100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Familiaalvermogensrecht - Deel Erfrecht, Giften & Reserve deel - VUB $18.52   Add to cart

Class notes

Familiaalvermogensrecht - Deel Erfrecht, Giften & Reserve deel - VUB

 91 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Dit document omvat de lessen van erfrecht, giften en het reservedeel van het vak Familiaal Vermogensrecht. De structuur van de PowerPoint wordt gevolgd aangevuld met alles wat er in de les werd gezegd van begin tot einde.

Last document update: 1 year ago

Preview 4 out of 126  pages

  • January 24, 2023
  • February 4, 2023
  • 126
  • 2022/2023
  • Class notes
  • Tim opgenhaffen
  • All classes
avatar-seller
DEEL I ERFRECHT

HOOFDSTUK 1: ERVEN

AFDELING 1 BASISBEGRIPPEN

Erven: de verkrijging vh vermogen door overlijden vd titularis
- Vermogen: nalatenschap/erfenis
- Titularis: erflater/deculus

Personen die het vermogen erven, verkrijgen het middels erfopvolging
 Persoon die de nalatenschap verkrijgt is dus de erfopvolger

Geregeld door het erfrecht (tak vh burgerlijk recht)
<-> Fiscaal recht: erfbelasting

Wie verkrijgt het vermogen vd erflater
 Begrip ‘erfopvolgers’ moet genuanceerd benaderd worden, er is een onderscheid tussen:

- ERFGERECHTIGDE: persoon die tot de nalatenschap geroepen is, die in abstracto zou
kunnen erven
- ERFGENAAM: persoon die de nalatenschap ook effectief verkrijgt
o Mag volgens de wet in concreto erven: erfbekwaam
o Kiest ervoor de nalatenschap te aanvaarden
= erfkeuze of optierecht

 Niet iedereen die erfgerechtigd is, is automatisch ook erfgenaam!

Er zijn mensen die in abstracto zouden kunnen erven (en dus erfgerechtigd zijn), maar in
praktijk niet bekwaam zijn om te erven (en dus erfgenaam te worden)
 Bv. mensen die nog niet bestaan op het moment dat de erfenis openvalt, omdat
de erflater overlijdt
 Ook mensen die niet waardig zijn om te erven, zijn niet erfbekwaam

Bovendien heeft iedereen het recht om de erfenis te verwerpen (optierecht)
 Niet iedereen die erfgerechtigd is, zal er ook voor kiezen om te erven (en dus erfgenaam
te worden)

Soorten erfgenamen:
- WETTELIJKE erfgenamen
 Worden door de wet aangeduid
- TESTAMENTAIRE erfgenamen
 Worden in het testament aangeduid
- CONTRACTUELE erfgenamen (uitzonderlijk)
 Er is een contract over het erven

,Wie wordt tot de nalatenschap geroepen?
 Devolutie of toewijzing: er zijn 3 soorten
(1) WETTELIJKE devolutie = toewijzing krachtens de wet
 De wet bepaalt wie zal erven
o Geen schikking getroffen bij leven: er werd niks geregeld (geen contracten
gemaakt, geen testament gemaakt)
o Intestaat of ab intestato opvolging

 Komt in dit deel aan bod: we spreken in dit deel enkel over wettelijke devolutie

(2) TESTAMENTAIRE devolutie = toewijzing krachtens testament
o Schikkingen getroffen bij leven
 Persoon heeft een testament gemaakt en daarin aangeduid wie zijn
erfgenamen worden

(3) CONTRACTUELE devolutie: toewijzing krachtens contract
o Schikkingen getroffen bij leven

AFDELING 2 OPENVALLEN VAN DE NALATENSCHAP

Wanneer?

Openvallen nalatenschap = moment waarop de erfgenamen de erfenis verkrijgen
 Moment van verkrijging krachtens het erfrecht
 Moment van overlijden (art. 4.1. BW)
= datum opgenomen in overlijdensakte n.a.v. vaststelling van overlijden door een
arts (art. 55-56 oud BW)

Bijzondere situaties

In sommige gevallen is het vaststellen van dat overlijden niet zo gemakkelijk, want er is bv.
een lijk nodig en dit is niet altijd het geval:

- VERKLARING VAN AFWEZIGHEID (art. 118 oud BW)

 Bv. persoon vertrekt op wereldreis en komt niet meer terug
 Niet duidelijk of die persoon overleden is of niet
 Er kan naar de rechter gegaan worden om die afwezigheid te laten vaststellen
 Blijft die afwezigheid nog langer duren dan kan men naar de
familierechtbank gaan voor een verklaring van afwezigheid

 Met die verklaring van afwezigheid kan men naar ambtenaar vd burgerlijke stand
 Die verklaring heeft hetzelfde effect als een overlijden, hoewel het niet
zeker is dat die persoon effectief overleden is

De datum waarop de akte van verklaring van afwezigheid wordt gemaakt, is het
moment waarop de nalatenschap openvalt

, - GERECHTELIJKE VERKLARING VAN OVERLIJDEN (art. 126 oud BW)
 Bv. terroristische aanslag: persoon is met grote zekerheid overleden, maar zijn lijk
wordt niet gevonden

 Naar familierechtbank gaan om te vragen om gerechtelijk te verklaren dat een
persoon overleden is
 Vonnis waarin rechtbank verklaart dat die persoon overleden is
 De familierechtbank bepaalt ook de datum van overlijden

Waar?

De verkrijging krachtens erfrecht gebeurt op de woonplaats vd overledene (art. 110 oud
BW)

Art. 102 oud BW: de woonplaats is de hoofdverblijfplaats
 Hoofdverblijfplaats is de plaats waar de persoon hoofdzakelijk verblijft,
onafhankelijk vh feit dat hij daar is ingeschreven in het bevolkingsregister

Dus: niet de plek van overlijden! Maar op de plek waar je je hoofdverblijfplaats hebt!

Wat als men overlijdt in het buitenland?
 Kijken naar het EU-recht
 Gewone verblijfplaats bepaalt welke rechter bevoegd is

Er wordt veel aandacht besteedt aan waar & wanneer de nalatenschap openvalt, omdat dit
een heel belangrijk moment is in het erfrecht
 Het is het moment waarop de erfgerechtigden van rechtswege tot de nalatenschap
komen
 Tijdstip waarop heel veel gevolgen intreden

Gevolgen?

- Nalatenschap gaat van rechtswege over op de erfgerechtigden (art. 4.3 en 4.39 BW)

- Tijdstip overlijden is tijdstip waarop:

(1) Erfgerechtigden GEROEPEN WORDEN tot de nalatenschap en BEKWAAM
MOETEN ZIJN om te erven (art. 4.4 BW)
 Wie niet bestaat op ogenblik overlijden, kan niet erven
 Wie zelf al overleden is, kan niet erven
 Wie op dat ogenblik onwaardig is, kan niet erven

(2) SAMENSTELLING nalatenschap wordt BEPAALD (art. 4.153 BW)
 Welke goederen zijn er & welke schulden zijn er?
 Het actief en het passief wordt vastgelegd

, (3) WAARDE vd IN TE BRENGEN GELEGATEERDE GOEDEREN wordt bepaald (art. 4.90
§1 BW)  Zie deel giften
(4) WAARDE vd in te brengen SCHENKINGEN wordt bepaald indien de schenker pas
volle eigenaar wordt op ogenblik van overlijden (art. 4.90 §3 lid 2 BW)

(5) ONROEREND GOED dat als GEMEENSCHAPPELIJKE VERBLIJFPLAATS diende
wordt bepaald
a. Echtgenoten (art. 2.3.2 lid 3, art. 4.20, art. 4.147 §2 BW)
b. Wettelijke samenwonenden (art. 4.23 §1 en §3 BW)

 De gemeenschappelijke verblijfplaats wordt in het erfrecht beschermd, zowel
voor echtgenoten als voor wettelijke samenwonenden

Wat als de echtgenoten waarvan één sterft, in de nabije toekomst gingen verhuizen?
Welke verblijfplaats is dan de gemeenschappelijke verblijfplaats?
 De oude plek, waar ze nog woonden

(6) TERMIJNEN STARTEN (bv. art. 4.36 BW – termijn voor aanvaarding; art. 4.37 §2
lid 1 BW – termijn voor inventaris en beraad)

(7) INTERESTEN BEGINNEN LOPEN op de in te brengen goederen (art. 4.91 BW)

HOOFDSTUK 2: ERFBEKWAAMHEID

AFDELING 1 BEGRIP & VOORWAARDEN

Erfbekwaam ben je als je op het ogenblik dat de nalatenschap openvalt aan 4 voorwaarden
voldoet:

(1) JE BESTAAT

‘To be or not to be’ is hier de kwestie

Met bestaan wordt er bedoeld ‘fysiek bestaan’
 Enkel natuurlijke personen kunnen fysiek bestaan, rechtspersonen kunnen dit niet
 Alleen natuurlijke personen kunnen dus wettelijk erfgerechtigden zijn
>< Testamentair

 Rechtspersonen krijgen in de wettelijke devolutie geen plek en kunnen dus geen
wettelijke erfgerechtigden zijn
 Ze kunnen dit wel in de testamentaire devolutie
 Bv. iemand die zijn vermogen nalaat aan het rode kruis

Vanaf wanneer bestaat een natuurlijke persoon?
Natuurlijke persoon bestaat vanaf de geboorte, d.i. wanneer hij levend en levensvatbaar ter
wereld komt

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Julietteromi. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $18.52. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72841 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$18.52  1x  sold
  • (0)
  Add to cart