Samenvatting leerdoelen OWE 2.
Linda Berentsen.
HBO-verpleegkunde
HAN Nijmegen.
07-11-2022
,Inhoudsopgave
Inhoud
Anatomie & fysiologie............................................................................................................................3
Lesweek 1: hart en geleiding..........................................................................................................3
Lesweek 2: coronaire hartziekten...................................................................................................8
Lesweek 3: bloeddruk regulatie en shock.....................................................................................11
Lesweek 4: decompensatio cordis................................................................................................12
Lesweek 5: oncologie....................................................................................................................16
lesweek 6: mamma carcinoom en ovarium carcinoom................................................................21
Lesweek 7: stemmingsstoornissen...............................................................................................24
Werkgroep verpleegkundig redeneren.................................................................................................28
Lesweek 1: introductie en klinisch redeneren..............................................................................28
Lesweek 2: interventies onderbouwen, verpleegproblemen opstellen en prioriteren.................30
Lesweek 3: reflecteren les 1.........................................................................................................31
Lesweek 4: reflecteren les 2.........................................................................................................32
Werkgroep thema................................................................................................................................35
Lesweek 1: introductie en verpleegkundige als zorgverlener.......................................................35
Lesweek 2: de verpleegkundige als organisator van zorg en communicator................................40
Lesweek 3: de verpleegkundige als reflectieve EPB professional.................................................41
Lesweek 4: de verpleegkundige als gezondheidsbevorderaar......................................................42
Lesweek 5: de verpleegkundige als samenwerkingspartner.........................................................43
Lesweek 6: de verpleegkundige als professional en kwaliteitsbevorderaar.................................44
Communicatieve vaardigheden............................................................................................................44
Lesweek 2: basis anamnese gesprek.............................................................................................44
Lesweek 3: pijnanamnese.............................................................................................................45
Lesweek 7: zorgtechnologie..........................................................................................................45
Verpleegtechnische vaardigheden.......................................................................................................45
Uitscheiding en bedverpleging:....................................................................................................45
injecteren deel 1:..........................................................................................................................52
Injecteren deel 2:..........................................................................................................................55
Reanimatie:...................................................................................................................................58
,Anatomie & fysiologie
Lesweek 1: hart en geleiding.
o Kent de anatomie van het hart:
Het hart bestaat uit verschillende onderdelen:
- 4 holle ruimtes: rechter/linker atrium, rechter/linker ventrikel.
- 4 kleppen: aorta klep (tussen aorta en linker kamer), mitralis klep (tussen
linker atrium en linker ventrikel), pulmonalis klep (tussen rechter kamer en
longslagader), tricuspidalis klep (tussen rechter atrium en rechter ventrikel).
- 2 bindweefselringen: anuli fibrosi cordis.
- Harttussenschot: septum cordis: septum interatriale cordis (tussen
linker/rechter atrium), septum interventriculare cordis ( tussen linker en
rechter ventrikel).
- Aders: vena cava inferior, vena cava superior, venae pulmonales.
- Slagaders: aorta, truncus pulmonalis -> arteria pulmonalis.
- Hartwand: endocardium, myocardium, pericardium.
- Hartprikkelgeleidingssysteem: sinusknoop, atrioventriculaire knoop, bundel
van his, bundeltakken, purkinjevezels.
o Begrijpt de werking van de hartkleppen:
Hartkleppen verhinderen in gesloten toestand dat het bloeden tegen de eerdere
stroomrichting in terugstroomt.
- Atrioventriculaire kleppen: 2 hartkleppen tussen atria en ventrikels.
- Arteriële kleppen: 2 hartkleppen tussen de ventrikels en de grote slagaders
(aorta en longslagader).
, o Kan de hartcyclus beschrijven;
passieve vullingsfase -> actieve vullingsfase -> ventrikel systolische fase.
- Passieve vullingsfase: rustfase van het hele hart, atria en ventrikels zijn
ontspannen, bloeddruk in het hart is nu heel laag.
- Actieve vullingsfase: atria contraheren onder invloed van impulsen uit de
sinusknoop, bloed wordt naar ventrikels geduwd.
- Ventrikel systolische fase: 1. isovolumetrische fase (atria ontspannen,
sinusprikkels worden verspreid, ventrikels trekken samen). 2. ejectie fase
(bloed wordt slagaders in geperst). 3. relaxatie fase (ventrikel ontspant
en is leeg, arteriële kleppen gaan dicht)
o Weet hoe de hartactie tot stand komt;
- Het hart trekt samen door een elektrische prikkel.
- De gangmaker van het hart is de sinusknoop die in de wand van de
rechterboezem zit. Het normale hartritme heet het sinusritme.
- Vanuit de sinusknoop verspreidt de elektrische prikkel zich over de
boezems. Tussen de boezems en de kamers zit een tweede centrum: de
AV-knoop. Deze houdt de elektrische prikkel heel even vast en verspreidt
die dan bliksemsnel over de kamers.
- De hartspier trekt in rust gemiddeld met een frequentie van zestig tot
zeventig slagen per minuut samen. Als iemand zich inspant kan het hart
wel 150 tot 180 keer per minuut samentrekken.
- Als de elektrische prikkel verkeerd, te langzaam of te snel door het hart
loopt, ontstaat een ritmestoornis.
o Kan de termen: frequentie, regulariteit en aequiliteit (gelijkmatigheid)
uitleggen;
- Frequentie: hoe vaak iets voorkomt binnen een bepaalde tijd.
- Regulariteit: de regelmatigheid.
- Aequiliteit: of het elke keer hetzelfde is (gelijk).
Linda Berentsen.
HBO-verpleegkunde
HAN Nijmegen.
07-11-2022
,Inhoudsopgave
Inhoud
Anatomie & fysiologie............................................................................................................................3
Lesweek 1: hart en geleiding..........................................................................................................3
Lesweek 2: coronaire hartziekten...................................................................................................8
Lesweek 3: bloeddruk regulatie en shock.....................................................................................11
Lesweek 4: decompensatio cordis................................................................................................12
Lesweek 5: oncologie....................................................................................................................16
lesweek 6: mamma carcinoom en ovarium carcinoom................................................................21
Lesweek 7: stemmingsstoornissen...............................................................................................24
Werkgroep verpleegkundig redeneren.................................................................................................28
Lesweek 1: introductie en klinisch redeneren..............................................................................28
Lesweek 2: interventies onderbouwen, verpleegproblemen opstellen en prioriteren.................30
Lesweek 3: reflecteren les 1.........................................................................................................31
Lesweek 4: reflecteren les 2.........................................................................................................32
Werkgroep thema................................................................................................................................35
Lesweek 1: introductie en verpleegkundige als zorgverlener.......................................................35
Lesweek 2: de verpleegkundige als organisator van zorg en communicator................................40
Lesweek 3: de verpleegkundige als reflectieve EPB professional.................................................41
Lesweek 4: de verpleegkundige als gezondheidsbevorderaar......................................................42
Lesweek 5: de verpleegkundige als samenwerkingspartner.........................................................43
Lesweek 6: de verpleegkundige als professional en kwaliteitsbevorderaar.................................44
Communicatieve vaardigheden............................................................................................................44
Lesweek 2: basis anamnese gesprek.............................................................................................44
Lesweek 3: pijnanamnese.............................................................................................................45
Lesweek 7: zorgtechnologie..........................................................................................................45
Verpleegtechnische vaardigheden.......................................................................................................45
Uitscheiding en bedverpleging:....................................................................................................45
injecteren deel 1:..........................................................................................................................52
Injecteren deel 2:..........................................................................................................................55
Reanimatie:...................................................................................................................................58
,Anatomie & fysiologie
Lesweek 1: hart en geleiding.
o Kent de anatomie van het hart:
Het hart bestaat uit verschillende onderdelen:
- 4 holle ruimtes: rechter/linker atrium, rechter/linker ventrikel.
- 4 kleppen: aorta klep (tussen aorta en linker kamer), mitralis klep (tussen
linker atrium en linker ventrikel), pulmonalis klep (tussen rechter kamer en
longslagader), tricuspidalis klep (tussen rechter atrium en rechter ventrikel).
- 2 bindweefselringen: anuli fibrosi cordis.
- Harttussenschot: septum cordis: septum interatriale cordis (tussen
linker/rechter atrium), septum interventriculare cordis ( tussen linker en
rechter ventrikel).
- Aders: vena cava inferior, vena cava superior, venae pulmonales.
- Slagaders: aorta, truncus pulmonalis -> arteria pulmonalis.
- Hartwand: endocardium, myocardium, pericardium.
- Hartprikkelgeleidingssysteem: sinusknoop, atrioventriculaire knoop, bundel
van his, bundeltakken, purkinjevezels.
o Begrijpt de werking van de hartkleppen:
Hartkleppen verhinderen in gesloten toestand dat het bloeden tegen de eerdere
stroomrichting in terugstroomt.
- Atrioventriculaire kleppen: 2 hartkleppen tussen atria en ventrikels.
- Arteriële kleppen: 2 hartkleppen tussen de ventrikels en de grote slagaders
(aorta en longslagader).
, o Kan de hartcyclus beschrijven;
passieve vullingsfase -> actieve vullingsfase -> ventrikel systolische fase.
- Passieve vullingsfase: rustfase van het hele hart, atria en ventrikels zijn
ontspannen, bloeddruk in het hart is nu heel laag.
- Actieve vullingsfase: atria contraheren onder invloed van impulsen uit de
sinusknoop, bloed wordt naar ventrikels geduwd.
- Ventrikel systolische fase: 1. isovolumetrische fase (atria ontspannen,
sinusprikkels worden verspreid, ventrikels trekken samen). 2. ejectie fase
(bloed wordt slagaders in geperst). 3. relaxatie fase (ventrikel ontspant
en is leeg, arteriële kleppen gaan dicht)
o Weet hoe de hartactie tot stand komt;
- Het hart trekt samen door een elektrische prikkel.
- De gangmaker van het hart is de sinusknoop die in de wand van de
rechterboezem zit. Het normale hartritme heet het sinusritme.
- Vanuit de sinusknoop verspreidt de elektrische prikkel zich over de
boezems. Tussen de boezems en de kamers zit een tweede centrum: de
AV-knoop. Deze houdt de elektrische prikkel heel even vast en verspreidt
die dan bliksemsnel over de kamers.
- De hartspier trekt in rust gemiddeld met een frequentie van zestig tot
zeventig slagen per minuut samen. Als iemand zich inspant kan het hart
wel 150 tot 180 keer per minuut samentrekken.
- Als de elektrische prikkel verkeerd, te langzaam of te snel door het hart
loopt, ontstaat een ritmestoornis.
o Kan de termen: frequentie, regulariteit en aequiliteit (gelijkmatigheid)
uitleggen;
- Frequentie: hoe vaak iets voorkomt binnen een bepaalde tijd.
- Regulariteit: de regelmatigheid.
- Aequiliteit: of het elke keer hetzelfde is (gelijk).