 – Hoofdbeginselen van procesrecht................................................................................................23
7.3 – Competentie van de rechter.........................................................................................................26
7.4 – Eigenlijke en oneigenlijke rechtspraak..........................................................................................26
7.5 – Procedure.....................................................................................................................................27
7.6 – Vonnis...........................................................................................................................................27
7.7 – Bewijs............................................................................................................................................28
7.8 – Rechtsmiddelen............................................................................................................................29
7.9 – Executie- en beslagrecht...............................................................................................................29
7.10 – Bijzondere procedures................................................................................................................30

Hoofdstuk 2 – Vermogensrecht algemeen
2.1 – Vermogen
Een vermogen wordt gevormd door de bezittingen en de schulden die een persoon op een bepaald
moment heeft, de wet geeft hiervoor geen definitie. Goederen (art. 3:1 BW) zijn:
- Alle zaken (stoffelijke voorwerpen) zoals een huis, auto of laptop
- Alle (subjectieve) vermogensrechten, zoals het recht op een betaling.

De bepalingen uit boek 3 en 5 van het Burgerlijk Wetboek zijn goederenrechtelijk van aard.
Rechtsverhoudingen op goederen hebben betrekkingen op boek 3 en rechtsbetrekkingen die betrekking
hebben op zaken zijn geregeld in boek 5.

Zaken zijn de voor de menselijke beheersing vatbare stoffelijke voorwerpen (art. 3:2 BW), dieren vallen
hier ook onder. Daarbij moeten wel op de wettelijke voorschriften en het ongeschreven recht gegronde

2

,beperkingen, verplichtingen en rechtsbeginselen in acht genomen worden, alsmede de openbare orde
en de goede zeden (art. 3:2a BW).

Zaken zijn onroerend of roerend (art. 3:3 BW). Onroerend zijn de grond en alles wat hierop of hierin
wordt gebouwd. Roerend is alles wat hier niet onder valt (art. 3:3 lid 2 BW).

Tot een zaak behoort:
- Al datgene wat volgens de verkeersopvatting een onderdeel van een zaak uitmaakt
- Datgene wat zo hecht met de hoofdzaak is verbonden, dat het zonder beschadiging niet kan
worden verwijderd (eenheidsbeginsel).
De onderdelen van een bepaalde zaak vormen de bestanddelen (art. 4:3 lid 1 en 2 BW).

Voor zover de wet niet anders bepaalt, is de eigenaar van een zaak ook de eigenaar van al haar
bestanddelen (art. 5:3 BW).

Het verschijnsel dat een bepaalde zaak één geheel gaat vormen met een andere zaak noemen we
natrekking.

Vermogensrechten zijn rechten die:
- Overdraagbaar zijn
- Ertoe strekken de rechthebbende stoffelijk voordeel te verschaffen
- Verkregen zijn in ruil voor verstrekt of in het vooruitzicht gestelde stoffelijke voordeel (art. 3:6
BW).

Lidmaatschap is hierbij een uitzondering (art. 2:34 lid 1 BW) en een niet-overdraagbaar vermogensrecht
is het recht van gebruik en bewoning (art. 3:226 lid 4 BW).


2.2 – Registergoed en niet-registergoederen
Registergoederen zijn goederen waarvoor inschrijving in de openbare registers noodzakelijk is (art. 3:10
BW). Registergoederen zijn:
- Alle onroerende zaken (art. 3:89 BW)
- Sommige roerende zaken (art. 8:199 BW)
- Sommige vermogensrechten, zoals erfpachtrecht (art. 5:85 BW)
Alle andere goederen zijn automatisch niet-roerende goederen.

2.3 – Onderscheid van vermogen
Al naargelang de vraag ten opzichte van wie je je vermogensrecht kunt uitoefenen en of het betreffende
recht al dan niet op een zaak rust, kunnen worden onderscheiden in:
- Absolute en relatieve rechten
- Zakelijke en persoonlijke rechten

Absolute rechten zijn rechten die een rechtssubject kan uitoefenen tegenover iedereen. Absolute
rechten die op zaken rusten, worden zakelijke rechten genoemd. Het eigendomsrecht is een absoluut
recht.




3

, Absolute rechten kunnen eveneens rusten op de zogenoemde voortbrengselen van geest (auteursrecht
en octrooirecht).

Absolute rechten hebben drie kenmerken:
1. Exclusiviteit
2. Zaaksgevolg
3. Gesloten systeem

Relatieve rechten kan een rechtssubject tegenover één persoon uitoefenen, dit noemen wij ook wel
persoonlijke rechten. Dit recht ontstaat uit een verbintenis. Relatieve of persoonlijke rechten worden
ook wel vorderingsrechten genoemd.

Zakelijke recht is een absoluut recht op een zaak (eigendomsrecht), een persoonlijk recht is een recht dat
iemand kan handhaven tegenover een bepaald persoon.

Een beperkt recht is evenals een eigendomsrecht een absoluut recht. Beperkte rechten geven slechts
recht op een gedeelte van een recht (een genot of zekerheid). Daarnaast zijn er beperkte rechten die
dienen tot zekerheid voor de voldoening van een bepaalde vordering, meestal uit geldleen, dit wordt
ook wel zekerheidsrecht genoemd. Volgens de wet is een beperkt recht een recht afgeleid uit een
meeromvattend recht, het welk met het beperkte recht is bezwaard (art. 3:8 BW). Er zijn dus twee
soorten beperkte rechten:
- Genots- of gebruiksrechten (art. 3:201 BW, art. 5:101 BW, art. 5:101 BW en 5:106 BW).
- Zekerheidsrechten (3.227 BW)

Beperkte rechten zijn absolute en meestal ook zakelijke rechten. Uitzonering vormen het recht van
vruchtgebruik, pand en hypotheek, deze zijn gevestigd op het vermogen, dit zijn absolute niet-zakelijke
rechten.

Een afhankelijk of accessoir recht is een recht dat zodanig aan een ander recht verbonden is, dat het niet
zonder dat recht kan bestaan (art. 3:7 BW). Hierbij zijn er twee soorten te onderscheiden:
1. Persoonlijke zekerheid: de schuldeiser kan behalve de schuldenaar nog iemand anders
aanspreken (art. 7:850 BW en art. 6:7 BW).
2. Goederenrechtelijke zekerheid: de schuldeiser krijgt voorrang boven de andere schuldeisers
(art. 7:851 BW).

Een afhankelijk recht gaat automatisch mee naar de nieuwe rechthebbende (art. 3:82 BW).

2.4 – conflicterende rechten
Soms rusten er meerdere rechten op hetzelfde goed. Bij beperkte rechten en vorderingsrechten vormt
dit een probleem. De rangorde van de ingeschreven rechten wordt bepaald door de datum van
inschrijving van het register, tenzij uit de wet anders voortvloeit (art. 3:21 lid 1 BW). Het oudste recht
gaat voor, dit noemen we het prioriteitsbeginsel.

Als beide akten op dezelfde tijdstip en plaats zijn ingeschreven, geldt het moment van opmaking van de
akten (art. 3:21 lid 2 BW). Als beide akten op dezelfde dag zijn opgemaakt, zijn de tijdstippen doorslag
gevend (art. 3:21 lid 2 sub b BW).



4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MMMP. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.85. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

56326 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.85  7x  sold
  • (0)
Add to cart
Added