Cardiovasculaire systeem en Mamma MBRT jaar 2 Hanzehogeschool Groningen.
Bevat zelfstudietoetsen en alle aantekeningen van de colleges.
AFP, CT, ECHO, MRI, NG, PO, OZ, RD en RT.
Ligg. Suspensoria mammariae (Banden van Cooper)
• Bindweefsel geeft vorm aan de borst: ondersteunt klierweefsel en buisjes.
• Veel vet in de ligg. Suspensoria mammariae: bedekt opp. van de klier, tussen de kwabben.
Vascularisatie van de mammae
• Mediale arteriën
- A. thoracica interna: aftakking
van de a. subclavia. De a.
subclavia is een aftakking van de
aorta.
• Laterale arteriën
- A. thoracica lateralis.
• Veneuze afvoer: plexus venosus
areolaris
- V. thoracica lateralis
- V. axilllaris
- V. thoracica interna
- Vb. subclavia
Ontwikkeling mammae
• Vanaf pubertijd o.i.v. oestrogenen.
• Tot volle ontwikkeling bij vrouw.
• Rudimentaire ontwikkeling bij man.
• Soms ontwikkeling borstklier bij man (gynaecomastie).
- Soms oorzaak van anabolen en steroïden.
• Buiten zwangerschap
- Cyclische veranderingen
- Zwelling klierweefsel na ovulatie, premenstrueel hoogtepunt.
2
,Functionele ontwikkeling mammae
Tijdens zwangerschap
• Borstklier actief, vermeerdering van klierweefsel.
• Terugdringen van bindweefsel, toename van vascularisatie: belangrijk voor de productie
van melk.
• Groei gangensysteem, pigmentatie tepelhof: een groter contrast is duidelijker voor
pasgeborenen om de tepel te vinden.
• In de 9de maand vorming voormelk (colostrum)
Na bevalling
• Melkproductie o.i.v. prolactine.
• Melkafgifte o.i.v. oxytocine.
• Productie van prolactine en oxytocine wordt gestimuleerd door zogen (positieve feedback).
Moedermelk
• Suspensie van vetdruppeltjes in oplossing van eiwit, suiker, mineralen en antilichamen.
Oncologie borstkanker
• Knobbeltje in de borst.
• Meeste vrouwen ontdekten borstkanker zelf (±85%) tot aan de invoering van mammografie.
• Nu 60% via bevolkingsonderzoek.
• Andere verschijnselen:
- Ongewone zwelling van de borst.
- Huidirritatie en intrekking van de huid of de tepel.
- Pijn in borst of tepel.
- Uitscheiding van vocht/bloed uit de tepel.
- Opgezette lymfeklieren in de oksel.
Epidemiologie
• Oorzaak borstkanker is onbekend.
• Borstkanker is voor vrouwen in de leeftijdsklasse van 30-50 jaar 1 van de belangrijkste
doodsoorzaken.
• Vooral bij vrouwen ouder dan 50.
• Sterfte is afgenomen door verbeterde behandelingsmogelijkheden.
Bevolkingsonderzoek borstkanker
• Vrouwen tussen de 50 en 75 jaar.
• Elke 2 jaar mammografie
- Tumoren vanaf circa 0,5 cm zichtbaar.
• Circa 22% reductie in sterfte.
• 69% benigne afwijking: vaak biopsie nodig.
Mammografie schadelijk?
• De kans op borstkanker door de uitvoering van een mammascreening is aanwezig: hoe eerder
beginnen met screening, des te meer kans op kanker.
Thermografie: werkt dat?
• D.m.v. warmte wordt bekeken waar meer vascularisatie is, wat zou kunnen duiden op
borstkanker. Hiermee kan geen borstkanker kunnen worden geconstateerd.
3
, Benigne tumoren
• Moeilijk te onderscheiden van maligniteiten → vaak biopsie nodig.
• Komen vrij veel voor (vaker dan maligne).
Cysten Kleine met vocht gevulde holte
Solitair of multipel
Papillomen Gezwel in melkgangen
‘bleeding nipple’
Fibroadenoom Tumor van bindweefsel en kliercellen, voelt als rond glad stevig knobbeltje
Maligne tumoren – borstkanker
• Een borsttumor ontstaat voornamelijk in de ducti.
• Tumor ontwikkelt zich uit epitheel van de:
- Ductuli (afvoergangen)
- Lobuli (klierbuisjes)
Invasieve tumoren (91%) Ductaal carcinoom: 75-80%
Lobulair carcinoom: 10-15%
Niet-invasieve tumoren (8%) Lobulair carcinoom in situ
Ductaal carcinoom in situ
Verder onderverdeeld in:
Hormoongevoelig/ongevoelig
HER2-positief/negatief Het eiwit HER2 is aan/afwezig.
Triple negatief Geen hormoonreceptoren, geen HER2.
Borstkanker – metastasering
• Verspreidt zich primair via het lymfestelsel.
• Lymfogeen (naar oksellymfeknopen): alle lymfeknopen worden nagegaan op metastasering.
• Pectoraal meestal 1e klier: schildwachtklier.
• Uitzaaiingen vaak in: longen, lever, hersenen en botten.
TNM MAMMA
TX-T0 NX-N0 MX-M0
T1: (a,b,c,): tumor < 2 cm N1: palpabele mobiele M1: metastasen op afstand
(grootste diameter) metastasen in homolaterale aanwezig (sub-
okselklieren /supraclaviculair)
T2: tumor < 2 cm < 5 cm N2: palpabele gefixeerde
okselkliermetastasen
T3: tumor > 5 cm N3: parasternale
kliermetastasen
T4: tumor directe uitbreiding in
de thoraxwand
Stagering: indelen volgens TNM-classificatie.
Stadiëring: TNM-combinaties indelen in stadia.
• Stadium IIB geldt bijv. voor zowel T2 N1 M0, als voor T3 N0 M0. Zelfde stadia dus vaak
hetzelfde behandelplan en prognose.
DNA-mutatie
• Een kankercel ontstaat door een optelsom van mutaties in het DNA.
• Mutaties ontstaan niet tegelijk, maar is een langdurig proces.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller celinedejongx. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.