Samenvatting geschiedenis – hoofdstuk 7
De Eerste Wereldoorlog
Hoofdstuk 7, paragraaf 1 het Duitse keizerrijk
Duitsland eeuwenlang versnipperd in velen staten en staatjes Otto von
Bismarck wist deze staten bijeen te brengen door de Frans-Duitse oorlog (1870-
1871)
8 januari 1871: na de Duitse overwinning riepen de Duitse vorsten in het Paleis in
Versailles het Duitse koninkrijk uit door deze locatie kon niet één van de Duitse
staten worden bevooroordeeld
Pruisische koning werd keizer: Wilhelm I Bismarck werd Rijkskanselier
> Rijkskanselier = leider van de regering
Duitsland werd verdeeld in kiesdistricten, die elk met algemeen kiesrecht voor
mannen een vertegenwoordiger voor de Rijksdag (= de
volksvertegenwoordiging)
Keizer had grote macht hij was militair opperbevelhebber en mocht de
Rijkskanselier benoemen, de Rijkskanselier benoemde de ministers
De Rijksdag had beperkte macht:
Mocht wel: Mocht niet:
- Begrotingen goed- of afkeuren - Rijkskanselier en zijn ministers ter verantwoording
- Belastingmaatregelen goed- of roepen
afkeuren - Rijkskanselier en zijn ministers dwingen tot aftreden
- Wetten goed- of afkeuren (bijv. door motie van afkeuring)
De Rijksdag kon zowel door de Rijkskanselier als door de Bondsraad ontbonden
worden
Het Duitse rijk bestond uit 25 deelstaten regeringen hadden veel
bevoegdheden voor zichzelf behouden, bijvoorbeeld op gebied van onderwijs
Ook hadden de regeringen van de deelstaten invloed op het bestuur van het rijk:
afgevaardigden (vertegenwoordigers) van de deelstaten vormden in Berlijn
samen de Bondsraad
De Bondsraad had recht om de begroting, wetten en verdragen met andere
landen goed of af te keuren
De belangrijkste politieke stromingen waren:
- Conservatieven en nationaal-liberalen vooral aanhang onder de hogere
lagen van de bevolking
- Centrumpartij/Centrum vooral aanhang onder katholieke bevolking
> tot 1912 meestal de grootste partij in de Rijksdag
- Socialisten vooral aanhang onder industrie-arbeiders
> vielen in 1918 uiteen in socialisten en communisten
, Gelaagdheid van de bevolking:
Adel, officieren en hoge ambtenaren
Deze 3 groepen beheersten de openbare mening Adel (de Junkers) ontleende
aanzien en rijkdom aan grootgrondbezit, hoge officieren genoten nog meer
prestige, maar die waren meestal ook van adel
Grote fabrikanten en bankiers
Opkomst van grote groep fabrikanten en bankiers door sterke groei van de
industrie
Zij verkeerden in ‘de hoogste kringen’ en raakten door huwelijken met adel en
officieren verbonden de ‘geldadel’ had echter minder aanzien dan de officier
en gewone adel
Werknemers in de dienstensector, lagere ambtenaren, kleine
ondernemers, chefs van afdelingen van grote ondernemingen
Deze groep genoot niet veel aanzien, voelde zich bekneld tussen de lagen boven
en beneden haar en keek vooral naar boven
Boeren, arbeiders in de landbouw en de industrie, lagere ambtenaren
Deze groepen stonden onderaan in de samenleving van de toenemende
welvaart merkten deze groepen maar weinig in eigen kring
Meeste boeren waren trouw aan de overheid en hun religie in het Noorden
Luthers en in het Zuiden katholiek
Het nieuwe Duitse keizerrijk was een politieke en militaire grootmacht door
snelle industrialisatie in voorgaande decennia ook economische grootmacht
geworden
Het buitenlandse beleid van Bismarck was erop gericht door een
Alliantiepolitiek het bestaande machtsevenwicht te handhaven hij was
tevreden met de bestaande grenzen, maar zag wel dat Duitsland min of meer
omsingeld was door sterke mogendheden
Door het sluiten van allianties wilde hij zowel Duitslands positie in de wereld
versterken als de vrede handhaven
1878: op een congres in Berlijn organiseerden Bismarck een bijeenkomst van
staten die bij problemen op de Balkan betrokken waren het lukte problemen
op de Balkan tijdelijk op de lossen, maar decennia later dragen ze bij tot het
ontstaan van de Eerste Wereldoorlog
1884: om ook het machtsevenwicht in Afrika te verzekeren riep Bismarck de
Conferentie van Berlijn bijeen er zijn afspraken gemaakt over de verdeling van
Afrika door 15 Europese staten en de VS
1888: de troonbestijging van Keizer Wilhelm II luidde een nieuw tijdperk in hij
versterkte de positie van de keizer
De regering van Wilhelm II ging steeds meer richting autocratie en Bismarck
werd ontslagen (1890)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elisehoedemaker. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.34. You're not tied to anything after your purchase.