Dit is een samenvatting van pedagogiek tentamen pabo jaar 1. Het zijn dus niet alle hoofdstukken uit het boek, maar wel de stof die je moet weten voor het tentamen 1 van pedagogiek.
Inleiding in de pedagogiek
primair onderwijs
Samenvatting
Elisa van Duijn
Pabo jaar 1
,Hoofdstuk 1 De opvoedkundige benadering
Paragraaf 1.2 Beschrijving van het begrip pedagogiek
Pedagogiek betekent ‘kinderleiding’. Andere woorden voor pedagogiek zijn:
opvoedkunde, opvoedingsleer of opvoedingswetenschap.
- Opvoedkunde richt zich op de vaardigheden van de opvoeder.
- Opvoedingsleer richt zich op het vergaren van kennis over opvoeden.
- Opvoedingswetenschap richt zich op het ontwikkelen van theorieën over en
methoden met betrekking tot opvoeden.
Hulpwetenschappen = wanneer de pedagogiek gebruik maakt van de
psychologische, sociologische, filosofische, theologische en andragogische
wetenschappen.
Opvoeding = alle omgang tussen ouder en kind waarbij gericht een relatie wordt
aangegaan. Hierdoor drie punten van toepassing in de omgang met het kind:
1. Er is sprake van wederzijdse respect tussen ouder en kind.
2. Het kind ervaart voldoende veiligheid bij, heeft vertrouwen in, kan rekenen op,
voelt zich geaccepteerd door en krijgt ondersteuning van de ouder.
3. Het kind wordt uitgedaagd om eigen beslissingen te nemen en te
experimenteren met nieuwe dingen, waardoor hij vertrouwen krijgt in zijn
omgeving.
Paragraaf 1.3 De vier basisdimensies van opvoeden
Opvoedgedrag heeft vier basishandelingen
1. Ondersteuning bieden het opvoedgedrag dat liefde en zorg voor het kind
uitdrukt en dat zich richt op zijn fysieke en emotionele welzijn, waardoor het zich
begrepen en geaccepteerd voelt.
Ondersteuning zorgt ervoor dat het kind de wereld om zich heen met vertrouwen
tegemoet treedt. Warmte en affectie duiden op emotionele beschikbaarheid van
de ouder.
Responsiviteit duidt de mate van passend reageren op de signalen van het kind.
Hier gaat sensitiviteit aan vooraf, dat het gevoelig zijn inhoudt voor de signalen
die het kind afgeeft ten aanzien van zijn behoeften en gevoelens.
De aangeboden ondersteuning kan zichtbaar gemaakt worden in de vorm van
belonen en straffen. Doel van een beloning is het stimuleren van de door de
opvoeder gewenst gedrag van het kind. Bij straffen wordt ongewenst gedrag van
het kind afgeleerd en om hem er toe te zetten om gewenst gedrag te vertonen. Je
kan ook nog negeren.
Gedragsregulatie = korte time-outmomenten die er voor zorgen dat de leerling
zelf kan nadenken over zijn of haar gedrag, kind wordt even alleen gezet.
, 2. Instructie geven duidelijk maken aan het kind wat de bedoeling van iets is en
welk gedrag van hem verwacht wordt. Gaat hier om de informatie die het kind
krijgt voor de ontwikkeling van kennis en vaardigheden.
3. Controle uitoefenen je hebt twee verschillende opvattingen van controle
uitoefenen:
- Autoritaire controle = het stellen van strikte regels die het kind geen
bewegingsvrijheid geven, het toepassen van macht, bijvoorbeeld in de vorm
van straffen en verbieden. Het opvoedgedrag waarbij de ouder druk uitoefent
op het kind om correct gedrag te vertonen.
- Autoritatieve controle = Gedragingen van de ouder waarbij uitleg wordt
gegeven aan het kind en eisen worden gesteld aan zijn zelfstandigheid. Het
kind krijgt informatie, instructie, suggesties en aanwijzingen voor het gewenste
gedrag. Bij inductie is het kind zo geneigd om steeds vaker zelfstandig acties
te ondernemen.
4. Grenzen stellen heeft te maken met de wijze waarop de ouder het kind bestraft
of beloont om gewenst gedrag aan te leren. Gedragsverandering vindt plaats
door middel van beïnvloeding. Door duidelijke grenzen te stellen wordt het kind
gevraagd om zijn gedrag af te stemmen op een situatie en rekening te houden
met anderen.
Paragraaf 1.4 Pedagogische opvoedingsdoelen
Intentioneel opvoedgedrag = de ouder is erop gericht om bewust of onbewust
doelstellingen te bereiken bij het kind.
Er zijn drie algemene opvoedingsdoelen:
- Zelfstandigheid (individu) het kind is in staat om zelf keuzes te maken,
daarbij hoort het recht op eigen leven en uitvinden wat van belang is.
- Zelfredzaamheid (samenleving) het kind is in staat keuzes te maken en
deze te verantwoorden.
- Zelfvertrouwen (toekomst) het kind kan bijdrage leveren aan de toekomst
en is in staat om technische en praktische problemen op te lossen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elisavduijn. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.59. You're not tied to anything after your purchase.