Samenvatting van het vak PBWK13 uit studiejaar 2020/2021. Aquatische Ecologie bestaat in totaal uit 10 lessen, waarvan 1 praktijkles. Per les is de lesstof uit de PowerPoints samengevat in dit document. Moeilijke termen en berekeningen worden uitgelegd en toegelicht. De samenvatting wordt ondersteu...
Les 1 – Fysische basis – Hoogenboom: H2, 5.1.1, 7.1-7.1.5
Er zijn in Nederland 21 waterschappen, belangrijke taken:
waterveiligheid, waterkwaliteit, peilbeheer, (riool-) waterzuivering.
Kader Richtlijn Water (KRW)
- 22 december 2000 opgesteld
- Europese richtlijn
- Alle wateren in Europa van bron tot monding, zowel zoet als zout
- GCT (goede chemische toestand) en GET (goede ecologische toestand)
Uitgangspunten:
- Vervuiler en gebruiker betalen
- Internationale stroomgebieden staan centraal
- Na 2000 geen achteruitgang van chemische en ecologische toestand
Karakterisering van watertypen (3 componenten)
- Hydrologische en morfologische eigenschappen (vormen van water)
- Rivieren, meren, grondwater, kust- overgangswateren
- Fysisch-chemische eigenschappen
- Totaal opgelost stof, geleidbaarheid, redox potentiaal, zuurstofgehalte
- Vermestende stoffen
- Lijst prioritaire stoffen
- Biologische eigenschappen
- Primaire productie organisch materiaal (fytoplankton, macrofyten)
- Macrofauna, vissen
Een water is pas goed, wanneer op alle 3 de elementen goed gescoord wordt
Kunstmatig of sterk veranderende wateren (in NL 95% van alle wateren)
- Ideaal beeld → maximaal ecologisch potentieel (MEP)
- Doelstelling → Goed ecologisch potentieel (GEP)
Fysische eigenschappen van water
- Waterstofbruggen
- Stratificatie (max dichtheid water → 4oC)
- Optische eigenschappen
- Reflectie
, - Absorptie en verstrooiing
- Lichtdoving
Waterstofbruggen
- Geeft water een unieke eigenschap
- IJs drijft op water
- Hoge oppervlakte spanning
- Uniek dichtheidspatroon
- Hoog smelt- en kookpunt
Stratificatie
- Max. dichtheid water is bij 4 graden Celsius
- Water met lage dichtheid drijft op water met hoge
dichtheid
- Thermocline → laag tussen O2-arm en O2-rijk water
- Turn-over → stratificatie keert om in lente en herfst
- Effecten zijn belangrijk:
- Zuurstoflose bodem
- Effect op nutriënten
- Diepte is belangrijk voor verschil
- Windeffect
- Alleen in meren dieper dan 5m
Epilimniom: Bovenste laag in thermisch
gelaagd meer → warmer, hogere pH en
meer opgeloste stoffen, voedingsrijker
Metalimniom: Overgangslaag in
thermisch gelaagd meer → scheidt
epilimniom en hypolimniom
Hypolimnion: Laag onder thermocline →
in winter het warmst, in zomer het koudst
Licht en kleur
- Snelheid (c) in lucht → c = 3.0 * 108 m/s
- Snelheid (c) in water → c = 2.25 * 108 m/s
- Verschil veroorzaakt breking
Lichtabsorptie
- Belangrijkste componenten die absorptie bepalen
- Water zelf
- Opgeloste stoffen
- Gesuspendeerde deeltjes; zoals algen (golflengte van belang)
- Rood licht dringt veel minder ver door dan blauw licht
- Fotosynthese neemt ook af naar mate je dieper komt
- Wordt gemeten met een Secchi-schijf
- Lichtuitdoving (extinctie) = absorptie & verstrooiing
, Zwevende stoffen
- Sedimentatie = bezinken en vastleggen van materialen op de bodem
- Resuspensie = opwervelen en mengen van materialen in de waterkolom
- Beide belangrijk voor lichtklimaat, bodemvorming (slib), transport van stoffen
(rivieren)
- Resuspensie in meren is afhankelijk van: oppervlakte van het water (wind),
diepte van het water (stratificatie), organismen (met name brasem),
scheepvaart
Factoren die doorzicht bepalen
- Reflectie: bepaalt hoeveel licht er in het water komt
- Absorptie: bepaalt hoe diep het licht in het water komt
- Verstrooiing: bepaalt de verspreiding en daarmee de diepte van invallend licht
- Lichtuitdoving: resultante van verstrooiing & absorptie en omgekeerd
evenredig met het doorzicht (secchi-schijf)
- Stratificatie beïnvloedt bovenstaande factoren
Advectief transport: het meeliften opeen medium door materie, energie of een bepaalde eigenschap
Turbulentie: wervelingen in het water (of lucht), min of meer cirkelvormig
Algemene stoffen die van belang zijn voor waterkwaliteit
- O2, CO2,
- Zouten/macro-ionen: Na+, K+, Mg2+, Ca2+, Fe2+, Cl- , SO4 2- , HCO3-
- Nutriënten: N, P
- Organische stoffen
Verontreinigende stoffen
- Zware metalen: Zn, Cu, Hg, Al
- Overige verontreinigingen: gewasbeschermingsmiddelen, oplosmiddelen
- Nieuwe probleemstoffen: medicijnresten, hormonen, micro-plastics
EGV: elektrisch geleidingsvermogen
= maat voor hoeveelheid opgeloste stoffen (zouten) in het water (de saliniteit):
- Gedestilleerd water = 0 μS/cm
- Zeer zoet water = 40 μS/cm
- Zeer zout water 4000 μS/cm
- Wordt gebruikt door waterbeheerders om herkomst water te bepalen
Watertypen:
- Zeewater (thalassoclien) → hoge EGV (>2500 μS/cm), vooral door Na+ en Cl-, pH ≥7
- Kwelwater (lithoclien) → gemiddeld EGV (50-100 μS/cm), veel HCO3-, pH ≥7
- Regenwater (atmoclien) → laag EGV (<10 μS/cm), lage pH
Zuurstof
- Gehalte in water afhankelijk van: luchtdruk, temperatuur, zoutgehalten, O2-concentratie in lucht
- Verzadiging: ca 8 mg/L (meer is oververzadiging, minder is onderverzadiging)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Gonzo420. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.