Samenvatting Les 14 somatische en verwante stoornissen klinische psychologie
8 views 0 purchase
Course
Klinische Psychologie
Institution
Thomas More Hogeschool (tmhs)
Les 14 van klinische psychologie in het tweede jaar toegepaste psychologie. Somatische symptoomstoornis en verwante stoornissen. Alle lessen van klinische psychologie zijn geüpload. Samenvatting van lessen en ppt.
Les 14 – somatisch-symptoomstoornis en
verwante stoornissen
Somatoform of psychosomatisch?
- Psychosomatisch = een lichamelijke stoornis, die een oorsprong heeft op psychisch gebied
o Medische hoek
- Somatoform = een psychische stoornis, die zich uit onder de vorm van een somatische klacht
o Psychologische hoek
- SOLK = Somatische Onverklaarbare Lichamelijke Klachten
o Deze term gebruiken in Nederland omdat psychosomatisch of somatoform
stigmatiserend kan zijn.
- Functionele klachten = klachten die functioneel zijn (een functie kunnen hebben)
o Medische hoek
- Organische klachten = we weten niet waar de klachten vandaan komen
o Idiopathisch = voor alles wat men niet weet wat de oorzaak is oudere term voor
organische klachten
Dit zijn allemaal termen die slaan op hetzelfde probleem
Een stoornis waarbij men lichamelijke klachten zien die zich onvoldoende verklaard kunnen
worden.
Somatoforme stoornis; algemeen
- Samengevat kunnen we wel allemaal hetzelfde zeggen:
o De patiënten presenteren zich met lichamelijke klachten, of met een lichamelijke
preoccupatie
o Gemeenschappelijk kenmerk: aanwezigheid van een lichamelijke klacht die niet
geheel te verklaren is door een lichamelijke aandoening of door een andere
psychiatrische stoornis
Onvoldoende reden om een lichamelijke klacht te kunnen verklaren
o Goed algemeen lichamelijk onderzoek is vereist, alvorens diagnose van
somatoforme stoornis gesteld wordt. Maar met voldoende onderzoek vindt men wel
altijd iets
Indien fysiek defect = een onvoldoende verklaring voor aanwezige
symptomen
Indien diagnose psychosomatisch = minder dan 1% herroepen (= nadien nog
een oorzaak vinden)
Conversiestoornis
- = een functioneel-neurologische-symptoomstoornis
- Vroeger: hysterische conversie
o Hysterie: Grieks woord voor baarmoeder (dus tijd van de romeinen)
“De baarmoeder verplaatst zich dor het lichaam en daardoor waren er
klachten”
o In middeleeuwen:
‘Conversio’: na een emotionele crisis gaat een ziektebeeld converteren in
een ander ziektebeeld
1
, o 19e eeuw: Freud
Het proces waarbij onverdraaglijke gedachten getransformeerd worden in
lichamelijke klachten
Freud kwam dan met de ziekte conversie-hysterie = conversiestoornis
De meest bizarre behandelmethodes in de 19e eeuw
Ze geloofden dat het toen hysterie was.
Vooral stoornissen die zich toen plaatsvonden bij vrouwen. Als het te
maken heeft met een baarmoeder die niet goed geplaatst was,
gingen ze methodes zoeken om de baarmoeder beter te plaatsen en
de baarmoeder tot rust te brengen.
Diagnostische criteria
A. Veranderingen in spiercontrole of zintuiglijke waarneming
o Mensen die delen van hun lichaam niet meer kunnen gebruiken. Neurologisch lijkt er
niks aan de hand.
B. Symptoom is niet compatibel met een bekende neurologische of andere somatische
aandoening
C. Niet beter te verklaren door een somatische of psychische stoornis
D. Het geeft beperkingen in het dagelijkse functioneren
Bv.: op een bepaald moment niet meer kunnen zien. Er is iets dat blokkeert. De beelden
worden opgenomen, maar ze dringen niet door.
Kenmerken en voorkomen
- De diagnose is van toepassing wanneer de klachten bestaan uit onverklaarbare stoornissen
van het willekeurig spierweefsel of van de zintuigfuncties
- De verschijnselen suggereren een neurologische of andere lichamelijke aandoening
- Er wordt geen lichamelijke verklaring gevonden
Kan zich op alle mogelijke manieren manifesteren: niet meer kunnen stappen, niet kunnen
zien, etc.
Bv.: meisje 4e leerjaar. Had een nieuwe vervang juf en gaf haar een heel negatieve boodschap
mee over iets dat ze voorgelezen had. Sindsdien kan het meisje niet meer lezen. Heeft nu het
leesniveau van het 1ste leerjaar. Behalve bv.: bij rekenen een opgave krijgt en er staat ‘los op
in groene pen’, dan gaat ze wel een groene pen pakken. Maar ze kan niet voorlezen wat er
staat. Ze blokkeet nu als ze moet lezen.
- Tegenwoordig veel minder frequent
- In literatuur is er weinig grondig onderzoek gebeurd. Ging altijd over casussen.
- Specificatie met type symptomen:
o Zwakte of paralyse
o Abnormale bewegingen
o Sliksymptomen
Relatief frequent. Mensen die angst ontwikkelen om te slikken en het niet
meer kunnen.
o Spraaksymptomen
Selectief mutisme
o Convulsies = epileptische aanvallen = ‘pseudo-epilepsie’. Vaak bij mensen met MB
o Anesthesie = geen gevoel meer hebben in een ledemaat
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller manouvanfleteren. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.37. You're not tied to anything after your purchase.