TOON
Voor alle lichaamsprocessen is energie nodig. Energie is van meerdere plekken in
het lichaam afkomstig.
ATP (adenosinetrifosfaat) kan op drie manieren gevormd worden. ATP wordt
gevormd door de afbraak van:
- Glucose
- Vetzuren
- Aminozuren/eiwitten (in veel mindere mate)
ATP is de universele energieleverancier van het menselijk lichaam. Bijna alle
stofwisselingsprocessen hebben energie nodig. Die energie wordt geleverd door
ATP.
ATP zorgt onder andere voor:
- Spiercontracties
- Zenuwgeleiding
- Stofwisselingsprocessen
Aan ATP zitten drie fosfaatmoleculen verbonden. Deze moleculen zijn zelf ook
weer met elkaar verbonden door middel van een energierijke fosfaatverbinding.
ATP + WATER (H2O), leidt tot de vorming van ADP (adenosinedifosfaat). Het water
zorgt er namelijk voor dat er een adenosine-molecuul wordt afgeknipt. Bij het
splitsen van dit adenosine-molecuul komt er energie vrij.
Andersom kan het daarentegen ook gelden. Er kan ook vanuit ADP, ATP worden
gemaakt. In dit geval heb je ADP die wordt samengevoegd met een fosfaat-molecuul.
Dat fosfaat-molecuul wordt door middel van een energierijke fosfaatverbinding
gekoppeld aan de twee fosfaat-moleculen die al aanwezig waren. Dit koppelen kost
juist energie.
ATP heb je constant nodig. Ook als je helemaal niks doet.
,Voor het omzetten van ADP naar ATP en andersom heb je enzymen nodig.
Enzymen heb je altijd nodig als er stoffen in elkaar omgezet moeten worden.
Enzymen heb je nodig om het omzetten van de ene stof in de andere veel sneller te
laten verlopen.
Als je energie (ATP) nodig hebt, kun je dat uit drie soorten energievoorraden halen:
1. De ATP-voorraad (heel beperkt)
▪ Deze voorraad zit in je spiercellen en levert als snelste de energie
2. Creatinefosfaat-molecuul (CP) (beperkt)
▪ Hier komt de ATP uit als de ATP-voorraad op is
▪ CP + ADP -> C + ATP
• Het fosfaatmolecuul wordt overgedragen
3. Glycolyse en/of citroenzuurcyclus en de oxidatieve fosforylering (veel ATP)
▪ Wordt geactiveerd na ongeveer acht seconden intensieve inspanning
en wordt geactiveerd als je ATP- en CP-vooraad op is
▪ Eerst maak je gebruik van je glycolyse, daarna maak je eventueel
gebruik van je citroenzuurcyclus en de oxidatieve fosforylering
Dus, de ATP-leveranciers van weinig naar veel ATP:
- ATP-voorraad
- CP-voorraad
- Glycolyse
- Citroenzuurcyclus
- Oxidatieve fosforylering
De ATP-voorraad en je CP-voorraad samen, is je fosfaatpool.
De glycolyse is een reeks van moleculen die in elkaar omgezet worden met behulp
van enzymen. Al deze omzettingen vinden plaats in het cytoplasma, dit is een soort
gel tussen de celorganellen. In deze gel zitten allerlei stoffen, waaronder water en
dus de enzymen. De glycolyse is het begin van de oxidatie van koolhydraten
(glucose), oftewel de afbraak van glucose. Glycolyse kan aeroob en (vooral)
anaeroob plaatsvinden:
- Aeroob: In rust en bij laagintensieve inspanning mét zuurstof (pyruvaat ->
acetyl-coA)
- Anaeroob: Zonder zuurstof
Glycolyse is de reactieketen van glucose tot pyruvaat (glucose -> pyruvaat). 1 mol
glucose levert uiteindelijk 2 mol pyruvaat op (mol = 6 x 𝟏𝟎𝟐𝟑 ). Glycolyse kan
ontzettend snel plaatsvinden, er kan dus in korte tijd veel ATP vrijgezet worden. De
netto-opbrengst van de glycolyse is 2 mol ATP per mol glucose.
Glycolyse vindt al plaats bij uit je stoel stappen, naar de deur lopen en weer terug.
Glycolyse vindt dus al heel snel plaats
Pyruvaat wordt vervolgens (mogelijk) weer omgezet in lactaat, dit gebeurt vooral bij
inspanning en een zuurstoftekort. Pyruvaat kan ook via acetyl-coA naar de
citroenzuurcyclus gaan.
,Als je een inspanning levert die niet heel zwaar is en
waarbij je gewoon efficiënt je zuurstof kan gebruiken,
zal de glycolyse uiteindelijk eindigen in de
citroenzuurcyclus.
Bij een zwaardere inspanning, waar niet genoeg
zuurstof aanwezig was tijdens de glycolyse, zal de
glycolyse uiteindelijk eindigen in lactaat.
Het is niet zo dat de glycolyse uiteindelijk eindigt in de
citroenzuurcylcus óf in lactaat. Afhankelijk van de
intensiteit van de inspanning en de
beschikbaarheid van zuurstof, zal er een merendeel
in de citroenzuurcylcus of in lactaat eindigen.
De laatste afbraak van koolhydraten/glucose vindt
plaats in de dunne darm. Vervolgens gaat de glucose
uit de voeding gaat via het bloedplasma naar:
- De actieve cellen
- De lever voor leverglycogeen
▪ Leverglycogeen is de glucose in het
bloedplasma
- Spieren voor spierglycogeen
▪ Spierglycogeen wordt alleen aangemaakt bij een inactieve spier
- Vetweefsel voor vetten
Glycogeen is een aaneenschakeling van glycose-moleculen. Glycogeen is dus een
glucose-voorraad.
Het belangrijkste orgaan dat gebruik maakt van het leverglycogeen, dus de glucose
in het bloedplasma, is het zenuwstelsel. Om actiepotentialen te kunnen vormen en
voorgeleiden is dus ook glucose nodig.
Pyruvaat kan dus omgezet worden in lactaat. Lactaat kan op zijn beurt ook weer
omgezet worden in pyruvaat. Op het moment dat er een overschot is aan pyruvaat,
wat niet allemaal in de citroenzuurcylcus terecht kan, wordt het overtollige pyruvaat
omgevormd tot lactaat.
Lactaat is geen zuur.
, Lactaat wordt gevormd door anaeroob werkende spiervezels. Deze spiervezels doen
dat door glycogeen om te zetten in lactaat. Het gevormde lactaat bevat nog veel
energie. Met dat lactaat gebeuren vervolgens verschillende dingen:
- Het wordt voor het grootste gedeelte door aeroob werkende spiervezels
(van dezelfde spier) overgenomen van de anaeroob werkende spiervezels en
het wordt vervolgens omgezet in CO2 en water
- Het wordt overgebracht naar de bloedbaan:
▪ Het hart gebruikt het lactaatrijke bloed door het om te zetten in CO2 en
water
▪ Het zenuwstelsel gebruikt het lactaatrijke bloed door het om te zetten in
CO2 en water
▪ De lever gebruikt het lactaatrijke bloed door het om te zetten in
glycogeen
▪ De aeroob werkende spiervezels gebruiken het lactaatrijke bloed door
het om te zetten in CO2 en water
Lactaat is dus een tussenproduct, en geen afvalstof. De energie die nog in lactaat
aanwezig is kan nuttig gebruikt worden.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller StefanHoek2406. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $19.83. You're not tied to anything after your purchase.