Samenvatting architectuurgeschiedenis Ba2:
1) Oudheid naar Romaanse architectuur:
Oudheid
Kennis architectuur van de oudheid? Wat kunnen we weten?
Primaire bronnen: romeinse en griekse periode: zuilen…
Pompeii materiaal: monumentale gebouwen -> steviger, meer duurzaam, meer kwalitatief
MAAR beeld fragmentair want enkel de “rijkere” materialen bleven over bv. Dakpannen
(keramisch), glas, puimsteen, hout, romeins beton … = minder stevig -> diverse materialen
Bv. Ruinen : meeste is verwoest -> blijkt monotoon (alles dezelfde kleur) maar blijkbaar niet
waar! Veel muurschilderijen, kleurrijke interieur
Reconstructie van de destructie van of Pompeii: via archeologisch onderzoek
Ruines verwoest door toerisme en materiaal vermoeidheid
Vitruvius – De Architectura
2 perspectieven:
-
- basiskennis constructie
Griekse en romeinse bouworden:
-dorisch
-ionisch
-corinthisch
Griekse en romeinse bouworden:
-stijl
-proportie
-symmetrie
Dorische orde:
-Grotere zuilen (robuust, monumentaal)
-geen basis
-zuilschacht die naar boven toe versmalt
-gecannuleerde (groef) zuil
-eenvoudig kapiteel, zonder verdere decoratie
Ionische orde:
-slankere zuilen (in vgl met dorische)
-basis of sokkel
-voluutvormige (spiraal of krul) kapiteel (decoratie neemt toe)
Griekse en romeinse bouworden: reeds genderconnotatie bij Vitruvius (socio-culturele
symboliek):
Dorische -> mannelijk
Ionische -> rijpere/ oudere vrouw
,Corinthische -> jong meisje (frivool)
Hoofdgestel portiek ( portico) in klassieke architectuur= Hoofdbalk, het onderste gedeelte
van het hoofdgestel
Kroonlijst (corniche) :
in klassieke architectuur: de bovenste uitspringende lijst van het hoofdgestel
In hedendaagse architectuur: de uitdrukkelijk geornamenteerde deklijst boven een muur of
bouwonderdeek (bv. Venster of portiek)
Fronton= bekroning van een gevel, venster of ingang naar klassieke trant door een
driehoekig segmentvormig lichaam
Timpaan= het driehoekig gevelveld tussen de kroonlijst en de schuin oplopende daklijsten
van een gebouw ( tympaan)
Kroonlijst
Fries (met trigliefen en metopen):
In klassiek architectuur: het horizontale deel tussen kroonlijst en architraaf
In hedendaagse architectuur: een horizontale band met schilder of beeldhouwwerk
Architectraaf= hoofdbalk, het onderste gedeelte van het hoofdgestel
(dorische) kapiteel= kopstuk van een zuil, in het algemeen om de gedragen last op een
smaller draagvlak over te brengen
C = dekplaat / B = hals
Zuil = pijler, vrijstaand dragend bouwdeel waarvan de horizontale doorsnede een cirkel is
Guttae: versiering bij dorische orde/ druppel
Trigliefen: verticale versieringen in de fries (transformatie van primitieve balkenkop)
Metopen: vlakken tussen de trigliefen
Ontstaan van de stenen constructie uit het houten hoofdgestel
Grondplan Parthenon (tempel) (Athene, 5 de eeuw BC):
Interieur: verering van de goden
GEEN circulatie
Symmetrie en proportie!
Rechthoek, vierkant en cirkel = basis
Schatkamer: bewaring giften aan priesters, = gesloten, priesters leefde van de giften van de
burgers-> moesten beschermd worden
Cella: plaats voor de verering van de goden
Peristyle of zuilengallerij: zuilenrij rond het centrale gedeelte van een tempel of rond een
binnenplaats
Vestibule: inwendig portaal
Examenvraag!: zoek de verschillen met het originele grondplan:
Bv. 3 verschillende cellae, uitgebreidere vestibule, geen schatkamer (te weinig geld? Apart
gebouw?)
Basisgrondplan = cirkelvormig -> centraalbouw
Erechteion (421-406 BC), Acropolis Athene: tempel + bibliotheek
Basisvolume: tempel met dubbele cella
Noorderlijk volume: toegang tot cella en bibliotheek
Zuidelijke volume:
kariatide: zuil in de vorm van een vrouwenlichaam (karias: zorg/ last)
atlant: zuil in de vorm van een mannenlichaam (atlas en zeus)
structurele uitdagingen:
, A. Tongewelf: gewelven met een eenvoudig, halfrond dwarsprofiel ondersteund door
evenwijdige muren of arcades
Stereotonomie
Zware muren om de spatkrachten (=zijwaartse druk) en zwaartekracht op de vangen
B. Bogen en bogenrijen
C. Kruisgewelf: opgebouwd uit twee tongewelven die elkaar loodrecht snijden
Basilica : -rechthoekig grondplan, onderverdeeld in een hoger schip met twee lagere zijbeuken
-lichtbeuk: verhoogde middelste schip, met lichtbeukramen die licht in het schip binnen brengen
-functie: gebouw voor rechtspraak en handel (origineel publiek gebouw voor handel, politiek,… VS nu
religieuze functie)
D. koepel (pantheon, Rome): tempelfunctie: Pantheon betekent letterlijk ‘gewijd aan de goden’
Pantheon bestaat uit: -rechthoekige portico, met drie rijen kolommen
-cirkelvormig hoofdgebouw met enorme koepel die ontworpen is op basis van de perfecte bol
Nood om groter te bouwen: ingenieuze gebouw:
1) Hoe kunnen we de structuur lichter maken?
Romeinen beperkten het gewicht van de koepel door een combinatie van technieken:
-er werden cassetes (uitsparingen) in de koepel aangebracht
-oculus: open ring, om bewegingen op te vangen
-de wand van de koepel werd naar boven toe dunner geconstrueerd
-hoger in de koepel werd een lichter materiaal gebruikt dan in de basis ervan
2) Welke materialen?
Gebruikte materialen: diverse materialen, waarbij lichtere materialen bovenaan gebruikt:
-Pumice : puimsteen
-baksteen
-tufsteen (vulkanisch)
-structuur opgebouwd op basis romeins beton en bekleed met travertijn
Romeins beton is een hydraulische (bindmiddel op basis van water dat na uitdroging
verhard) mortel met een mix van steenachtige materialen oa. Travertijn, baksteen… (ook
recuperatie van materialen) (nog geen gewapend beton!)
Militaire architectuur: stadspoorten en stadsomwallingen: robuuster en gesloten
Architecturale ruimte: de antieke stad:
De stad als beschavingsideaal:
Grieks-romeinse wereld: stad = organisator van de ruimte
-sterke verstedelijking van ruimte en maatschappij
-tegelijk nog sterk gebaseerd op rurale waarden (platteland)
4 periodes in het verstedelijkingsproces in de grieks-romeinse wereld:
-opkomst: proto-urbanisatie en wordingsproces: : 9 de-6de eeuw BC
-groei en confirmatie van de stad: de stad wordt een dominant cultureel fenomeen: 6 de - 3de eeuw BC
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller roosheylen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.59. You're not tied to anything after your purchase.