WOORDENLIJST FRANS
Hoofdstuk 1: Se présenter – présenter quelu’un – saluer
NEDERLANDS FRANS
opbellen appeler
heten, noemen s’ appeler
de oudste l’ aîné(e)
le / la benjamin
de jongste
le / la cadette
enig kind enfant unique
tweeling jumeau / jumelle
… jaar ouder dan mij … ans de plus que moi
… jaar jonger dan mij … ans de moins que moi
Ik zal x jaar worden J’ aurai x ans
Ik ga x jaar worden Je vais avoir x ans
Ik ben x jaar geworden J’ai eu x ans (le + date)
Ik ben net x jaar geworden Je viens d’avoir x ans
J’habite …. à Tiegem
au centre de Courtrai
Ik woon in ...
dans un petit village
à la campagne
een dorp un village
een gemeente une commune
een stad une ville
het platteland la campagne
in de stad en ville
hobby’s loisirs
vrije tijd temps libre
jeugdbeweging mouvement de jeunesse
studentenvereniging l’ association d’ etudiante
afscheid nemen prendre congé
+ meer over afscheid nemen etc. zie pagina 5 & 6
, WOORDENLIJST FRANS
Hoofdstuk 2: Accueillir quelqu’un, être accueilli
NEDERLANDS FRANS
naamloze vennootschap société anonyme
kunnen pouvoir
zijn être
hebben avoir
verwittigen prevenir
willen vouloir
hopen espérer
moeten devoir
dragen porter
kiezen choisir
nemen prendre
doen, maken faire
werf bezoeken visiter un chantier
terrein opmeten mesurer un terrain
put graven creuser un trou
funderingen gieten couler des fondations
leveringstermijn respecteren respecter les délais de livraison
muur metselen maçonner un mur
klant contacteren contacter le client
materialen leveren livrer des matériaux
aannemer kiezen choisir un entrepreneur
onderaannemer verwittigen avertir le sous – entrepreneur
kraan besturen conduire une grue
huis bouwen construire une maison
offerte opstellen faire un devis
dakgoten plaatsen mettre des gouttières
pauze nemen prendre une pause
vervoeging werkwoorden in indicatif présent + passé composé, zie pagina 9 - 13
, Indicatif présent tegenwoordige tijd = nu / op dit moment
Vervoeging in de indicatif présent: zie cursus
Passé composé verleden tijd = heb / ben …
Vervoeging in de passé composé:
J’ai … = met être of avoir vervoegd naargelang van de persoonsvorm + werkwoord
Je suis …
Werkwoorden met – er : … é
Werkwoorden met – ir : … i
Werkwoorden met – re : … u
Conditionnel présent zou …
Vervoeging in conditionnel présent:
Je …ais Nous …ions
Tu …ais Vous …iez
Il …ait Ils …aient
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ignacehuyzentruyt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.56. You're not tied to anything after your purchase.