Samenvatting van alle stof die geleerd moet worden voor de selectietoets voor de Bachelor Psychologie aan Universiteit Utrecht. Behaalde cijfer is een 9.5.
Psychologie: Universiteit Utrecht
samenvatting
Artikel 1: Biopsychology of Emotion, Stress, and Health
Fear, the Dark Side of Emotion
Dit hoofdstuk gaat over de bio psychologie van emotie, stress en gezondheid. Het begint met een
historische introductie over de bio psychologie van emotie en zal in de twee hoofdstukken daarna
focussen op de emotie vrees. Vrees heeft drie belangrijke kwaliteiten:
1. Het is de makkelijkste emotie om af te leiden uit gedrag van veel soorten;
2. Het heeft een belangrijke adaptieve functie in het motiveren van het ontwijken van
dreigende situaties;
3. Chronische vrees is een veelvoorkomende bron van stress.
In de laatste twee modules zal je leren hoe sommige breinstructuren betrokken zijn bij menselijke
emotie en hoe stress de gevoeligheid voor ziektes vergroot.
1.1 Biopsychology of Emotion: Introduction
Om de bio psychologie van emotie te introduceren, zullen er eerst een aantal klassieke vroege
ontdekkingen besproken worden en daarna zal de rol van het autonome zenuwstelsel in de
emotionele ervaring en gezichtsuitdrukking van emotie besproken worden.
1.1.1 Early Landmarks in the Biopsychological Investigation of
Emotion
The Mind-Blowing Case of Phineas Gage
Phinaes Gage was een voorman bij de aanleg van spoorwegen die bekend staat om zijn
onwaarschijnlijke overleving van een ongeval waarbij een grote ijzeren staaf volledig door zijn hoofd
werd gedreven. Dit ging door zijn ventromediale prefrontale cortex, wat van belang is bij de controle
van emotionele impulsen.
Darwin’s Theory of the Evolution of Emotion
Darwin dacht dat uitdrukkingen van emoties producten zijn evolutie. Hij ontwikkelde een theorie
over de evolutie van emotionele uitdrukking dat uit drie hoofdideeën bestond:
- Uitdrukkingen van emotie evolueren uit gedrag dat aangeeft wat een dier waarschijnlijk gaat
doen;
- Als de signalen die door dergelijk gedrag worden geleverd voordelen geven aan het dier dat
ze vertoont, zullen ze evolueren op manieren die hun communicatieve functie versterken, en
hun oorspronkelijke functie kan verloren gaan;
, - Tegengestelde berichten worden vaak gesignaleerd door tegengestelde bewegingen en
houdingen, ook wel het principe van antithese.
James-Lange and Cannon-Bard Theories
De James-Lange Theorie stelt dat de fysiologische reacties die
getriggerd worden door een emotionele prikkel, het gevoel van
emotie produceren, en niet andersom zoals commensense view
dat ziet.
De Cannon-Bard Theorie stelt daarentegen dat emotionele
prikkels twee onafhankelijke effecten hebben: ze wekken zowel
het gevoel van emotie in de hersenen op als de fysiologische
reacties.
Volgens de James-Lange Theorie is emotionele ervaring volledig
afhankelijk van feedback van de fysiologische reacties; volgens
de Cannon-Bard Theorie is emotionele ervaring totaal
onafhankelijk van zulke feedback. Beide extreme posities zijn
onwaar bewezen. Uiteindelijk leidde dit tot de moderne
biopsychologische kijk: elk van de drie factoren in een
emotionele reactie (de perceptie van de emotie-triggerende
prikkel, de fysiologische reacties op de prikkel en de ervaring
van de emotie) kan de andere twee beïnvloeden.
Sham Rage
In 1929 ontdekte Bard dat decorticate katten (katten wiens cortex verwijderd is) agressief reageren
op de kleinste provocatie. Deze agressieve reacties van decorticate katten zijn abnormaal omdat ze
ongepast ernstig zijn en niet gericht op bepaalde doelen, ook wel Sham Rage.
Hij concludeerde dat de hypothalamus van cruciaal belang is bij het uiten van agressieve reacties en
dat de functie van de cortex is om de reacties te sturen en te remmen.
Limbic System and Emotion
In 1937 stelde Papez dat emotionele expressie wordt
geregeld door verschillende onderling verbonden kernen en
banen die de thalamus omringen. Dit systeem wordt ook
wel het limbisch systeem genoemd en bestaat uit de
amygdala, borstlichaam, hippocampus, fornix, cingulate
cortex, septum, bulbus olfactorius en hypothalamus.
Klüver-Bucy Syndrome
Klüver en Bucy ontdekten in 1939 een syndroom bij apen waarvan de voorste temporale kwabben
waren verwijderd, ook wel het Klüver-Bucy syndroom genoemd. De meeste symptomen van dit
syndroom komen door schade aan de amygdala. Een van de symptomen was bijvoorbeeld het
ontbreken van vrees.
,1.1.2 Emotions and the Autonomic Nervous System
Onderzoek naar de rol van het autonome zenuwstelsel (ANS) bij emotie heeft gefocust op twee
dingen: de mate waarin specifieke patronen van ANS-activiteit geassocieerd zijn met specifieke
emoties en de effectiviteit van ANS-maatregelen bij polygrafie (leugendetectie).
Emotional Specificity of the Autonomic Nervous System
De theorieën van James-Lange en Cannon-Bard verschillen in hun opvattingen over de emotionele
specificiteit van het autonome zenuwstelsel. De James-Lange-theorie zegt dat verschillende
emotionele prikkels verschillende patronen van ANS-activiteit triggeren en dat deze verschillende
patronen verschillende emotionele ervaringen produceren. Daarentegen beweert de Cannon-Bard-
theorie dat alle emotionele prikkels hetzelfde algemene patroon van ANS-activiteit produceren, dat
het organisme voorbereidt op actie.
De specificiteit van ANS ligt ergens tussen de extremen van totale specificiteit en totale
generaliteit. Aan de ene kant geeft ruimschoots bewijs aan dat niet alle emoties worden
geassocieerd met hetzelfde patroon van ANS-activiteit; aan de andere kant is er geen bewijs dat elke
emotie wordt gekenmerkt door een duidelijk patroon van ANS-activiteit.
Polygraphy
Polygrafie (ook wel leugendetectortest) is een ondervragingsmethode die ANS-activiteit van emotie
gebruikt om de waarheid van iemands antwoorden af te leiden.
Het grote probleem bij het evalueren van de effectiviteit van polygrafie is dat het bijna nooit
mogelijk is in real-life situaties om zeker te weten of een verdachte schuldig is of niet. Daardoor
hebben veel studies naar polygrafie de mock-crime procedure gebruikt: vrijwilligers nemen deel aan
een schijnmisdrijf en worden vervolgens onderworpen aan een polygraaftest door een examinator
die zich niet bewust is van hun ‘schuld’ of ‘onschuld’. De gebruikelijke ondervraagmethode is de
control-question technique waarbij het fysiologische antwoord op de target question wordt
vergeleken met het fysiologische antwoord op control questions waarvan de antwoorden bekend
zijn. Er wordt aangenomen dat liegen zal worden geassocieerd met een grotere sympathische
activering.
Hoewel er vaak van een leugendetectortest wordt gesproken, detecteert polygrafie ANS-activiteit en
geen leugens. Daardoor is het minder waarschijnlijk dat leugens in het echte leven met succes
worden geïdentificeerd dan in experimenten. De guilty-knowledge technique omzeilt dit probleem.
Om deze techniek te gebruiken, moet de polygraaf over een stuk informatie beschikken over het
misdrijf dat alleen de schuldige persoon zou kennen. In plaats van te proberen de verdachte op een
leugen te betrappen, beoordeelt de polygraaf eenvoudig de reactie van de verdachte op een lijst met
feitelijke en verzonnen details van het misdrijf. Onschuldige verdachten reageren op al deze details
op dezelfde manier omdat ze niets van het misdrijf afweten; de schuldigen reageren verschillend.
1.1.3 Emotions and Facial Expression
In de jaren ’60 begon Ekman met het analyseren van honderden films en foto’s van mensen die
verschillende echte emoties ervaarden. Daarmee stelden ze een boek samen van de
gezichtsuitdrukkingen die normaal geassocieerd worden met verschillende emoties.
, Universality of Facial Expressions
Verschillende studies stellen dat mensen uit verschillende culturen vergelijkbare
gezichtsuitdrukkingen maken in vergelijkbare situaties en dat ze de emotionele betekenis van
gezichtsuitdrukkingen van mensen uit andere culturen dan die van hen correct kunnen
identificeren.
Primary Facial Expressions
Ekman en Friesen concludeerden dat de gezichtsuitdrukkingen van de volgende zes emoties primair
zijn: verrassing, woede, verdriet, walging, vrees en geluk. Ze concludeerden verder dat alle andere
gezichtsuitdrukkingen van echte emotie zijn samengesteld uit mengsels van deze zes.
Facial Feedback Hypothesis
De hypothese dat onze gezichtsuitdrukking invloed heeft op onze emotionele ervaring wordt de
facial feedback hypothesis genoemd.
Voluntary Control of Facial Expression
Omdat we vrijwillige controle over onze gezichtsspieren kunnen uitoefenen, is het mogelijk om
echte gezichtsuitdrukkingen te onderdrukken en door valse te vervangen.
Er zijn twee manieren waarop we echte gezichtsuitdrukkingen kunnen onderscheiden van valse.
1. Ten eerste, micro-uitdrukkingen (korte gezichtsuitdrukkingen) van de echte emotie
doorbreken vaak de valse;
2. Ten tweede, er zijn vaak subtiele verschillen tussen echte gezichtsuitdrukkingen en valse
die kunnen worden gedetecteerd door ervaren waarnemers.
Het meest bestudeerde verschil tussen een echte en valse gezichtsuitdrukking werd voor het eerst
beschreven door Duchenne. Duchenne zei een echte glimlach (Duchenne smile) kan worden
onderscheiden van een valse glimlach door rekening te houden met de twee gezichtsspieren die
worden samengetrokken tijdens echte glimlachen:
1. Orbicularis oculi, die het oog omgeeft en de huid van de wangen en het voorhoofd naar de
oogbal trekt;
2. Zygomaticus major, die trekt de liphoeken omhoog.
Volgens Duchenne kan de zygomaticus major vrijwillig worden gecontroleerd, terwijl de orbicularis
oculi normaal gesproken alleen wordt samengetrokken door echt plezier.
Facial Expressions: Current Perspectives
Sinds de komst van video-opnames is er een bijna onbeperkte toegang tot natuurlijke
gezichtsuitdrukkingen als reactie op real-life situations. Deze technologie heeft bijgedragen aan vier
belangrijke kwalificaties voor Ekman’s oorspronkelijke theorie:
1. Ekman’s zes primaire gezichtsuitdrukkingen komen zelden in pure vorm voor;
2. Het bestaan van andere primaire gezichtsuitdrukkingen is erkend;
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller klaskevanes. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.58. You're not tied to anything after your purchase.
