24 oefenvragen + antwoorden over inleiding recht, personen- en familierecht, het gezag van de jeugdige, scheiding, de rechtspositie van de jeugdige, kinderbeschermingsmaatregelen, beëindigen van gezag, pleegzorg en procesrecht.
1. Welke valt niet onder het burgerlijk recht?
a) Vermogensrecht
b) Strafrecht
c) Personen- en familie recht
d) Rechtspersonenrecht
2. Welk recht is ook wel het proces recht?
a) Formeel recht
b) Materieel recht
c) Nationaal recht
3. Als iemand een kind van 17 jaar wil erkennen, van wie is er dan toestemming nodig?
a) Alleen de moeder
b) Alleen het kind
c) Moeder en kind
4. Wanneer kan het geadopteerde kind zijn adoptie ongedaan maken?
a) Als hij 16 tot 18 jaar oud is
b) Als hij 18 tot 21 jaar oud is
c) Als hij 20 tot 23 jaar oud is
5. Bij welke situatie zet een ouder alleen het gezag voort?
a) Na scheiding
b) Na overlijden
6. Waarin zit geen verschil tussen ouderlijk gezag en voogdij?
a) Verzorgen
b) Opvoeden
c) Verantwoordelijkheid
d) Onderhoudsplicht
7. Beide ouders zijn overleden. De ouders hebben zelf al bepaald wie de
verantwoordelijkheid over hun kinderen krijgt. Dit past bij:
a) Datieve voogdij
b) Aanwijzing in testament of in centraal gezag register
c) Verzoekschrift
d) Ouderschapsplan
8. De rechterlijke uitspraak van een scheidingsprocedure die in gang wordt gezet met
een verzoekschrift, noem je een:
a) Vonnis
b) Beschikking
,9. Wat staat er niet in een ouderschapsplan?
a) Contactregeling
b) Kinderalimentatie
c) Opvoeding
d) Oorzaak scheiding
10. Een jongen is 23 jaar oud en wil graag trouwen met zijn vriendin van 17,5 jaar oud.
Mag dit?
a) Ja, want de jongen is boven de 18 jaar oud
b) Ja, alleen als de vriendin toestemming heeft van haar ouders
c) Nee, want ze zijn nog niet beide 18 jaar oud
11. Waarvoor staat OAT-verzoek?
a) Opsporing – aanhouding – teruggeleiden
b) Onrecht – aanhouding – teruggeleiden
c) Opsporing – achtervolging – teruggeleiden
12. Een kind van 15 jaar oud, zonder rijbewijs, is gaan rijden met de scooter van zijn
vader en heeft schade veroorzaakt.
De ouders hadden hem nog een appje gedaan, dat hij absoluut niet mocht gaan
rijden op de scooter en hadden de scooter nog aan een extra slot gezet.
Wie is aansprakelijk voor de schade?
a) De ouders
b) Het kind en de ouders
c) Het kind
13. Wat is geen startkwalificatie voor de arbeidsmarkt?
a) Mbo niveau 2
b) Havo diploma
c) Vwo diploma
d) Bewijs overgang van havo 3 naar havo 4
14. Een kindje is geboren met 1 Nederlandse ouder en 1 Portugese ouder. Dit kind is
Nederlander doormiddel van?
a) Naturalisatie
b) Optie
c) Rechtswege
15. De duur van een OTS duurt maximaal?
a) 15 maanden
b) 12 maanden
c) 5 maanden
d) 3 maanden
16. Is er hoger beroep mogelijk voor een VOTS?
a) Nee
b) Ja
, 17. A. Beëindiging van het gezag is definitief
B. Beëindiging in de voogdij is definitief
a) A is juist, B is onjuist
b) A is onjuist, B is juist
c) Beide zijn juist
d) Beide zijn onjuist
18. Welke internationale verdrag heeft na kinderontvoering recht om te zorgen voor het
kind en over de verblijfplaats van het kind te beslissen?
a) Haags Kinderontvoeringsverdrag
b) Internationaal verdrag inzake de rechten van het kind
c) Haags kinderbeschermingsverdrag
d) Europees kinderontvoeringverdrag
19. Als ouders een kind jonger dan 6 maanden in een pleeggezin willen plaatsen, is er
toestemming nodig van:
a) Raad voor de kinderbescherming
b) Regeling Pleegzorg 2013
c) Gecertificeerde instelling
20. Verzoeken aan de kinderrechter over de uitvoering van de OTS kunnen alleen
ingediend worden met advocaat
a) Juist
b) Onjuist
21. Wie behandeld een procedure over voogdij?
a) De familiekamer
b) De kantonrechter
22. Wat betekent relatieve competentie?
a) De plaats waar de zaak moet worden behandeld
b) De rechter mag zich niet verzetten tegen een tegenrapport
c) De persoon die de zaak gaat behandelen
d) In hoger beroep gaan
23. Als de politie een woning moet binnen gaan om te kijken of er mishandeling plaats
vindt, maar geen toestemming krijgt van de bewoner, moet er toestemming zijn van:
a) De kinderrechter
b) Openbaar ministerie
c) Raad van de kinderbescherming
24. Er moet een zaak behandeld worden over de ouders en een minderjarige. De vader
woont in Zwolle. De moeder woont in Utrecht. De minderjarige heeft geen vaste
woonplaats, maar is als laatst verbleven bij zijn vader.
Wat is de plaats waar de zaak wordt behandeld?
a) Zwolle
b) Utrecht
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Suuuuss. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.