RECHT&BEDRIJF -- ONDERNEMINGSRECHT: samenvatting alle stof (incl. jurisprudentie, werkgroepen en colleges)
39 views 3 purchases
Course
Recht en Bedrijf (RR320)
Institution
Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR)
Book
Boom Juridische studieboeken - Rechtspersonen naar privaatrecht
Geen lappen tekst, maar een overzichtelijk en goed te onthouden geheel!
Een volledige samenvatting van het vak Ondernemingsrecht wat onderdeel uitmaakt van het relatief nieuwe vak Recht & Bedrijf. De samenvatting bevat de verplichte stof uit het boek, belangrijke punten uit de werkgroepen, colle...
Rechtspersonenrecht in Nederlandse privaatrecht
Rechtspersonenrecht = algemeen erkend als bijzonder en zelfstandig onderdeel van privaatrecht
Rechtspersoon (Boek 2 BW): zelfstandig drager van rechten en verplichtingen
Bij vermogensrecht: rechtspersoon staat gelijk aan natuurlijk persoon (Art. 2:5 BW)
Rechtspersoon kan NIET rol van commissaris vervullen (art. 2:140 en 2:250 lid 1 BW)
Soorten rechtspersonen:
Privaatrechtelijke rechtspersonen Publiekrechtelijke rechtspersonen Kerkgenootschappen
Art. 2:3 BW Art. 2:1 BW Art. 2:2 BW
- Verenigingen - Staat Alleen art. 2:4 BW van toepassing,
- Coöperaties - Provincies Voor de rest in eigen statuut geregeld
- Onderlinge waarborgmaatschappijen - Gemeenten
- Naamloze vennootschappen (nv) - Waterschappen
- Besloten vennootschappen (bv) - Veenschappen
- Stichtingen - Veenpolders
- Lichamen aan wie krachtens GW
verordende bevoegdheid is verleend
Alleen art. 2:4 BW van toepassing
GEEN rechtspersonen, maar een contract:
X Personenvennootschappen (maatschap art. 7A:1655 BW e.v.)
X Vof (art. 16 WvK e.v.)
X Cv (art. 19 WvK e.v.)
Rechtspersoonlijkheidstheorieën:
—————————————————
Fictieleer;
= Rechtspersoon zelfs als ctie van het recht. Wetgever kent aan een organisatie rechtssubjectiviteit toe en maakt dus een in werkelijk leven niet
bestaand fenomeen drager van rechten en verplichtingen
:( nadeel: ctie kan slechts door wetgever in leven worden geroepen
Superorganisme (collectieve persoon);
= Rechtspersoon (evenals natuurlijk persoon) als reëel organisme. Rechtspersoon derhalve met lichaam en ziel kan zijn wil uiten dmv zijn organen,
welke uiteindelijk gevormd worden door natuurlijke personen
:) voordeel: rechtspersoon als rechtssubject geaccepteerd (terwijl ctieleer wettelijk aanvaarding eist)
Nominalistische leer;
= Rechtspersoonlijkheid is slechts terminologisch hulpmiddel, te gebruiken wanneer samenwerkende personen als eenheid willen optreden.
Alleen de mens kan een rechtssubject zijn.
Juridische / eenvoudige realiteit (Meijers (maakte BW) & Scholten): PREVALERENDE THEORIE
= Het recht aanvaardt het bestaan van andere rechtssubjecten dan natuurlijke personen
— Mens (natuurlijke persoon) heeft rechten en verplichtingen
=> rechtssubject door eigenschappen die het van nature heeft
— Bepaalde organisaties (rechtspersoon) heeft rechten en verplichtingen
=> rechtssubject omdat recht zelf meebrengt dat hij moet bestaan en als rechtssubject erkend moet worden
Maakt in beginsel niet uit of rechtssubject rechten ontleent aan koop-of huurovk, verplichting is aangegaan als werkgever of eigenaar
is van kantoorgebouw, een mens, nv of gemeente is
=> Rechtspersonenrecht beoogt op praktische en doelmatige wijze te waarborgen dat rechtspersonen in het rechtsverkeer kunnen
functioneren
Wetgever:
—> Grote macht aan wetgever toebedeeld
—> Wetgever treedt NIET op als degene die rechtsbevoegdheid verleent, maar zorgt dat door recht aanvaardde rechtsbevoegdheid
gebruikt kan worden
1
fi fi fi
, KERNARTIKEL van rechtspersonenrecht: Art. 2:5 BW
‘In vermogensrecht staat rechtspersoon gelijk aan natuurlijk persoon,
Tenzij uit de wet het tegendeel voortvloeit.’
Meijers ontwierp boek 1-4 BW
Leer van eenvoudige realiteit: taak van wetgever doelmatige ordening van rechtspersonenrecht
Zijns inzien NIET laten doorklinken van enige theorie over rechtspersoonlijkheid in wettekst
MAAR: Art. 2:5 BW
- Stelt rechtsbevoegdheid van rechtspersonen vast
- Spreekt alles uit wat de leer van juridische realiteit over de rechtspersoon zegt (wat vermogensrecht betreft, rechtspersoon gelijk
aan natuurlijk persoon
Art. 2:5 BW is KERNARTIKEL van rechtspersonenrecht
Rechtsbevoegdheid expliciet in artikel: Handelingsbevoegdheid impliciet in artikel:
Kernartikel omdat: Naast rechtsbevoegdheid is rechtspersoon ook handelingsbevoegd.
—> Formeel: Handelingsbevoegdheid is in zekere zin te beperken:
geldt voor alle rechtspersonen rechtspersoon is bij handelen gebonden aan zijn doel
(Buitenlandse rechtspersonen: worden in Nederland (die in zijn statuten staan omschreven)
als rechtssubjecten gezien en als rechtspersoon
erkend en behandeld) Uit Art. 2:5 BW dat rechtssubject niet alleen rechten en verplichtingen
kunnen hebben, maar ook kunnen verkrijgen of kwijtraken
—> Materieel:
rechtspersonenrecht draait om deze
rechtsbevoegdheid van rechtspersoon
Begrenzing rechtsbevoegdheid
Art. 2:5 BW begrenst rechtsbevoegdheid van rechtspersoon naar twee kanten:
—————————————————————————————————————
Slechts gesproken over Deze rechtsbevoegdheid lijdt
rechtsbevoegdheid voor uitzondering als dit uit de wet
vermogensrecht voortvloeit
(Rechtspersoon alleen als rechtssubject
functioneren onder vermogensrecht)
Natuurlijk persoon en rechtspersoon kunnen rechtsbevoegdheid NIET zelf beperken
2
, Hoofdlijnen van doelmatige regeling
1. Gestreefd naar aanleggen van deugdelijke structuur van rechtspersonen, waarbinnen organen goed kunnen functioneren
en de samenwerkend in een vergenigingsachtigeb structuur zich optimaal kunnen ontplooien;
Bij deze samenwerkingsverbanden moeten grondwettelijke uitgangspunten rakend aan vrijheid van vereniging worden geborgd.
Vast moet staan dat men niet van rechtswege bij samenwerkingsverband kan worden betrokken, dat men betrokkenheid moet kunnen beëindigen en
dus niet gedwongen wordt te blijven samenwerken.
2. Rechtspersoon als rechtssubject naar behoren kan functioneren;
Hangt samen met de aanvaarding van rechtsbevoegdheid van rechtspersonen (Boek 2) waaraan verlening van handelingsbevoegdheid is
verbonden
3. In hoge mate dwingendrechtelijke regelgeving;
Art. 2:25 BW: ‘Van de bepalingen in Boek 2 kan slechts worden afgeweken voor zover dat uit de wet blijkt.’
4. Materiële afbakening van rechtspersonen;
Gestreefd naar een systeem waarin verschillende rechtspersonen kunnen worden onderscheiden op basis van hun eigen wettelijke kenmerken.
—> Doel en organisatiestructuur geeft aan wat voor type rechtspersoon
—> Feitelijke werkzaamheden van die rechtspersoon moeten vervolgens in overeenstemming zijn met deze wettelijke kenmerken
Als rechtspersoon (feitelijk) NIET voldoet aan wettelijke kenmerken van zijn rechtsvorm:
___
_
Rechtspersoon ontbinden Maar volgens leer van materiële kenmerken mogelijk dat rechtspersoon blijft bestaan:
Art. 2:21 lid 1 sub c BW ________________________________
_
_
_
Rb kan een rechtspersoon ontbinden indien Termijn om aan te passen Omzetting van rechtspersoon
hij niet aan wettelijke omschrijving van zijn Art. 2:21 lid 2 BW Art. 2:18 BW
rechtsvorm valt (maar is dit niet verplicht) Rb kan een termijn bepalen waarin Rechtspersoon kan zich omzetten in een
ervoor gezorgd wordt dat rechtspersoon andere rechtsvorm
wel aan de eisen van de wet voldoet
(voldoen aan materiële kenmerken)
Vb. Statuten wijzigen
5. Gesloten systeem van rechtspersonen;
Inventariseren van verschillende rechtspersoonsvormen in wet
— Privaatrechtelijke rechtspersonen: Art. 2:3 BW
— Bijzondere vorm van vereniging: appartementseigenaren Art. 5:112 lid 5 BW
(Privaatrechtelijke kenmerken, maar niet in boek 2 opgenomen omdat sprake van beperkte rechtsbevoegdheid)
6. Rechtszekerheid en derdenbescherming;
Belangrijke aspecten want misbruik op de loer
7. Misbruik van rechtspersonen tegengaan.
- Aanscherping aansprakelijkheidsrecht voor misbruikers als bestuurder, aandeelhouder of feitelijke beleidsbepaler
- Onder invloed van Europese richtlijnen misbruik langs administratief- en strafrechtelijke en vooral civielrechtelijke weg tegen gaan en bestrijden
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller RechtsgeleerdheidftKatja. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $16.11. You're not tied to anything after your purchase.