Productiefactoren die waarde toevoegen (inkomenscategorieën van het primair inkomen)
Natuur; alles wat uit de natuur komt zonder dat het door mensen is bewerkt -> pacht
Arbeid; inspanning van mensen die bij de productie betrokken zijn -> loon
Kapitaal; machines, gebouwen, gereedschappen en installaties die bij de productie nodig zijn
-> rente
Ondernemerschap; combineert alle productiefactoren -> winst
Afschrijving = waardevermindering van kapitaalgoederen door slijting en veroudering
netto toegevoegde waarde=brutotoegevoegde waarde −afschrijvingen
Primair inkomen/ inkomensvorming = beloning die gezinnen ontvangen voor het inzetten van
productiefactoren
De netto toegevoegde waarde is gelijk aan het primaire inkomen
De netto toegevoegde waarde van de overheid is gelijk aan het bedrag dat de overheid aan
lonen betaalt
Het netto binnenlands product is gelijk aan de netto toegevoegde waarde en gelijk aan het
netto binnenlands inkomen
Netto binnenlands product = netto toegevoegde waarde = netto binnenlands inkomen
Het bbp is gelijk aan het bruto binnenlands inkomen (bbi)
Objectieve methode
Het bbp is gelijk aan de productie van bedrijven en overheid samen
Omzet ondernemingen
- Intermediair verbruik
= Bruto toegevoegde waarde bedrijven
+ Bruto toegevoegde waarde overheid (ambtenarensalarissen)
= Bruto binnenlands product
Subjectieve methode
Netto binnenlands inkomen (som van alle primaire inkomens) samen met de afschrijvingen
Bestedingsmethode
Finale bestedingen en afschrijvingen samen
Economische kringloop = weergave van goederen en diensten en/ of geldstromen tussen de
economische sectoren
Reële kringloop: laat goederenstromen zien tussen gezinnen, bedrijven, overheid,
buitenland en financiële instellingen
, Monetaire kringloop: laat geldstromen zien tussen gezinnen, bedrijven, overheid, buitenland
en financiële instellingen
Import = bestedingen die in het buitenland worden gedaan (grondstoffen, productiefactoren,
producten)
Export = bestedingen die het buitenland doet in ons land (producten en diensten die verkocht
worden aan het buitenland)
Macro-economisch niveau = analyse van economie op het niveau van een heel land
Macro-economische identiteiten = economische vergelijking die altijd waar is
1. Y =C + B+ S
2. Y + M =C + I +O+ E
3. C+ B+ S=C+ I +O+ E−M
( B−O ) + ( S−I )+ ( E−M )
Finale bestedingen = consumptie, investeringen, overheidsbestedingen en saldo van import en
export
Gelijk aan binnenlands product en netto binnenlands inkomen
pp RIC
RI C = ∗100
BIC
RICpp = indexcijfer reëel inkomen per hoofd van de bevolking
BIC = indexcijfer bevolking
Open economie = land handelt veel met buitenlandse bedrijven en economie is erg afhankelijk van
de ontwikkelingen in de wereldhandel
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller joellavandermeer17. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.84. You're not tied to anything after your purchase.