Externe Verslaggeving - aantekeningen theorie colleges
Externe Verslaggeving is een vak tijdens de Master Accountancy op Nyenrode Business Universiteit, dat afgesloten wordt met een mondeling tentamen.
Van elk onderwerp dat in het mondeling tentamen behandeld kan worden, hebben we een stappen...
Nyenrode Business Universiteit (Nyenrode)
Accountancy
Externe Verslaggeving
All documents for this subject (57)
1
review
By: danatetteroo • 1 year ago
Seller
Follow
DeBesteSamenvattingen
Reviews received
Content preview
College 1 – 2.9.2022
Overzicht van wet- en regelgeving
Algemene maatregel van bestuur (amvb)
Een wet wordt voorbereid door ambtenaren van ministerie: wetsonderwerp
Een wetsontwerp wordt behandeld in 1 e en 2e kamer. Vervolgens zet de Koning zijn handtekening.
Hierbij zie je vaak dat er algemene richtlijnen worden gegeven, waarbij wordt vermeld ‘de minister is
bevoegd nadere voorschriften te geven’. Deze algemene maatregel van bestuur kan dan sneller tot
stand komen en wordt onderdeel van de wet.
Opdracht 1 sheets
1. Wat zijn de 3 kernbegrippen in deze wetsbepaling?
- In het maatschappelijk verkeer aanvaardbare normen
- Inzicht
- Verantwoord oordeel
à Kapstokartikel uit het hoofd leren
2. Geef op elk van de 3 begrippen een korte toelichting.
- Aanwezigheid van belangengroepen die het maatschappelijk verkeer vertegenwoordigen. De
belangengroepen, gebruikers, opstellers, controleurs etc. bepalen samen welke normen
aanvaardbaar zijn.
- Een jaarrekening dient te voldoen aan inzichtvereiste. Gebruikers dienen op basis van de
jaarrekening economische beslissingen te kunnen maken, door het ontvangen van voldoende
inzicht.
- Een verantwoord oordeel is geen exacte wetenschap maar mag niet substantieel afwijken
(materialiteit).
Opdracht 2 sheets
1. Leg in eigen woorden, kort en krachtig uit wat de strekking is van dit artikel.
In eerste instantie: als het inzicht dat nodig heeft, dienen er aanvullende gegevens te worden
verstrekt. Als enkel de richtlijnen in de wet niet ervoor zorgen dat gebruikers de juiste
economische beslissingen kunnen nemen, moet aanvullende informatie worden gegeven.
Oftewel als het volgen van de richtlijnen en daarmee de jaarrekening misleidend is moet je
afwijken.
Vervolgens: als het nodig is voor het inzicht, MOET een rechtspersoon afwijken van de
voorschriften en deze afwijking toelichten.
Van IFRS wordt in principe ook nooit afgeweken, alleen als het inzicht (jaarrekening)
daadwerkelijk misleidend is. Dit is echter bijna nooit het geval, omdat het vaak nog opgelost kan
worden.
Opdracht 3 sheets
1. Mag je wel afwijken van de RJ-richtlijnen?
Artikel 2:362 lid 4 BW zegt dat indien noodzakelijk voor het verschaffen van het inzicht
afgeweken mag worden van de voorschriften na dit artikel. Hier valt de RJ niet onder, dit betreft
de normen (richtlijnen).
De RJ-richtlijnen vormt geen wet, dus is er per definitie meer ruimte om van af te wijken. RJ is
een (niet dé) invulling van de normen die in de wet (BW 2 titel 9) bedoeld worden.
, Als de jaarrekening wordt opgesteld cf. RJ-richtlijnen, wordt voldaan aan de wet. Andersom geldt
dat de jaarrekening alsnog kan voldoen aan de wet, als de RJ niet wordt gevolgd.
Er is dus ruimte om aan de wet te voldoen en tegelijkertijd af te wijken van de RJ, in praktijk
echter niet gebruikelijk.
Overzicht van totaalresultaat van de rechtspersoon
Mutaties in het boekjaar verband houdende met activiteiten die niet via de winst-
&verliesrekening zijn verwerkt, maar rechtstreeks in het eigen vermogen (bv. herwaarderingen
MVA of financiële instrumenten, fluctuaties pensioenvoorzieningen)
In W&V-rekening moet zichtbaar zijn wat de prestatie van het management/onderneming is
gericht op de reguliere bedrijfsactiviteiten. Bijzondere mutaties vertroebelen dit beeld.
Mutatie/verloopoverzicht eigen vermogen
Verloopoverzicht van transacties met aandeelhouders (kapitaalstortingen, dividenduitkeringen)
opgenomen
IFRS
Algemeen
Richt zich op geconsolideerde jaarrekeningen
Stramien
Conceptual framework / het stramien:
- Opgesteld in 1989 door het IASC (voorganger IASB)
- In Nederland vertaald door de RJ, zie RJ-richtlijn 930
Structuur conceptual framework:
1. Objective of General Purpose Financial Reporting
Doelstellingen, nut en beperkingen van EV voor algemene doeleinden
2. Qualitative Characteristics of Useful Financial Information
Kwalitatieve kenmerken van nuttige financiële info + relevantie en betrouwbare
weergave
3. Financial Statements and the reporting entity
Verduidelijking vanuit welke perspectief jaarrekening wordt opgesteld en licht
grenzen toe reporting entity.
4. Elements of Financial Statements
Definities activa, vreemd vermogen, baten en lasten en eigen vermogen. Nieuw:
definities van executory contracts en unit of account
5. Recognition and derecognition
Met name invloed van bestaans- en waarderingsonzekerheden op balansopname
wordt uitgewerkt.
6. Measurement
Waarderingsbegrippen worden gedefinieerd. Nieuw: current value als container
begrip en fair value en fulfilment value als begrip. Criteria worden gegeven voor
gebruik bij selectie waarderingsmaatstaven.
7. Presentation and disclosure
Hier wordt op een hoog abstractie niveau ingegaan op welke info een jaarrekening
moet bevatten en presentatie en toelichting alsmede op OCI, prestatiemaatstaven en
recycling.
8. Concepts of Capital land Capital Maintenance
Bespreking van nominalisme en substantialisme
,Twee grondbeginselen:
Continuïteitsbeginsel (going concern): er wordt verondersteld dat er continuïteit is.
Toerekeningsbeginsel (accrual basis): twee verschijningsvormen:
- Realisatieprincipe: opbrengsten nemen op het moment dat ze zijn gerealiseerd
- Matchingprincipe: kosten toerekenen aan de periode waarin de bijbehorende opbrengsten
worden verantwoord
Niet toepasbaar bij bv. algemene kosten, emissiekosten: verband tussen kosten en
toekomstige opbrengsten niet voldoende duidelijk
Vier kwalitatieve kenmerken – huidig Stramien
1. Begrijpelijkheid: alle gebruikers (goed geïnformeerde) moeten de jaarrekening kunnen begrijpen
2. Relevantie: informatie moet toepasbaar/nuttig zijn voor het maken van beslissingen
Materialiteit is een belangrijk begrip dat hoort bij relevantie. Er wordt gekeken naar de aard
(kwalitatieve materialiteit) en de omvang (kwantitatieve materialiteit) van een post voordat er
werkzaamheden uitgevoerd dienen te worden.
3. Betrouwbaarheid: informatie moet juist, volledig en tijdig zijn
4. Vergelijkbaarheid: vergelijkbaar in de tijd (kunnen vergelijken met vorig jaar en het jaar ervoor)
en vergelijken met andere ondernemingen in de branche. Wel in deze volgorde, dus vooral
vergelijkbaar in de tijd!
Behandeling posten/transacties in 5 vragen:
Voldoet de gebeurtenis of transactie aan de definitie van een element?
Definition (alinea 49 en volgende)
Kan de gebeurtenis of transactie worden verwerkt?
Recognition (alinea 83 en volgende)
Hoe dient de gebeurtenis of transactie te worden gepresenteerd?
Presentation (niet in Stramien)
Hoe dient de gebeurtenis of transactie te worden gewaardeerd?
Measurement (alinea 100 en volgende), let op: begrip marktwaarde ontbreekt
Wat dient over de gebeurtenis of transactie te worden toegelicht?
Disclosure (niet in Stramien)
Elementen van de jaarrekening
Activa:
- Uit een gebeurtenis in het verleden voortgekomen middel
- Waarover de onderneming beschikkingsmacht heeft
- Toekomstige economische voordelen
Vreemd vermogen (liabilities):
- Bestaande verplichting
- Gebeurtenis in het verleden
- Uitstroom van economisch voordelige middelen
Eigen vermogen (equity):
- Activa minus vreemd vermogen
Baten (income; revenue):
- Vermeerderingen economisch potentieel
- Door instroom van activa of vermindering vreemd vermogen
- Uitmondend in toename eigen vermogen anders dan door bijdrage van deelnemers daarin
, Lasten (expenses):
- Verminderingen economisch potentieel
- Door uitstroom van activa of ontstaan van vreemd vermogen
- Uitmondend in afname eigen vermogen anders dan door uitdeling aan deelnemers daarin
Verwerking:
Verwerken is het opnemen op de balans of winst-en-verliesrekening van een post die voldoet aan de
definitie van het element alsmede:
- Waarschijnlijk voordoen van economisch voor- of nadeel en
- Betrouwbare vaststelling van kostprijs of waarde.
Waarderingsmethoden
1. Historische kostprijs
- Verkrijgingsprijs: wat betaal ik voor iets wat ik aanschaf?
- Vervaardigingsprijs: wat kost het nu als ik zelf iets maak? (productieonderneming)
Onderdeel van de historische kostprijs is de lagere marktwaarde/opbrengstwaarde (hierbij
altijd kijken naar de verkoopkant van de onderneming), daarom staat in de toelichting altijd
‘waardering op historische kostprijs of lagere marktwaarde/opbrengstwaarde’.
Bij grondstoffen: enkel lagere opbrengstwaarde toepassen als de onderneming op het
eindproduct verlies maakt.
2. Actuele waarde
- Actuele kostprijs (in verleden: vervangingswaarde): De waarde van hetzelfde actief als deze
nieuw gekocht/vervaardigd wordt, onder aftrek van de tot dan toe gemaakte afschrijving op
het huidige actief.
Het gaat wel om de duur die afgeschreven is op je huidig actief (de verhouding afgeschreven
jaren), niet het absolute bedrag!
- Opbrengstwaarde (direct): sprake van enige mate van ongelijkheid. Bijvoorbeeld bij een
machine die niet meer optimaal functioneert. De waarde van een actief die een onderneming
ontvangt als zij deze direct verkoopt, onder aftrek van (directe) verkoopkosten.
- Bedrijfswaarde (indirecte opbrengstwaarde): contante waarde van toekomstige kasstromen
- Fair value (marktwaarde/reële waarde): totstandkoming van waarde/prijs van een actief bij
onderhandeling tussen 2 gelijkwaardige (goed geïnformeerde) partijen (marktwerking)
(onder aftrek van directe kosten) die onafhankelijk van elkaar zijn.
3 levels van de waarderingsgrondslag fair value:
Level 1 - Bepaling van de fair value waarde via een marktnotering (beursgenoteerd)
Level 2 - Vergelijkbare noteringen/activa op de markt
Level 3 - Toepassing van waarderingsmodel (bv taxateur)
Wanneer mag je een element verwerken in de jaarrekening?
1. Het is waarschijnlijk (> 50%) dat de aan het element verbonden toekomstige economische
voordelen naar of uit de onderneming zullen vloeien; en
2. De omvang van de kostprijs of waarde van de post kan met betrouwbaarheid worden vastgesteld
Wanneer dient een actief of post van het vreemd vermogen niet langer in de balans te worden
opgenomen? (derecognition)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller DeBesteSamenvattingen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.82. You're not tied to anything after your purchase.