Samenvatting communicatiewetenschappen, kan gebruikt worden door 1e bachelor studenten die studeren aan UGent. Ook alle belangrijke info uit de slides is in deze samenvatting verwerkt. Er staan schema's in van de mediatheorieën. Was erdoor in eerste zit met 15/20.
Very comprehensive summary that covers all subject matter from both lectures and the book
By: malou3 • 10 months ago
Translated by Google
it contains errors and is very incomplete, keep the book aside and add a lot because half is not listed or will not be explained. a waste of money
By: michelledeserranno • 10 months ago
Translated by Google
Reply deleted by the user
By: michelledeserranno • 10 months ago
Translated by Google
Sorry you experienced this way. It is a summary from last year so maybe the subject matter has been changed a bit.. I got a 15/20 in the first session with this summary, so in my opinion, it is complete. Maybe our way of summarizing is a bit different..
Seller
Follow
michelledeserranno
Reviews received
Content preview
Communicatiewetenschappen – samenvatting
HOOFDSTUK 1, Bouwstenen van een discipline en een
praktijk
1.2 Het teken als basis voor betekenisvol
communiceren
1.2.1 Semiotiek
Semiotiek
- Staat voor de leer van tekens
- Bestudeert e wijze waarop tekens functioneren en hoe ze betekenis doen
ontstaan
- Overkoepelende functie
Onderscheiden 3 centrale domeinen van studie
o Tekens zelf en hun indeling in soorten
o Codes of systemen waarbinnen de tekens georganiseerd zijn
o Brede cultuur waarbinnen de tekens en codes opereren
Subdisciplines binnen semiotiek
- Fonologie: studie van klanken en kleinste eenheden
- Syntaxis: linguïstische studie van taalconventies en betekenisvolle patronen
van tekens
- Pragmatiek: studie van de relatie tussen betekenis en de gebruiken van het
teken
- Semantiek: relatie tussen teken en de betekenis die aan een teken wordt
toegekend
Intensie – extensie
- Intensie
Verwijst naar geheel van criteria of kenmerken dat bepaalt of een term
wel kan worden toegepast
- Extensie
Slaat op klasse van zaken waarop de term correct is toegepast
1.2.2 Teken, tekensysteem en tekenindeling
Teken
- Allerkleinste eenheid van communicatie
- De Saussure: 2 kernelementen
Betekenaar (Sa)
o Materiële vorm of verschijningsvorm van een teken
o Foto, uitspraak, tekening
Betekende (Se)
o Dat waar de tekenvorm naar verwijst
o Betekenis, object, concept
1
, Verband betekende, betekenaar: arbitrair en louter op afspraak gebaseerd
Referent: eigenlijke fysieke object waar het teken naar verwijst
Significatie
- Primair betekenisniveau
Denotatieletterlijke of objectieve betekenis van een teken
Denotatie: dat deel van de betekenis dat voor elke tekengebruiker
hetzelfde is en waar sociale consensus over bestaat
- Secundair betekenisniveau
Connotatie: hangt samen met specifieke verschijningsvorm
o Evaluatieve lading: connotatie kan verwijzen naar iets wat goed,
slecht of neutraal is
o Referentiële lading: variabele betekenis of verwijzing hebben
1.2.2.1 Tekensystemen
Tekensysteem van Charles Peirce
- Tekensysteem bestaat uit 3 componenten
Representamen
Object
Interpretant
- Relatie representamen en object: heeft betekeniseffect in de geest van
tekengebruiker
- Interpretant:
Mentale concept dat bij gebruiker wordt opgeroepen door bovenstaande
relatie
Kan variëren
- Peirce: relatie tussen teken en materiële object -> meest determinerende
component voor het ontstaan van betekenis
Tekensysteem van De Saussure
- Betekenis van een teken:
Komt tot stand uit verhouding v/e teken tot andere tekens -> niet zozeer
uit verhouding
Betekenis: komt uit zijn tegengestelden
- 2 soorten relaties tussen tekens
Syntagma
o Betekenisvolle combinatie of keten van tekeneenheden volgens een
bepaalde volgorde
Paradigma
o Verwijst naar hoe betekenis is geconstrueerd door substitutie en
afwezigheid
1.2.2.2 Tekenindelingen
Tekenindeling van Charles Peirce -> bestaat uit 3 soorten tekens
2
,Icoon
- Teken dat op visueel, auditief vlak een gelijkenis vertoont met het object waar
het naar verwijst
- Zijn vaak imitaties, worden snel herkend -> haalt zijn betekenis uit een relatie
van gelijkenis
Index
- Verwijst naar teken met een rechtstreeks existentieel of natuurlijk verband
met een object
- Worden aangeleerd via ervaring en kennis
- Index: werkt omdat het ons herinnert aan het bestaan van iets anders
Symbool
- Teken dat betekenis heeft op basis van een conventie of afspraak
- Gebaseerd op conventie
Tekenindeling van Peters
Index
- Wanneer een teken op natuurlijke wijze verbonden is met datgene waar het
naar verwijst en er geen tussenkomst is van de mens
- Natuurlijk teken: komt gewoon voor -> niets te maken met de mens
Conventioneel teken
- Wanneer teken kunstmatig verbonden is met datgene waar het naar verwijst
en de relatie is dus door de mens geconstrueerd
Gemotiveerd teken
- Icoon: gebaseerd op gelijkenis
- Symbool: gebaseerd op associatie (witte duiven = geluk)
1.3 Elementen van het communicatieproces
1.3.1 Communicator
- definitie: communicator die (on)bewust een boodschap met informatie in de
zin van een georganiseerd geheel van data/ feiten over een bepaald
onderwerp uitzendt
- communicator moet informatie uitzenden -> anders is hij een bron
- communicator:
bewust: verhaal vertellen
onbewust: blozen, zweten
kan een individu zijn, maar ook een groep (openbare omroep)
- feedback:
elke manier hoe de communicator zijn boodschap aanpast aan zijn
publiek
gebeurd onbewust door de ontvanger (non-verbale reactie)
vb. je geeft uitleg – publiek fronst- andere manier opnieuw uitleggen
3
,- feedforward:
op voorhand nadenken hoe je je boodschap brengt
communicator anticipeert al op de mogelijke reactie van de ontvanger
vb. met alle respect maar … / niet boos worden maar …
- selectie: niet alles kan verteld worden in een gesprek, sommige zaken worden
uitvergroot en beklemtoont, andere zaken worden geminimaliseerd
- copresence:
belangrijk dat zender en ontvanger in dezelfde ruimte aanwezig zijn
is beter voor de ontvanger, hij kan zien welke non-verbale reactie de
ontvanger overbrengt
1.3.2 Boodschap
- Definitie: manier van overbrengen van informatie, boodschap externaliseren
= bewustheidsinhoud
- Bewustheidsinhoud:
Kan een idee, bestaande kennis, een ervaring, waarden, normen,
vooroordelen, gevoelens, … zijn die de zender kenbaar wil maken aan de
ontvangers
Alles wat betekenis bevat, dat in ons hoofd zit -> kenbaar maken is
belangrijk, anders ben je een bron
- Boodschap overbrengen kan ook zonder ontvanger, er moet ooit een
ontvanger kunnen zijn bv. dagboek
- Er zijn 3 soorten boodschappen (1.3.2.1, 1.3.2.2, 1.3.2.3)
1.3.2.1 Het referentiële of inhoudelijke aspect
- Puur inhoudelijk: je zet je boodschap om in tekens
- Representationeel: verwijst naar een bepaald begrip, vaak immaterieel vb.
liefde waarheid
- Referentieel: verwijst naar iets van materiële aard vb. stoel
1.3.2.2 Het expressieve of vormelijke aspect
- Vorm van boodschap: veel invloed op verwerking van het inhoudelijke aspect
Emoties in intonatie steken => ontvanger weet wat er bedoeld wordt
vb. reclame: veel kleurgebruik, lay-out
1.3.2.3 Het relationele of appellerende aspect
- Met een boodschap geeft de communicator altijd mee hoe hij de relatie ziet /
wenst
Aanzetten om iets te doen
o Relationeel: relatie uitdrukken tussen beide (u, jou, jullie, hen, …)
o Appellerend: verwacht dat de ontvanger iets doet (bevel, iets kopen,
…)
1.3.3 Encoderen en decoderen
Coderen
- Manier waarop een set van tekens systematisch georganiseerd is in een
systeem
- Bestaat uit 2 elementen: eenheden en patronen
4
,- Digitale/conventionele code: geen nuancering/gradatie in betekenisintensiteit
-> moeten aangeleerd worden
- Analoge/natuurlijke code: beeldende taal -> nuancering en gradatie in
betekenisintensiteit
Encoderen
- Omzetten van inhoud in symbolen of tekens door de communicator: via
geschikt kanaal versturen naar ontvanger
- Zender + code -> eenheden + patronen
Decoderen
- Dubbel proces: concrete ontcijfering van specifieke code die zender gebruikt
als op interpreteren/toekennen van betekenis aan boodschap
Verschillende vormen van decoderen
Dominante of hegemonisch decodering
- Zender en ontvanger: geven eenzelfde betekenis aan een boodschap
- Boodschap wordt niet in vraag gesteld
Aberrante decodering
- Ontvanger geeft andere/afwijkende betekenis aan de boodschap dan deze die
de zender bedoelde
- Verwerpen van geëncodeerde betekenis kan gevolg zijn van botsende
waarden, normen of tegengestelde wereldvisies tussen communicator en
ontvanger
Onderhandelde decodering
- Onderhandeling tussen 2 verschillende betekenissen
- Lezing van ontvanger niet zoveel afwijken van voorkeurslezing van
communicator, maar deze interpretatie wordt wel aangepast aan situatie of
eigen ervaring
Reflecties
- Context: evenwicht productieconventies en publieksverwachtingen
- Media-logic: nieuwspresentatoren zijn niet verplicht om kostuum te dragen ->
doen ze dat niet dan zouden we ze misschien niet serieus nemen
- Belang van delen van dezelfde code
1.3.4 Transmissie, kanaal en medium
Transmissie
- Overbrengen van een geëncodeerde boodschap van communicator naar
ontvanger
- Kanaal nodig als verbindingsschakel tussen 2 of meer actoren
Kanaal: draagt signaal, is begrensde beschikbaarheid
o Signaal is dragen van een teken
5
, Medium
- Technisch middel
- Vermenigvuldiging en transmissie
- Ruimte-en tijdsbeperkingen worden hiermee overbrugd of gereduceerd
Teken – signaal – kanaal - medium
Ruis -> probleem met transmissie
- Inherent onderdeel van elk communicatieproces: verwijst naar elke mogelijke
vorm van interferentie bij de transmissie
Externe ruis
- Buiten communicatieproces te situeren: betreft contextuele factoren die
transmissie en het decoderen bemoeilijken
Interne ruis
- Gebeurt in proces en vindt plaats tussen communicator en ontvanger
- Psychologische ruis: te maken met fysieke/mentale toestand van
communicator en ontvanger
- Semantische ruis: cognitieve factoren waarbij de communicator en ontvanger
niet dezelfde code hanteren
- Mechanische ruis: technische moeilijkheden of problemen die gerelateerd zijn
aan gebruikte medium
1.3.5 Ontvanger
- Ontvanger: passief of actief
- Initieel: ontvanger als alle absorberende spons -> heel passief tegenover
communicator en de boodschap
- Later: verandering -> nu is een ontvanger actief
Ruis en de ontvanger
- Opvullen van gaten en toevoegen van details
- Assimileren van de boodschap: verhaal aanpassen zodat het past binnen
verwachtingen
- Realiteitsreductie en -versterking: complexe boodschappen inkorten
Selectiviteit van de ontvanger en perceptie
- Selectieve kennisneming
- Selectieve aandacht
- Selectieve waarneming
- Selectieve onthouding
- Selectief aanvaarden
6
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller michelledeserranno. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.18. You're not tied to anything after your purchase.